Een achttal verhalen over het Bickerseiland, dat ik persoonlijk niet
ken. Niet gekend heb, moet ik zeggen, want het is volgens de flap in de
jaren zeventig van de vorige eeuw gesaneerd. Als ik de verhalen lees
denk ik ook dat ik het niet had willen kennen, het is een achterbuurt
geweest, een buurt die heel gezellig is voor de eigen bewoners, maar een
ramp voor buitenstaanders.
Het jongetje dat daar woont en het hoofdpersonage is van de verhalen, is
er thuis, maar niet zoals de andere bewoners. Dat komt omdat zijn vader
een Groninger van afkomst is, hij is een outsider, het mikpunt van spot.
De jongen voelt zich verwant met zijn vader, hij kan goed leren; maar
hij wil natuurlijk ook opgaan in de gemeenschap, lachten met zijn
vriendjes. Dit dubbele komt in de verhalen goed tot uiting, het stelt
hem in staat om de gemeenschap met een kritische blik te bezien. Maar
ook is duidelijk dat hij niet goed weet te kiezen. In een van de
verhalen vertelt zijn vader hem dat er een scheiding op til is, en de
jongen is geschokt. Halsstarrig weigert hij het woord zelfs maar te
denken, dat vreselijke woord dat zijn wereld op zijn kop zet. Maar in
een ander verhaal maakt hij duidelijk hoezeer hij de verwantschap met
zijn vader voelt, en zich samen met hem
opstelt tegen de rest van de wereld. Het verhaal van de dronkenschap,
het is prachtig om te lezen hoe de jongen zijn omgeving anders gaat
ervaren onder invloed van de alcohol. En de gene in het verhaal over de
vodden, als hij achter de kar met vodden betrapt wordt door zijn
geliefde schoolmeester, het is genieten..
De jongen uit deze verhalen deed me denken aan de jongen die in de
verhalen van Erwin Mortier opduikt, helaas zonder het smeuïge van de
Vlaamse taal, hoe een kleine jongen de wereld om zich heen probeert te
duiden. Ook al is het perspectief van Philip Snijder anders, hij kijkt
terug vanuit de toekomst, qua sfeer kan hij zich meten aan Mortier, je
bent als het ware daar waar de jongen is.
Ik vind het een heel geslaagd debuut, al vraag ik me wel af of een
tweede boek dit ooit zal kunnen evenaren.
Marjo
|
Op zijn weblog schreef Philip Snijder (1956)
herinneringen neer aan zijn jeugd op Bickerseiland, een eiland
ten westen van Amsterdam Centraal Station. Een redacteur van
literair tijdschrift De Tweede Ronde vroeg hem deze
stukken te bewerken tot een verhaal, zodat ze opgenomen konden
worden in de periodiek. Uiteindelijk wist Snijder acht episodes
van zijn elfjarige ik te vervaardigen, welke bijeengebracht
werden in Zondagsgeld.
Lees verder bij
Recensieweb
Philip Snijder studeerde Italiaans en werkte onder andere bij een
schoon-maakbedrijf, boekhandel, jeugdhotel, universiteit, cafe's en
culturele instelling. Hij publiceerde zijn eerste verhalen in het
literaire tijdschrift De Tweede Ronde. Zondagsgeld is zijn romandebuut.
boeken.vpro.nl
Boekgrrls lezen de Debutanten
|