Dimitri Verhulst: Niets, niemand en redelijk stil


Na Mevrouw Verona daalt de heuvel af ben ik nieuwsgierig geworden naar deze schrijver. Soms stond ik bij het lezen stijf van bewondering voor Verhulsts schrijfkunst terwijl ik de schrijverij op andere bladzijden geforcéerd mooi vond of heel soms zelfs lelijk. Niettemin ben ik nog steeds even geïntrigeerd, hier zit een diamant. De inhoud is gauw verteld. Een man snakt naar een vrouw die de vrouw van zijn leven zal zijn. Hij noemt haar zijn miserlou. Een woord dat ik nog niet kende en dat ik prompt de dag erna ook tegenkwam als titel van een lied van L. Buttler. ''Melomanen'', zegt Verhulst, ''kennen het woord miserlou via de
klezmermuziek. Zij is de bezongen woestijnprinses. Haar schoonheid ontneemt je de asem, slaat de tanden uit je smoel.'' Hij heeft haar één keer gezien op een terras in Parijs en blijft dat beeld in de jaren daarna koesteren als zijn droomvrouw. Het woord 'miserlou' heeft de dramatische connotatie waar het verhaal om vraagt. 'Feinfühlig feurig, freudig-fetzig und traurig schwermütig' noemt een Berlijnse band met de naam Miserlou zich. Past ook naadloos op het boekje van Verhulst. Het boek hierna, Mevrouw Verona etcetera, draagt de montere opdracht: Voor Nathalie, eindelijk. De miserlou lijkt gevonden, als dat tenminste mogelijk is bij een miserlou en als je de suggestie van Verhulst dat deze novelle zijn eigen leven beschrijft wilt volgen.

Het verhaal begint als volgt:

Ik kan me slechts moeizaam van de indruk ontdoen dat ik gelukkig ben. Het charmante aan dat geluk van mij is dat ik het gulzig deel met een vrouw die ik niet ken en heel waarschijnlijk ook nooit kennen zal. Niet is zij de vrouw naar wie ik verlang, niet helemaal. Zij is mijn verlangen waarvan ik een vrouw heb gemaakt. We maken weinig ruzie.

Maar ze brengt de dromer ook tot wanhoop:

Een miserlou helpt je kop gewillig in de strop en zij zal het laatste zijn waaraan men zal hebben gedacht nadat men de stoel vanonder zijn zelfgebricoleerde galgje heeft geschopt.

(dit gebruik van 'men' vind ik bijvoorbeeld een tegenvaller).

De beeldspraak kan overvloedig zijn:

Aan de toog hingen enige heren zich al naarstig vol fletse pils te gieten. Hun ogen zaten als kwallen op mijn rug, beten zich vast, zogen als parasieten alle energie uit mijn lijf.

'Komde gie uuk veur de begraovinge van Anneliezeke, menier?'' Hoepla, daar had je 't al. In het dialect. Schoon, die dialecten. Sappig. Toch nam ik mij voor een met boenwas behandeld Nederlands te praten, dat houdt afstand.

Een met boenwas behandeld Nederlands, dat is het zeker niet geworden in dit boek. Was onze taal maar zoals V. schrijft. Hoe? Moeilijk dus om een passend woord te bedenken. Vitaal misschien? Feinfühlig-feurig is al beter.
 


jop

 

 

Ik zocht op de site naar meningen van andere grrls over Verhulst en kwam bij september 2003 een helaas naamloze aanbeveling tegen voor Niets, niemand en
redelijk stil waarin een mooie kwalificatie van zijn stijl: 'Verhulst blaast branie in de taal'. Wat aardig gevonden!! Wie schreef die aanbeveling?

Geen idee waar die tekst vandaan komt! Het is al te lang geleden dat ik nog weet hoe of wat, maar ik heb het zeker niet zelf verzonnen! Ik weet dat zeker omdat ik geen gedichtenliefhebber ben en nooit een bundel gedichten zou aanbevelen!

Dat heb ik vast ergens 'gejat'..zonder erbij te zetten dat het gejat
was..oeps..

Wie het ook verzon, het is een mooie typering!
'Verhulst blaast branie in de taal'.

> De inhoud is gauw verteld. Een man snakt naar een vrouw die de > vrouw van zijn leven zal zijn. Hij noemt haar zijn miserlou. Een > woord dat ik nog niet kende en dat ik prompt de dag erna ook > tegenkwam als titel van een lied van L. Buttler. ''Melomanen'', > zegt Verhulst,''kennen het woord miserlou via de klezmermuziek.

ik vind deze youtube uit 1963. best om aan te zien/horen trouwens. misirlou is grieks?

> 'Komde gie uuk veur de begraovinge van Anneliezeke, menier?''
> Hoepla, daar had je 't al. In het dialect. Schoon, die dialecten.
> Sappig. Toch nam ik mij voor een met boenwas behandeld Nederlands > te praten, dat houdt afstand.

mooi dat boenwas! zo luisteren vlamingen naar ons van het ABN? de taal die afstand schept. hoewel taal altijd afstand schept
of niet al naargelang etc

> Een met boenwas behandeld Nederlands, dat is het zeker niet
> geworden in dit boek. Was onze taal maar zo. Zo wat? Moeilijk dus  > om een passend woord te bedenken. Vitaal misschien? Feinfühlig-  > feurig is al beter.

grin, ;-)
 


Mevrouw Verona daalt de heuvel af

Dimitri Verhulst bij:

Misirlou
L. Buttler

klezmer

 

 

www.miserlou.de

Boekgrrls

Laatste keer bijgewerkt: 01/07/07  Eisjen