Onderwerpen in deze samenvatting van boekgrrls' mail:
Bezwaren en Waardering
Citaten
Cliff Richard en de halfbroer
Film
Personages
Scandinavische literatuur in het algemeen
Taal
Thema's
Titel
Vaderschap
Vertelperspectief
Vragen
Van deze schrijver die in Noorwegen veel waardering geniet is nu voor het eerst een boek in het Nederlands vertaald. Een jongen groeit op met een moeder, grootmoeder en overgrootmoeder en dan nog zijn halfbroer. De TITEL verwijst naar de situatie dat de jongens Fred en Barnum wel dezelfde moeder hebben, maar dat Fred geboren is na een verkrachting door een onbekende man. Ze zijn halfbroers. Aan het eind van de samenvatting wordt nog op deze kwestie ingegaan.
Dat ''halve'' leverde nog meer speculaties op van de boekgrrls:
- Leek me 'grappige' woordspeling over het feit dat Barnum zo klein is. Hij is geen hele broer maar een halve.
-Fred en Barnum vullen elkaar aan: de dyslectische (autistische?) en de spraakwaterval, de lange en de korte. - Boletta zegt tegen Barnum dat hij beter van Vivian en het kind kan houden. Hij zegt dat niet te kunnen en Boletta: 'Dan ben je een halve man, Barnum.'
De WAARDERING van de boekgrrls was overwegend positief, maar voor een aantal was het boek echt te dik, te slap geconstrueerd ook.
- Wat een fantastisch mooi beschreven verhaal trouwens, het staat nu op de lijst van de te herlezen boeken...
- Verrukkelijk geschreven. Da's zeker. - Voor mij geen geworstel of afzien met de eerste 33 bladzijden. Elke zin nagelt mijn aandacht vast en nu ik even gestopt ben blijf ik achter met een opwindend vermoeden dat mij nog allerlei te wachten staat!
-Verder vond ik het een schitterend boek trouwens, als dat misschien nog niet duidelijk was. Ik heb het in één ruk in een paar dagen uitgelezen
- Ik heb dit boek als totaaltheater beleefd en ben me geen enkel detail van stijl of woordkeus bewust geworden, had geen behoefte aantekeningen te maken of zo. Dat vond ik een goed teken.
- Het boek is grotendeels heel goed en mooi geschreven (vooral de gezinsscènes vond ik vaak heel goed getroffen, vooral als ze heel feitelijk maar toch beeldend werden beschreven.)
- En dan de bewondering voor de constructie van het geheel, nou ja, daar knap ik dus bijzonder van op.
BEZWAREN waren er ook.
Er was een grrl die het lettertype niet prettig vond en iemand die het boek vol afkeer van de stijl weglegde.
Dat het een dik boek is, 640 blz., is een feit, en dit was niet voor iedereen een onverdeeld genoegen:
-De spanningsboog is van wel erg slap elastiek en in die zin is de roman voor mij te omvangrijk.
- Dat geldt trouwens vooral voor het middengedeelte, het hoofdstuk Barnum. Hierin doet Barnum verslag van zijn jeugd, die beslist de moeite van het vertellen waard is, maar waar ook wel het een en ander in stond dat niet veel toevoegde (.), ik denk vooral aan de tocht van de jongens naar de Noordpool, de bokscarrière van Fred. Het stuk over Fred die op straat in elkaar wordt geslagen vond ik trouwens sowieso afbreuk doen aan het verhaal.
Maar een ander zegt daar juist over:
- dat Christensens tekst mooi, maar te uitgebreid is, komt ook terug in het boek. Het laatste script De nachtman /De nachtmannen is goed voor een film van viereneenhalf uur. ''En er mag geen komma van verplaatst worden'', zegt Barnum. Dus het boek moest kennelijk zo lang worden als het is.
Over SCANDINAVISCHE literatuur in het algemeen bestaat bij de boekgrrls het idee dat die doorgaans somber en triest is. Een grrl uit Denemarken maakte de grrls attent op wel heel globaal denken, maar toch.
- Als Scandinaviegrrl moet ik dit toch kunnen waarderen, maar tot nu toe gaat het mondjesmaat. Ik vind het heel heftig voorlopig en kan het lezen niet zo lang volhouden. Elke dag een beetje, anders verwen ik mijn najaarsdepressie te veel. Trouwens, soms is het ook nog grappig... Raar boek, ben toch benieuwd hoe het verder gaat
- Het is een soort Scandi-versie van John Irving (al vraag ik me nu al af of Barnum zolang bij me zal blijven als Garp en Owen Meany.) Ik geloof dat ik het uit zal lezen, en voor mij is dat heel wat aangezien het me nooit eerder gelukt is met een Scandinavische schrijver.
- Bovendien vind ik Scandinavische boeken vaak zo triest. Ik word er niet vrolijk van. Ligt dat nou aan mij, of hebben daar meer grrls last van?
- Meestal wel, maar met dit boek nu juist niet. Ik had tijdens het lezen maar 1 kleine inzinking even. Dat was tegen het einde. Barnum was net op die cesuur volwassen geworden en ik miste het jongetje. Opeens is hij dan getrouwd en dat huwelijk wordt inderdaad niet zo vrolijk beschreven. Maar lang duurde die inzinking niet. Vanaf pagina 605 staan er in mijn exemplaar alleen nog maar strepen. En het gekke is, ik word juist helemaal niet triest van dit boek, integendeel: het verkwikt me! Ik ben er nog niet uit waarom. Het is niet het verhaal, hoewel ik dat ook niet erg triest vind.
- Ik werd juist niét triest van De Halfbroer, maar werd er euforisch van.
- ik heb ook absoluut geen last van 'Scandinavische Somberheid', waar dit boek overigens geen enkele aanleiding toe geeft. Integendeel.
FILM
- In het eerste hoofdstuk ontdek je dat de verteller een scenarioschrijveris. Dat maakt het herkenbaar wanneer hij in de rest van de vertelling af en toe zijn herinneringen op de montagetafel legt. Overgrootmoeder (de Oude) is overigens ook actrice geweest. Dit was nog in de tijd van de stomme film. Helaas, tijdens allerbeste performance vergat de cameraman een film in de camera te doen. De beste film was niet alleen stom, hij was ook onzichtbaar.
- Ook Barnums rolletje in Honger komt niet in de film terecht. En aan het eind van het boek blijkt dat de scenario's die hij schrijft, ondanks dat ze geprezen worden, geen van alle verfilmd zijn. Dus ook zíjn beste film is onzichtbaar...
- Door het eerste hoofdstuk kun je de rest van het boek als een grote flashback lezen. Daarbinnen zijn dan perfect gedoseerde flashforwards. Genoeg flashforwards om je nieuwsgierig te maken zonder dat er van alles verklapt wordt. Prachtig gedaan hoor.
- Veel in het boek heeft met waarneming te maken, logisch voor iemand die bij de film werkt. De hoofdstuktitels tussen haakjes suggereren misschien regie-aanwijzingen.
THEMA's
Een grrl noemde een aantal thema's.
- Ten eerste 'wachten'.
Wacht Fred op zijn kans om te bewijzen dat hij ook wat voorstelt, of wacht hij op een moment om wraak te nemen op Arnold? Barnum wacht op zijn perfecte script en later op Fred. De Oude op haar geliefde. Boletta, waar wacht zij op? Arnold op zijn gouden kans om beroemd te worden? Vera op Rakel en daarna op Fred. Peder? Vivian? Eigenlijk wachten Peder en Vivian op Barnum.
- Ten tweede gaat het over 'grenzen aan jezelf stellen' dan wel die oprekken of negeren door hongeren, langdurig stilzwijgen, je moedwillig in elkaar laten trimmen, het perfecte script, vergetelheid dan wel geluk in de alcohol.
- Ten derde 'onvolmaaktheid': Barnum is te klein, Peder te dik, Fred heeft dyslexie en wat is er mis met Vivian: zij werd geboren tijdens een ongeluk.
-Ten vierde voegt een ander toe: 'man zijn'. Als alle mannen in je familie verdampen, overgrootvader, grootvader, vader, broer en ook je eigen mannelijkheid krijgt nog een dreun als ze je vertellen dat je onvruchtbaar bent, dan heb je als jongen toch iets te verstouwen, denk ik. Dat de vrouwen daarentegen zo aanwezig en sterk zijn ondermijnt misschien ook nog eens. Bovendien is Barnum een onderdeurtje en draagt een ''gekke'' naam voor een jongen.
TAAL
- De taal waarin die levens beschreven worden is prachtig en ik moest om zoveel dingen breed grijnzen. En dan de bewondering voor de constructie van het geheel, nou ja, daar knap ik dus bijzonder van op.
- Verrukkelijk geschreven. Da's zeker. Zeer visueel; originele, genieterige zinnetjes
- er is iets merkwaardigs aan de stijl, zinnen worden aan elkaar geregen met 'en'.
- Barnum lijkt in zijn script te worstelen met de hoeveelheid woorden die hij nodig heeft. Het was net of er een grote ijdelheid de taal binnensloop en al snel kon men op het doek veel meer dan korte tijdsaanduidingen lezen: 'Langzame, vreselijke dagen slepen zich voort, vervuld van de hopeloosheid van de vertwijfeling' (...) De taal begon fout te gaan. Tenslotte stond de tijd stil in de woorden." En daarna staat er nog: "De acteurs begonnen tegen elkaar te fluisteren, gegrepen door dezelfde paniek die het publiek ook voelde." Zou er daarom in dit boek zoveel gefluisterd worden;-). 't Zal wel niet, maar wie heeft een betere verklaring?
- Zo halverwege het boek fluistert Barnum aLLEs wat hij zegt. Het irriteert me mateloos en ik wil die jongen voortdurend toeroepen: "houd eens op met fluisteren!"
- Barnum is in het boek de grote fluisteraar; verder doet Vera 't een enkele keer. En, als ik me goed herinner, is Barnums alternatief dan weer om iets uit te schreeuwen.
- Ik ken toevallig zo'n jongen die veel te klein is. Vanaf het moment dat hij zich ervan bewust werd begon hij te fluisteren. Hij kijkt ook altijd naar de grond. Een soort 'sorry dat ik besta'-reactie. Anderen gaan juist schreeuwen... Voor mij dus herkenbaar en niet irritant. - Fluisteren was nog niet het minste, in dit boek vervallen veel mensen tot zwijgen, soms maanden lang zelfs.
- Met spreken en zwijgen is echt van álles aan de hand. In feite zwijgt de schrijver mee door die doden en het vaderschap mysterieus te laten.
VERTELPERSPECTIEF
- Je hebt steeds een dubbel perspectief. Je beleeft de gebeurtenissen zoals Barnum ze begrijpt en tegelijkertijd krijg je de volwassen visie op het geheel. Dat de moeder bijvoorbeeld, juist in het licht van de dood van haar grootmoeder, nu op een pijnlijke manier beseft hoeveel haar moeder van haar houdt, dat wordt niet gezegd, maar wel voelbaar gemaakt.
- Dat is knap geschreven, het gebeurt min of meer ongemerkt, en maakt dat je je betrokken voelt bij het verhaal. Maar dit dubbele perspectief ontbreekt in het verhaal over Fred die in elkaar wordt geslagen, want Barnum is daar helemaal niet bij. En Fred was nu ook niet bepaald een type dat hij het verhaal thuis in geuren en kleuren aan Barnum uit de doeken deed, dus het verslag van Barnum hierover vond ik een vreemde eend in de bijt.
PERSONAGES
Wonderlijke maar niet ongeloofwaardige personages en gebeurtenissen . Ten eerste natuurlijk de halfbroers, het koekoeksjong Fred en het kleintje Barnum. Hun familieleden: hun overgrootmoeder, ooit actrice en nog immer wachtend op haar grote liefde die vermist is geraakt op de Noordpool. Het enige dat ze nog van hem heeft is zijn laatste brief. Deze brief speelt in de rest van het verhaal een belangrijke rol trouwens. Haar dochter, Boletta, van wie we eigenlijk te weinig te weten komen, die ook al ongetrouwd (bewust) een kind gekregen heeft, die jarenlang werkte op het telegraafkantoor, en die telkens 'als ze het op haar heupen krijgt' vertrekt naar café De Noordpool. De dochter van Boletta, Vera, wier vriendin Rakel in WOII is afgevoerd naar Ravensbrück wordt op bevrijdingsdag verkracht. Na de oorlog trouwt ze met oud-circusartiest en sjacheraar Arnold Nilsen en uit die verbintenis wordt de ikpersoon, Barnum, geboren. Naast deze familie komt er nog een flink aantal kleurrijke bijrollen in beeld. Zo zijn er de twee beste vrienden van Barnum, de dikke Peder en het meisje waarop beiden verliefd zijn, Vivian. En hun ouders, de verminkte moeder van Vivian, de postzegelverzamelende vader van Peder. De verzekeringsagent Arnesen en zijn vrouw, huismeester Bang, het Chocolademeisje en langste man ter wereld in het circus waar Arnold werkt voor hij Vera leert kennen en tenslotte Esther van de kiosk.
- De centrale moeder Vera is bijna een blinde vlek in het verhaal terwijl grootmoeder Boletta zo'n uitgesproken persoon werd Misschien zitten er autobiografische kanten aan het verhaal? Iemand die heel dichtbij je staat is moeilijker te beschrijven. Je bent er teveel mee verweven.
- Eerst was er De Oude, zo jammer dat die doodging. Boletta nam die rol op een gegeven moment over.
- De hoofdkarakter deed me heel erg aan Shane McGowan denken - exzanger van The Pogues, een geniaal mens die zowat constant dronken is maar nooit zijn taalgevoel kwijtraakt.
VADERSCHAP
- Ik zat het hele boek te wachten op de onthulling van de moeder dat de jongens dezelfde vader hadden, maar die kwam dus niet. Heb ik iets gemist?
- Volgens mij zijn het niet dezelfde vaders, hoewel dat nergens met zoveel woorden wordt gezegd. Maar ook het tegendeel wordt nergens gesuggereerd. Het leven van die patjepejervader, hoe heette hij ook alweer, Arnold? wordt wel uitgebreid beschreven, maar hij lijkt in de tijd van de verkrachting met het circus mee te zijn. Hij wordt ook helemaal niet beschreven als iemand die tot zo'n verkrachting in staat is. Ook lijkt Fred helemaal niet op hem, vanbinnen niet en vanbuiten niet. Ik denk dat het gewoon een grapje van Christensen is, misschien juist wel met de bedoeling dat je op zo'n onthulling gaat zitten wachten. De vaders lijken er in dit boek niet zo toe te doen. Alleen Barnum kent zijn eigen vader. Boletta niet (behalve dan uit die brief), Vera kent haar vader niet en volgens mij Fred dus ook niet.
- Ja, dat idee had ik ook, maar je wordt als literatuurlezer zo getraind om toevalligheden uit te sluiten en aan alles betekenis te hechten. Twee keer een man treffen met een verminkte hand kan in het gewone leven heel misschien nog wel voorkomen, maar in een boek verwacht je dan toch dat het iets betekent. Oké, dan zal het wel een grapje zijn. Spelen met de verwachtingen van de lezer of zo. Tja...
- Een probleem met Arnold als Freds vader is dat Arnold tijdens de oorlog zo ongeveer zijn hele hand is kwijtgeraakt, terwijl de verkrachter op de droogzolder slechts 1 vinger mist. En die verkrachting vindt plaats op bevrijdingsdag, na de oorlog dus.
- Ik geloof, dat hij bij de verkrachting maar één vinger miste en toen hij Vera kwam vragen er méér miste. Hij had zich misschien expres erger verminkt om niet verdacht te worden van de verkrachting? Opvallend is dat de verminkte hand ''bijeengesnoerd is met grove steken''. En dat hij in de óórlog die vingers is kwijtgeraakt, dat kan hij wel beweren, maar hij is niet in zijn eerste leugen gestikt.
- Volgens mij is Arnold Freds vader. Ik maakte dat op uit de scène waarin Arnold op de droogzolder komt: hij kijkt - zoals Barnum schrijft: wonderlijk genoeg - niet naar Fred die hij daar zoekt, maar naar de drooglijnen, de knijpers, de kolenzakken, de vogel, dus naar de zolder zelf. Dan krijgt hij - volgens mij - een schok van herkenning. En dan 'gebeurt het alllerwonderlijkste': hij omhelst Fred, en hij huilt. Daarna gedraagt Arnold zich tegenover Fred ineens hetzelfde als tegenover Barnum, dus als vader, terwijl hij tevoren Fred altijd negatief bejegende, of negeerde. Bij deze uitleg past volgens mij het einde van het boek. Als Barnum z'n moeder opzoekt omdat Fred na 28 jaar afwezigheid is teruggekeerd, zegt Boletta tegen hem dat hij nu 'heel' is. Ze legt dit niet uit, maar ik denk dat ze bedoelt: een hele broer, geen halve. Ze heeft inmiddels van Fred gehoord dat Arnold z'n vader was (en Fred weet dat omdat Arnold hem dat toen hij stierf heeft verteld), daarvan is Vera zo in de war geraakt dat ze psychiatrisch is opgenomen. Aan het eind van het boek zegt Fred dan ook dat hij is teruggekomen 'om jou (Olga, of Barnum, of beiden) dit alles te vertellen'. Passend, toch?
relevante links:
Lars Saabye Christensen had zijn eigen muziekband, waarvoor hij teksten maakte. Hij schreef gedichten, kinderboeken, misdaadromans, filmscripts, hoorspelen, toneelteksten en korte verhalen. De 640 pagina’s tellende roman ‘De Halfbroer’ wordt als zijn meesterwerk gezien.
(Faculteit der letteren, Universiteit Groningen)
CLIFF RICHARD EN DE HALFBROER
Barnums vader neemt een platenspeler en een plaatje van Cliff Richard mee naar huis: Livin' doll. Moeder is weer even gelukkig. Want waarom is ze eigenlijk met hem getrouwd? Niet omdat hij nylonkousen bij zich had. Daar maakte hij misschien wel indruk mee op Boletta en de kioskhoudster, maar Vera trouwde hem omdat hij haar aan het lachen maakte. Moeder en vader dansen veel op Livin' doll en Barnum is gelukkig om zijn ouders zo samen te zien. Later draait hij het plaatje steeds op zijn kamer omdat het hem aan die gelukkige tijd van zijn moeder doet denken. En dan staat Fred op, vernielt de pickup, smijt het plaatje weg en spreekt weer, voor het eerst in maanden: 'Zal ik je vader voor je vermoorden, Barnum?' In Barnums hoofd is het Cliff Richard die Fred weer aan het praten heeft gekregen.
- Met Livin' doll breng je de hele sfeer in beeld. In dat ene verhaaltje dat huwelijk tussen Arnold en Vera, de band tussen Barnum en zijn moeder en de problematische stoorzender Fred. Allemaal liefdes in verschillende soorten en gradaties.
- En Vivian... van wie is zij zwanger geraakt? Van Barnum is aangetoond dat hij onvruchtbaar is, Peder ontkent haar 'bezwangerd' te hebben en ik geloof hem. Ik vind eigenlijk dat gesuggereerd wordt dat zij zwanger gemaakt is door Fred.
- Heeft Fred inderdaad moedwillig Barnums vader gedood?
- Ik voelde het wel zo, maar dan was het wel een knap stuk werk!
- En heeft hij ook de hand gehad in de dood van De Oude?
- Misschien is dit typisch het perspectief van de kleine Barnum. Zijn grote broer heeft het ''natuurlijk'' gedaan. Net als bij de vader die misschien in werkelijkheid een hartaanval kreeg van de schrik. Je krijgt deze verhalen tenslotte door zijn ogen gezien.
- Welke rol speelt 'de brief' voor de diverse personages?
- Is de brief een symbool voor 'afwezigheid'? Is het talige ervan van belang of veeleer communicatie in het algemeen: de ansichtkaart van de langste man ter wereld, Boletta's telegraafkantoor, het langdurig zwijgen van zovelen, en. en. en.?
- Als de vader, de stamvader als het ware, alleen maar bestaat in dat ene velletje, dan is dat velletje wel héél kostbaar. Het is wel opvallend, dat al die vaders niet of nauwelijks bestaan, terwijl de vrouwen zo sterk aanwezig zijn. Een van de redenen van Barnums smalle levensbasis? Al dat drinken is toch ook niet zomaar neem ik aan. Of drinkt hij zijn probleem met zijn seksualiteit weg?
- Vreemd dat de moeder van Peder homoseksualiteit suggereerde op haar schilderij, of miste ik eerdere signalen? Moeten we begrijpen dat hij dáárdoor later ongelukkig is met Vivian?
- Alleen nog signalen van een eventuele homoseksualiteit in die dansles. Barnum zoent Peder om eruit gegooid te worden. Maar Peder komt hem wel achterna en zei tegen de danslerares: als hij eruit moet, ga ik ook.
-Tja, geen idee eigenlijk. Er wordt van alles gesuggereerd en niets echt bepaald. Misschien is iedereen nog op zoek inderdaad naar een eigen identiteit.
- Wel een paar open eindjes die in mijn kop blijven hangen: wat is er nou toch precies gebeurd met De Oude? Zal er ooit een script verfilmd worden? Lekker om nog over na te blijven peinzen.
- Het zou kunnen dat dit niet helemaal helder zijn van het verhaal, het nog doorbestaan van verschillende mysteries veroorzaakt wordt door een autobiografisch karakter van het boek. Dat roepen van de schrijver in een interview dat hij over die verminkte handen en dat vaderschap van Fred nooit van zijn leven antwoord zal geven, dat klinkt alsof het antwoord bestaat en het niet een kwestie van verzinnen is. Maar het kan net zo goed, dat Christensen de waarheid heeft gegeven zoals die is voor een kind dat veel aanvoelt, maar nog weinig overziet. Het zou dan zonde zijn om daar de volwassen ''waarheid'' achteraf aan toe te voegen.
Het heeft volgens mij niet zoveel zin om uitspraken van personages aan te halen als je die personen niet kent. Wat ik nu juist zo knap aan dit boek vind, is dat alles met alles samenhangt. Het gaat dan om zaken als de film, het schrijven, de afwezigheid, het wachten, de halfheid, het grote zwijgen en ach, waarover al niet meer. En de hoofdpersoon is misschien uiteindelijk wel die hele oude brief. Op een gegeven moment in het boek moest ik steeds grijnzen als ik de zinnetje 'Misschien. Misschien ook niet.' tegenkwam. Ik ging ze in mijn real life ook zeggen en moest dan bij mezelf glimlachen. Geen hond natuurlijk die die glimlach begreep. Als antwoord werd het trouwens ook niet erg op prijs gesteld.
Maar een andere grrl geeft de volgende 'citaties':
------------
En ze dacht, oorlog is stilte. Vrede is lawaai.
---------------------
Het moment dat het tot Barnum doordringt dat hij niet zoals alle andere kinderen is, maar piepklein: 'Hier zou jij bijna kunnen wonen', zegt hij. De agent lacht en geeft me een klopje op mijn rug. Dan wordt het volkomen stil. Ik kijk naar hem op. Ik wil hier niet wonen. 'Hoezo?' vraag ik. De agent bukt zich. 'Hoezo?' 'Ja, hoezo?' Hij recht zijn rug weer. Knokkel (de juf) staat ongeduldig op de zebra. De rest van de klas doet een stap naderbij. 'Omdat alles hier zo klein is dat het precies groot genoeg is voor jou', zegt de agent. Zo zegt hij het, dat alles hier precies groot genoeg is voor mij, en hij lacht. Iedereen lacht. Ik sta midden in het gelach en de agent aait mijn krullen. (.) Ik zie hoe de anderen uit de klas me aankijken. En ik weet dat hierna niets zoals vroeger kan zijn. Van nu af aan ben ik klein. Ik ben de enige inwoner van deze kleine stad. Mijn tekortschieten, mijn gebrek aan lengte is opeens zichtbaar geworden. De agent heeft mij gebrandmerkt. -------------------
Uit de leerboeken van Barnum (vooral die bochel, LOL!): 'Hoe vaak hoort men zijn eten te kauwen? Zesentwintig keer. Zesentwintig keer hoort men zijn eten te kauwen, anders krijgt men darmcatarre, verstopping, slokdarmontsteking, opgezet tandvlees, slechte tanden, een breuk en een bochel.'
---------------------
Om aan de dansles te ontsnappen bedenkt Barnum dat hij alles verkeerd wil gaan doen: '(.) kwam ik tot de conclusie dat er evenveel verkeerde dingen zijn die je in deze wereld kunt doen als juiste, of misschien waren het er wel veel meer, want als je eenmaal begon te broeden op wat je allemaal verkeerd kon doen, dan werd je als het ware veel vindingrijker, er openden zich nieuwe mogelijkheden, en ik was die ochtend zó in vorm dat het me lukte een som te maken zonder te hoeven overgeven, namelijk dat als je alle juiste dingen die je kunt doen met ongeveer drie vermenigvuldigt, dan krijg je het aantal verkeerde dingen waaruit je kunt kiezen.'
----------------
Prachtig voorbeeld van de mooie zinnen die Christensen weet te breien: 'Boletta had een keer over maanziekte verteld, dat je dromen sterk als staal kunnen worden als de maan vol is, want het maanlicht is een vlam die de werkelijkheid en alles wat we ons verbeelden aan elkaar last. Tijdens de oorlog had niemand last van maanziekte, want toen had iedereen verduisteringsgordijnen en mocht je 's nachts niet naar buiten, daarom hebben wij gewonnen. Misschien was dat wel wat Boletta op haar heupen kreeg, als ze naar de Noordpool moest, maanziekte, en raakte ze dat pas weer kwijt als de zon de maan wegduwde en de lassen in het metaal van de duisternis liet smelten.'
--------------
(.) het is een merkwaardig gezelschap, maar Aleksander begroet de kleine, aanstellerige man vriendelijk, die een andere tongval heeft, noordelijk, wat hij probeert te verdoezelen door langzaam en met hoofdletters te praten.'
--------------
'Dan slaat Asle Braten. Het is een wilde, woeste slag tegen Freds gezicht en die maakt een wolk van zweet rond Freds hoofd los, nat, glimmend poeder, als een verpulverde stralenkrans.'
----------------
En zo begon dat wat ik mijn tussentijd noem, mijn eerste tussentijd, waar er nog zovele van zouden volgend en die sommigen het liefst zouden schrappen, eruit zouden knippen, de dramaturgen wordt het rood voor de ogen wanneer er zulke lange, stille scènes komen, de producenten smijten het script in de dichtstbijzijnde prullenbak, de regisseurs vragen je er een onbekende man met een machinegeweer in te schrijven of een ongelukkige jeugd en ze gaan op de wc op een nieuwe versie zitten wachten, ze hebben liever een moord en harde muziek en outfaden naar zwart, ze willen liever reclame hebben, ze willen alles behalve dit, want ze zijn erg bang dat ze zich zullen vervelen. Maar ze hebben nog niet begrepen dat juist in deze hoeken van het verhaal de keerpunten kunnen liggen, de sluimerende onrust, die langzaam opstijgt van de bodem en zijn ringen van onderuit verspreidt.'
Jop