Dag!
Tussen het 'literaire lezen' is 't wat mij betreft nou even tijd voor wat non-fictie. 't Boek ligt al langer op de nog-te-lezen-stapel. Volledig: Douwe Draaisma - Waarom het leven sneller gaat als je ouder wordt. Ondertitel: Over het autobiografische geheugen. (2001)
Zo! Wat een inspirerend boek! Ik begon in de relax-stand (languit op de bank), maar vloog vervolgens geregeld overeind (+ een sigaretje) uit puur enthousiasme. Ben nu pas op pag 80 (van de 270). Dus nog veel te gaan. En te verwachten. Bijv. het antwoord op de gestelde vraag.
Het 'autobiografisch geheugen' is uiteraard het verhaal van onze eigen herinneringen. Wat herinneren we ons? En waarom herinneren we ons 'dat ene' nou precies? Draaisma bespreekt diverse onderzoeken en lardeert ze met eigen ervaringen en verwijzingen naar literaire teksten. Tot nu kwamen o.a. langs:
Proust, Jan Hanlo, Borges, Nic. Matsier.
Wat ontdekte ik tot op heden? M'n eerste herinnering, ik was twee jaar. Ja, ik 'wist' 't wel - maar had kennelijk een incentisive (goed woord?) nodig. Herinneringen zouden kunnen beginnen, zodra kinderen een ik-gevoel hebben ontwikkeld = een zeker abstractievermogen. Ook 'leuk': we herinneren ons doorgaans rot-herinneringen keischerp. Waarom? Waarschijnlijk omdat we er op de langere termijn van moeten leren. En interessant: geur geldt als een belangrijke stimulator voor herinneringen. Herkenbaar, wat mij betreft. Uit onderzoek blijkt dat dat voornamelijk geldt voor de vroegere herinneringen. Daarna worden 'woorden' belangrijker. Waarom? 'Ruiken' zou in evolutionair opzicht een 'vroeg' vermogen zijn. Neurobiologisch zou het in de hersens niet in verband staan met het vermogen tot taal. We hebben daarom geen 'taal' voor geuren. Iets ruikt naar...sinaasappels, een bloemetje, modder etc. En jonge kinderen hebben nog geen of onvoldoende taal, dus ....
Nou. Ik lees verder. By the way: wat deden jullie op 31 aug. 1997? Geen idee? Nee, echt niet? Nou, toen verongelukte Diana. "O, toen ----" Dat noemt men een flitsherinnering.
Tju! Mart
Een absolute aanrader! Het boek gaat over het 'autobiografisch geheugen', d.w.z. het deel van ons geheugen waarin we onze persoonlijke lotgevallen opslaan. Het behandelt vragen over fenomenen die te maken hebben dit geheugen, zoals: waarom je eerste herinneringen niet gelijk na je geboorte beginnen, de invloed van trauma op de herinnering, déja vu, de 'levensfilm' waarover mensen die een bijna-doodervaring hebben meegemaakt vertellen, en uiteraard de titelvraag an het boek. Per vraag bespreekt de schrijver een aantal onderzoeken die (ongeveer) de laatste anderhalve eeuw op dat gebied zijn uitgevoerd, en hij eindigt bij de laatstverworven inzichten. Zo droog als dit klinkt is het boek echter beslist niet. Omdat de onderwerpen zich er naar hun aard niet lenen experimenteel wetenschappelijk onderzoek (bijv.: deja vu's en bijna-doodervaringen kun je natuurlijk niet in scène zetten) en er dus weinig van dergelijke onderzoeksresultaten over bekend zijn, heeft Draaisma namelijk ook op andere vakgebieden dan de psychologie naar informatie gezocht. Ook werk van bijvoorbeeld psychiaters, historici, filosofen, schrijvers en dichters heeft hij geraadpleegd en in het boek verwerkt. Bovendien geeft hij met name van onderzoekers die pioniers waren op een bepaald gebied (die hun onderzoekingen deden voor/rond de vorige eeuwwisseling) korte levensbeschrijvingen, waarin naar voren komt dat het vaak bijzondere, gedreven personen waren die hun leven wijdden aan het onderzoeken van het geheugenfenomeen dat hen fascineerde. Verder is het boek ontzettend goed (vlot en helder) geschreven, het leest als een trein, ook al door de aansprekende voorbeelden die de schrijver gebruikt (zoals het proces Demjanjuk; dat iedereen nog weet waar hij was toen hij hoorde dat Lady Diana was verongelukt; geheugenwonders als topdammer Ton Sijbrands, maar ook Funes uit het gelijknamige verhaal van Borgesen; een passage uit A la recherche du temps perdu ter illustratie van herinneringen die worden opgeroepen door een smaakervaring; enz.). En wat ik nog het allerleukste vind: wat ik in dit boek heb gelezen voegt iets toe bij het lezen van andere boeken, omdat onderwerpen als herinneringen en het ervaren van tijdsverloop in elk boek een rol spelen en passages
hierover me nu meer zeggen dan voorheen. Conclusie: dit boek is een must voor elke boekgrrl ;-).
PS: de nieuwste vraag over flitsherinneringen is natuurlijk 'wat deed je op 6 mei 2002 even na zessen'?
Ik zat in een gestaag 70 km rijdende sliert auto's op de Amsterdamse ring, vlakbij afrit 111, die ik niet hoefde te hebben. De stem kwam uit heel veel autoradio's die zichtbaar harder werden gezet. De auto's gingen ongemerkt langzamer rijden.
Ja, wat een fascinerend boek! Ben inmiddels een paar hoofdstukken verder, het huwelijk van de Wagners 'komt er aan', dat verhaal met al die kerstkiekjes, remember?
't Boek is ook verrekkes mooi geschreven. Vond je ook niet? Ik word bv. zwaar opgewonden van de start van 't Wagner-hoofdstuk. "Ons geheugen kan niet overweg met het alledaagse. Het weet weinig te reconstrueren van wat zich ooit aan onopvallends om ons heen bevond, hoe stemmen klonken, dingen voelden, kamers roken, gerechten smaakten". Wow! En ik zit alweer rechtovereind (zie vorige mail). Jouw "allerleukste" is vooralsnog niet 't mijne. Maar ja, ik ben 'een slok op een borrel' ouder dan jij, als 'k 't me goed herinner (!) van de meeting in den Haag.
Ja, heel mooi geschreven, en heel (mooi) leesbaar interessante en soms toch ook ingewikkelde stof erin verwerkt. Sommige passages kun je gewoon literair noemen, maar het wordt nergens pretentieus (als ik me goed herinner). Wat ik ook zo mooi vond was dat Draaisma inzichten vanuit allerlei verschillende disciplines (waaronder ook literatuur, zoals de smaakherinnering uit A la recherche du temps perdu en het gedicht Déjà-vu van Achterberg) met elkaar in verbinding brengt en zo samenbrengt tot een mooi en 'heel' verhaal.
PS Van een ouwe flitshernnering weet 'k helaas nou de exacte datum niet. Een fwd -beeld: m'n oudste kind (nu al 40!) is een baby. 't Is 's avonds even over achten. M'n echtgenoot , voor z'n werk niet thuis, vroeg me een live-concert op te nemen. Ik doe m'n plicht en wat staat er op de band....
vurtel, vurtel - Beatles? Stones? Woodstock? nah, dat was net te vroeg dan toch? Of is het toch iets vreselijks Nederlands waar ik nooit van gehoord heb?
'k Weet niet of wij toen thuis al tv hadden (laat staan opname-apparatuur), maar 't eerste dat in me opkomt is de Rolling Stones in het Kurhaus (gegoogled: 8 augustus 1964). Ook in '64 waren de Beatles in ons land - heb ik een krantenfoto uit later jaren van bewaard ten bewijze dat ze niet alleen in Amsterdam en in Blokker waren, maar ook in Hillegom, waar ik toen opgroeide, en door m'n broertje werd meegesleept om stiekum door een spleet in het gordijn te kijken (zonder benul te hebben wat d'r nou zou bijzonder was aan 't gebeuren). Of heb je heel iets anders op 't oog?
Nou zeg! 't Lijkt wel een verklapper: de moord op Kennedy natuurlijk!