Ida Gerhardt: De Akelei (Dürer)



De Akelei (Dürer)

Toen hij het kleine plantje vond,
boog hij aandachtig naar de grond
en dan, om wortels en om mos
groef hij de fijne aarde los,
voorzichtig - dat zijn hand niets schond.

Behoedzaam rondom aangevat
droeg hij het langs het slingerpad
van bos en akker voor zich uit,
en schoof het thuis in 't licht der ruit
zoals hij het gevonden had.

Dan, fluitende en welgezind
mengde hij zoekend eerst de tint;
diepblauw en zwart ineengevloeid,
met enk'le druppels rood doorgloeid,
dat het tot purper samenbindt.

En uur aan uur trok stil voorbij;
zó diep verzonken werkte hij,
dat het hem soms was of zijn hand
de vezels tastte van de plant-
zo glanzend kwam de omtrek vrij.

Totdat het gaaf te prijken stond:
de wortels scheem'rend afgerond,
het uitgesprongen groene blad
scherp in zijn karteling gevat
tegen de lichte achtergrond;

de bloemkroon purper violet,
de hokjes om het hart gebed
en boven de geknikte steel
de honingsporen, het juweel
vijfvlakkig: kantig neergezet.

In 't vallend donker toefde hij
nog dralend bij zijn akelei;
dan, in het laatste licht van 't raam
schreef hij de letters van zijn naam
en 't jaartal glimlachend erbij.

Ida Gerhardt

Boekgrrls

 

Ik schenk jullie een rustige woensdag, zonder hoofdbrekens. Ik kijk uit op de akelei, die in mijn tuin haar bloemen wiegt. En kwam al kijkend op het gelijknamige gedicht, dat mij altijd rust schenkt. In dit geval mijn rust voortzet! Het kleine onderwerp, in een miniatuur met woorden geschilderd, voedt steeds weer een groot gevoel in mij. Het is een schilderij in een schilderij, ik kan er nooit genoeg van krijgen. Omdat ik natuurlijk weet dat Eisjen al eerder een mooie aflevering met Ida Gerhardt maakte, wil ik niet de indruk wekken dat het mijn bedoeling is dat nog eens dunnetjes over te doen. Ik geef dus nog maar een gedicht; dat gebeurt tenslotte wel vaker!
    

Harmonie

Je hebt een tuin. Daar loop je 's avonds in.
Nu ja, niet elke avond. Af en toe.
Vaak ben je voor dat groeien zonder zin,
En toch zo grondig, na de dag te moe.

Een bloem geeft alles. Maar zij is al dood.
Jij bent gespleten. Maar jou wacht het leven.
Zo ben je vaak in niets een lotgenoot
Een wig lijkt tussen haar en jou gedreven.

Zij wil zich haasten. Jij moet blijven duren.
Jij waakt en fragmenteert. Zij bloeit en slaapt.
Soms strookt het. Op zo'n avond, dat je uren
Door een wijdopen kelk wordt aangegaapt.

Gerrit Komrij


Hoe verschillend ook, ik zie overeenkomst in beide gedichten: harmonie. In het eerste de harmonie tussen de schilder en zijn  onderwerp, in het tweede tussen de mens en zijn schijnbare tegenpool.  Soms is er die toevallige ontmoeting, waarbij je de ander/iets anders herkent als hetzelfde elementaire deeltje van een groter geheel. Dan ervaar je ontroering, die spreekt uit het gedicht van Gerhardt, of verwondering, die spreekt uit het gedicht van Komrij. En ook gaat het in beide gedichten om het beschouwen van het onopvallende, maar nooit onbelangrijke, kleine. Het enige waar ik in dit gedicht achteraf altijd mee zit (want ik kan wel moeiteloos doorlezen, omdat ik het onbegrepen
ook mooi vind), zijn de regels vijf en zes. Kan een van jullie die ophelderen? Hoezo de bloem dood, als zij bezig is alles te geven? Hoezo jij gespleten?

Bernique, die dus toch wat te hoofdbreken geeft! 

>Ik kijk uit op de akelei, die in mijn tuin haar bloemen wiegt. 
Je bent zelf een dichter! Ik ben onder de indruk, Bernique. Ik zat vanmorgen al vroeg te kijken of je iets gemaild had. Je keus vind ik heel bijzonder.Vandaag overdag zal er niet veel komen van rustig lezen en schrijven, ik wil ook niet lezen wat anderen erover zeggen, voor ik zelf mijn gedachten duidelijk heb. Maar ik zal wel reageren! Mooie dag gewenst, leidje

>Ik kijk uit op de akelei, die in mijn tuin haar bloemen wiegt. 
...moeten we ook naar de tuingrrls sturen, nietwaar, boek- en tuingrrls? Prachtig Bernique, ik ben erbij, Elly

De Akelei staat in de kunstgeschiedenis voor nederigheid en verwijst ook naar Maria's smarten. De Franse naam van deze bloem is ancolie, wat pijn en verdriet betekent. In het Engels is het Columbine, wat wel heel luguber is als je bedenkt wat op die middelbare school gebeurde. 

Ik vond één afbeelding van de Madonna waarbij het kind een tak met akeleien in de hand houdt. Maria al voorbereidend op haar verdriet? Volgens de website van de kerk in Nordhausen waar dit paneel toegeschreven aan Karel van Soest hangt werd de plant ook gezien als geneeskrachtig (heilpflanze) en is het hier als symbool voor het goede (das Heil) dat Jezus de wereld brengt. Het schilderij werd rond 1420 geschilderd. 

Dom Nordhausen

     
Hoi Bernique,

Alweer een prachtige aflevering. Dank je wel. Over je vraag:

> Een bloem geeft alles. Maar zij is al dood.
> Jij bent gespleten. Maar jou wacht het leven.

> Het enige waar ik in dit gedicht achteraf altijd mee zit (want ik kan 
> wel moeiteloos doorlezen, omdat ik het onbegrepen ook mooi vind), zijn
> de regels vijf en zes. Kan een van jullie die ophelderen? Hoezo de
> bloem dood, als zij bezig is alles te geven? Hoezo jij gespleten?


Dit is wat ik denk: hoezeer je je op bepaalde momenten ook verbonden kunt voelen met alles om je heen, er is één ding dat de bloem van de mens scheidt: bewustzijn. De mens is degene die de bloem de eigenschap 'geven' toedicht, de bloem kan niet anders zijn dan ze is. Ik denk dat 'dood zijn' hier een beeld is voor 'onbewust, totaal bestaan', iets wat de mens niet gegeven is. In deze regel: > Jij waakt en fragmenteert. Zij bloeit en slaapt. gebruikt Komrij de beelden 'waken' en 'slapen' om hetzelfde verschil aan te duiden. Dat verschil wordt ook uitgedrukt in 'gespleten' en 'fragmenteert' ( de mens) en 'geeft' en 'bloeit' (de bloem). Dankzij haar onbewust-zijn kan de bloem zijn die zij is, zij kan daardoor niet anders. De mens bereikt dat één-zijn alleen in een enkel moment, door naar een bloem te kijken of zich in te denken dat de bloem naar hem kijkt (laatste regel).

Hartelijke groet,
Edith

Hoi Bernique, ik was even vergeten dat het al woensdag is, leuke verrassing dat er weer gedichten liggen te wachten. Ik kende alleen die van Gerhardt. Wat mij daarin treft is de beschrijving van de 'flow' in het bezigzijn van de schilder. Het is avond als de schildering klaar is en het gedicht suggereert dat hij de hele dag verzonken was in die akelei. Doordat jij dit gedicht naast dat van Komrij zette, komt sterk naar voren dat de schilder observeert, het wezen van die blóem wil treffen, terwijl Komrij met zichzelf bezig blijft als hij een bloem ziet en de bloem afmeet aan zichzelf, zelfs zegt dat ''de wijdopen kelk hem aangaapt''.

In die regels over dood en leven zie ik twee keer iets dat Komrij als tegenspraak voorkomt. En die twee tegenspraken staan dan ook nog in contrast met elkaar. Aan de ene kant die bloem die zonder zin zo grondig groeit, alles geeft en toch ''dood'' is en aan de andere kant de mens die zo gespleten is terwijl ''het leven wacht''.

Hij spreekt zich volgens mij in dit gedicht niet uit over wat dan dat dood zijn is van planten. Het is misschien dat vegetatieve ?? Een mensennorm voor een plant? Ik ken dat menselijk bezien van planten. Als een plant gebloeid heeft zonder dat ik dat heb opgemerkt, vind ik dat bijna zondig, want waar bloeit zo'n plant dan voor als niemand de bloemen ziet? Mij lijkt dan dat zo'n bloem zijn doel gemist heeft. Niemand heeft van zijn schoonheid genoten. Maar het is alleen maar zonde voor mij omdat ik zo verwachtingsvol die plant heb gezaaid. Het doel van de plánten is mooi zijn voor de insecten om bevrucht te kunnen worden en zo voort te leven en daar hebben ze mij helemaal niet bij nodig.

Gespleten? Een mens is niet voluit en van harte mens, mensen zien van tijd tot tijd het leven niet zitten, treuren en klagen, een aantal geeft het op, anderen klemmen zich vast aan het verleden. Geen idee of hij dat bedoelt, maar voluit leven kun je dat toch niet noemen. Kleine kinderen doen dat nog wel, later komt vaak de klad erin. Nog het minst bij tuiniers volgens mij ;-)

Wat een heerlijk gedicht over de akelei en ook het gedicht van Komrij Maar het langzaam schilderen van de bloem kon mij toch het meest bekoren. Misschien omdat ik door de warmte wat sloom ben. Volgens mij is de symboliek van de akelei nog niet in volle hevigheid langsgekomen. Ik zag even de heilzame werking van de plant genoemd, Over symboliek en geneeskracht heb ik wat bij elkaar gesprokkeld. Dat vind ik namelijk zo leuk aan planten: ze zijn gewoon mooi om naar te kijken, je kunt ze een diepe betekenis geven, je kunt ze prachtig schilderen en bedichten en je kunt ze vaak nuttig gebruiken. Dat doen we ze niet altijd na. 

De akelei behoort met madonnalelie, vrouwenmantel, madeliefje, lavendel, salie, munt, longkruid, hazelaar tot de mariale planten, planten die verbonden zijn met Maria. Om precies te zijn staat de akelei voor het lijden van Maria en is daarnaast een symbool voor de melancholie

De Wilde Akelei is tot de 19e eeuw veelvuldig gebruikt. De Germanen eerden de akelei want ze was gewijd aan de Godin Frigga. Nadat het christendom de overhand kreeg werd het kruid een symbool van de heilige geest, vanwege de vorm van de bloemen, die wel wat aan een duif doen denken (of een andere vogel). Hildegard von Bingen raadde het kruid aan bij opgezette klieren. De 16de eeuwse kruidkundige Matthiolus en de 17de eeuwse Tabernaemontanus raadden een drankje aan van akeleiwortel en - zaden om mannen, die door toedoen van hekserij hun plicht als echtgenoot niet meer konden vervullen, weer potent te maken. De Spanjaarden aten een stukje van de wortel, om van nierstenen af te komen. Volgens Dodoens was de akelei onbekend bij de klassieke heelmeesters uit de oudheid en kende de plant geen medicinale toepassing. Maar Abraham Munting somt in zijn boek uit 1696 toch een aantal 'vermeende' medicinale eigenschappen op van de akelei, die o.a. zou werken tegen de hoest, het sap van de bladeren zou wonden genezen, het kruid kon vlooien en wormen doden etc. In de 18de eeuw werden in onze streken de zaden van de akelei nog gebruikt tegen geelzucht en bij verstopping van de ingewanden, bij kinderen tegen de mazelen en waterpokken. Verder gebruikte men een afkooksel van de plant om de haren mee te wassen bij roos. Homeopaten schreven de plant voor bij bepaalde zenuwstoornissen. In deze tijd is het gebruik van de akelei beperkt, want de zaden en de bovengrondse delen van de plant bevatten een gevaarlijke stof. Daarom is het verstandig uit de wortel gemaakte producten, alleen uitwendig te gebruiken. De akelei kent men nog steeds de volgende eigenschappen toe: antiseptisch; kalmerend; samentrekkend; wondreinigend.

Leuk he, ook, dat zo'n plant al zo oud is. 
yvonnep


Mooi -mooi, Bernique! Dank je wel. En prachtig 'in harmonie' met deze zonnige zomerdag! Heb weliswaar geen akeleien en me aanstarende kelken in m'n overvolle pottentuintje - maar wel veel ander vrolijk bloeisel, dat ik strakkies weer es nodig moet benetten!

Het gedicht van Gerhardt geeft je rust, schrijf je. Ja - het IS bijna rust. De rustige aandacht van de schilder is de rust van de dichter geworden, bij wijze van spreken. Veel o's en a's- rustklinkers bij uitstek. En die vaste metriek - zo effectief!

Komrij biedt andere koek. 'Harmonie' is de titel. Maar ik herken die harmonie eigenlijk niet zo; zie meer disharmonie. Behalve in de laatste regels, waar 't de bloem lukt kontakt te leggen. Wow! Mooi - de cynicus die zich even tot de orde laat roepen.

Eisjen - wat zette je een prachtig plaatje op de site! Deze boekvrouw is diepgelukkig met haar net geinstalleerde ADSL! Voortaan ga ik alles op alle sites bekijken!

Mart - volgende week aan de gedichtenbeurt. Oie -oie. Moet langzaamaan aan 't werk.

wat een fijne toevoeging van jou Yvonne! ik hou erg van de akelei maarwist dit allemaal niet. in het vroege voorjaar staat mijn tuin er mee vol, in allerlei tinten: wit, licht- en donkerder roze, licht- en heel donkerblauw. ze komen spontaan overal op en zaaien zichzelf vlijtig uit.ik heb al heel wat zaaddoosjes uitgedeeld aan deze en gene. bedankt!

 

Meiden, wat een leuke dag hebben jullie reacties mij bezorgd. Als 
gewoonlijk kan ik het dus niet laten om hier wat van op een rijtje te 
zetten, meer voor eigen genoegen en hernieuwde overpeinzingen! En mijn vraagtekens aangaande het gedicht van Komrij zijn beantwoord, mijn begrip is toegenomen. Fijn!

Eisjen liet horen:
Ik heb het gedicht op de site verwerkt in de tekening van Dürer.

Eisjen, helemaal _schitterend_! Het gedicht is nu eigenlijk voltooid. Ook de uitleg over betekenis (nieuw voor mij) en de afbeelding van de Madonna met akelei zijn mooie toevoegingen. Dank voor het werk dat dit weer gekost moet hebben. Er valt nu optimaal van te genieten.

Jop schreef:
Doordat jij dit gedicht naast dat van Komrij zette, komt sterk naar voren dat de schilder observeert, het wezen van die blóem wil treffen, terwijl Komrij met zichzelf bezig blijft als hij een bloem ziet en de bloem afmeet aan zichzelf, zelfs zegt dat ''de wijdopen kelk hem aangaapt''.

Hier heb je volkomen gelijk, denk ik. Ik heb het alleen over overeenkomst gehad, niet over verschil. Blij dat je dit aanvult! Hij spreekt zich volgens mij in dit gedicht niet uit over wat dan dat dood zijn is van planten. Het is misschien dat vegetatieve ?? 

Een mensennorm voor een plant? Maar... een vegetatief, onbewust leven vind ik nog steeds iets anders dan dood. Een plant in die plant-eigen staat blijft groeien, bloeien en mooi zijn. Dood is weg. Toch? Gespleten? Een mens is niet voluit en van harte mens, mensen zien van tijd tot tijd het leven niet zitten, treuren en klagen, een aantal geeft het op, anderen klemmen zich vast aan het verleden. Geen idee of hij dat bedoelt, maar voluit leven kun je dat toch niet noemen.

Ja, als je het zo stelt heeft het dus alles met bewustzijn te  maken, wat de mens onderscheidt van de plant. Edith heeft het hieronder ook over bewustzijn en "onbewust, totaal bestaan". Juist een bewustzijn veroorzaakt gespletenheid, omdat er een eigen wil en daarmee eigen keuzes zijn. Bedoel je/bedoelen jullie dat? Zelf vind ik het aardig bevredigend, zo.

Edith schreef:


Dit is wat ik denk: hoezeer je je op bepaalde momenten ook verbonden kunt
voelen met alles om je heen, er is één ding dat de bloem van de mens
scheidt: bewustzijn. De mens is degene die de bloem de eigenschap 'geven'
toedicht, de bloem kan niet anders zijn dan ze is. Ik denk dat 'dood
zijn' hier een beeld is voor 'onbewust, totaal bestaan', iets wat de mens
niet gegeven is. In deze regel:

> Jij waakt en fragmenteert. Zij bloeit en slaapt.

gebruikt Komrij de beelden 'waken' en 'slapen' om hetzelfde verschil aan
te duiden. Dat verschil wordt ook uitgedrukt in 'gespleten' en 
'fragmenteert' ( de mens) en 'geeft' en 'bloeit' (de bloem). Dankzij haar
onbewust-zijn kan de bloem zijn die zij is, zij kan daardoor niet anders.
De mens bereikt dat één-zijn alleen in een enkel moment, door naar een
bloem te kijken of zich in te denken dat de bloem naar hem kijkt (laatste
regel).


Dit heb je heel verhelderend gezegd!

Leidje schreef:

Bij het schrijven van de naam en het jaartal, als op een grafsteen, ben je je bewust van het tijdelijke. De akelei in volle bloei moest dood om op het schilderij een symbool voor het schitterende leven te kunnen worden. Alles gaat dood maar ook zoiets nietigs als die akelei kan 'eeuwig' leven. Toch het hemelse? Geen teleurstelling om het doodgaan, maar de hoop op een eeuwig leven.

Zo had ik het nog niet gezien. Mooie symboliek, Leidje.

En:
Uit Harmonie spreekt geen liefde voor de natuur. Af en toe gaat de dichter de tuin in, maar al dat wilde gegroei is hem te veel na een drukke dag. Hij _beredeneert_ hoe een bloem is, hij vereenzelvigt er zich niet mee, voelt zich geen bloem. De gespleten mens -zwei Seelen wohnen, ach, in meiner Brust- wacht het leven. Wacht, ja, maar weet je zeker dat je dat bereikt, dat leven? of blijf je er tegen aanhikken, al redenerend en oplettend, het hele leven ontledend, in plaats van het geheel te zien, en je dus nooit een deel van een bloem kunnen voelen. Soms lukt die eenwording even, soms strookt het; en dan komt er in de laatste regel weer zo'n typisch Achterhoekse (en Twentse )wending, zet hij je schijnbaar op het verkeerde been: jij schouwt niet die bloem, nee die bloem _gaapt_ jou aan of je een aapje bent. Bij zo'n slot met ik echt even een beetje lachen. De dichter relativeert hier zijn dichterzijn,
lijkt wel.

Je zegt hier min of meer hetzelfde als Jop en Edith over het gespleten zijn. Ik vind het overtuigend.

Mart schreef:
Komrij biedt andere koek. 'Harmonie' is de titel. Maar ik herken die harmonie eigenlijk niet zo; zie meer disharmonie. Behalve in de laatste regels, waar 't de bloem lukt kontakt te leggen. Wow! Mooi - de cynicus die zich even tot de orde laat roepen.

Juist, Mart! en Leidje moesten er om lachen, net als ik trouwens. Ik zie ook de ironie en het cynisme wel, Komrij natuurlijk eigen. Weer een groot verschil met het gedicht van Gerhardt. Maar voor mij voert de harmonie, die er onverwacht, in een enkele flits is in dat "Soms strookt het", toch de boventoon. Dat blijft kleven. Leuk, die verschillen!

Yvonnep schreef:
De akelei behoort met madonnalelie, vrouwenmantel, madeliefje, lavendel, salie, munt, longkruid, hazelaar tot de mariale planten, planten die verbonden zijn met Maria. Om precies te zijn staat de akelei voor het lijden van Maria en is daarnaast een symbool voor de melancholie

Al met al heeft iedereen dus veel genoten én geleerd! Zelf wist ik dit
in ieder geval niet.

Bernique

 




 


Laatste keer bijgewerkt: 18/07/05  EisjenTerug naar top pagina

"Turf en Akelei"
Albrecht Dürer
(picture supplied by
Art Renewal Center)

 

Woensdag Gedichtdag