Ben
wel reuze benieuwd naar jullie meningen over het boekenweekgeschenk. Ik
heb vanmiddag besloten het bij mijn twee Engelstalige boeken te laten en
Japin ook lekker in de winkel te laten. Scheelt weer crossen. De
recensies zijn geweldig. Als je gevoel voor humor hebt:
"In dit boekenweekgeschenk wordt ook nog eens onvoorstelbaar slecht
geschreven - voortdurend, op elke bladzijde, in elke alinea, in elke zin
en op alle niveaus."
Wil dus wel horen wat jullie ervan vinden. Lijkt me leuk. Eisjen: ik
verzamel (eventuele) reacties en maak er straks een leuk stukje van voor
de site. Dames, fans van Japin, liefhebbers van het genre, aperte
Japinhaters...leef u uit (ik heb voor morgen nog een mooi citaat uit
deze recensie van Arie Storm, Parool).
ik heb hem wel nar huis meegenomen (en gisteren ook nog meegesleept van
Doorn naar Enschede naar Castricum - waar Hanneke en ik ondanks een dag
wolken toch een prAchtig zonsondergang-in-zee hebben gezien - en terug)
maar tot nu toe niet eens de enthusiasme op kunnen brengen om het boekje
open te slaan. Ik heb nooit iets van Japin gelezen en voelde eerlijk
gezegd geen echte drang om dat ooit nog te doen. Maar goed, dit boekje
zal ik wel ongetwijfeld later in de week lezen (ben nu diep in gesprek
met Murdoch nummer 7) dus mijn mening heb je nog te goed.
ik ben fan noch hater, ik kEn die man gewoon helemaal niet. Trouwens,
dat blijkt ook uit het feit dat toen ik vroeg 'Heeft hij niet iets met
Rosita Steenbek (gehad)?' werd ik lachend verteld dat hij homo is. Tja,
dat dacht ik juist altijd van Adrian van Dis, terwijl niets blijkt
minder waar te zijn - daar gAAn mijn vooroordelen! ;-) Ik heb wel meneer
Japin in levende lijf gezien gisterochtend op Utrecht Centraal, waar hij
stond een harmonie orkest te dirigeren (in smoking en witte strik) met
een of andere speciaal voor de boekenweek gecomponeerde stuk muziek. Dat
zou hij in 4 plaatsen doen in de loop van de dag - het was toeval dat ik
hier tegenaan liep aan het begin van mijn dagje gratis treinen. Ik moet
zeggen dat ik hem 'in het echt' veel aantrekkelijker vond er uit zien
dan in foto's, maar ja, hij strAAlde helemaal - zeker een meneer die
geniet van de schijnwerpers.
Ik zat gisteren lekker gratis in de trein met Japin (het boekje dan), en
ik moet zeggen dat ik het, zeker in het genre boekenweekgeschenk en in
vergelijking met dergelijke boekjes van de afgelopen jaren, beslist een
goed verhaal vond. Een tamelijk schrijnend thema, 'kleine mensen',
dwergen die niets anders overblijft dan te leven tot vermaak van anderen,
en dat dan ook nog in de context van het nazisme. Het zet je aan het
denken over hoe je zelf omgaat met mensen die 'afwijken' (alsof we dat
niet allemaal doen in zeker opzicht). Positieve discriminatie, negatieve
discriminatie, negeren, of toch 'gewoon' behandelen? En in hoeverre kun
je daar een keuze in maken, of is het een reflex om zo te reageren op 'afwijkende'
mensen? Ik vond het sterk dat Japin begint met een lijn te trekken naar
de ervaring die ieder van ons heeft met klein zijn (als kind, als
voorbijgaan stadium). Daarmee trekt hij als het ware een cirkel die
iedereen op een bepaalde manier deel laat hebben aan het verhaal van
zijn hoofdpersonen. Het zijn geen vreemde wezens meer, je kunt eigenlijk
niet zeggen: dat heeft niks met mij te maken. Ook vond ik het knap dat
hij zo invoelbaar de leefwereld van zijn kleine hoofdpersonen beschrijft,
terwijl de setting (een soort pretpark waar mensen komen om naar de
dwergen te kijken) toch bijna surrealistisch is, waardoor inleven
moeilijk lijkt. Die setting deed me ook sterk denken aan wat Foucault te
zeggen heeft over de disciplinerende macht die uitgaat van constant
zichtbaar zijn, en bovendien de neiging van de maatschappij tot
normaliseren, categoriseren, uitsluiten (en opsluiten, zie zijn
Geschiedenis van de waanzin, of Discipline toezicht en straf) van wat
afwijkt. Ik weet niet of mensen Stenen van de rivier van Ursula Hegi
gelezen hebben, ook over een dwergvrouw, ook in Duitsland tijdens de
oorlog, maar heel langdradig naar mijn mening. Eigenlijk slaagt Japin er
beter in mij binnen te voeren in de ervaringswereld van 'kleine mensen'.
Dat vind ik wel knap in 87 pagina´s (tegen 549 van Hegi
Bepaald
geen lichtvoetig verhaal, maar dat had ik kunnen verwachten natuurlijk.
Ik had nog nooit gehoord van 'lilliputtersdorpen'. Het idee dat er
zoiets zou zijn, stuit mij ook zeer tegen de borst. Zelfs al lees je in
dit boek dat de kleine mensen het niet allemaal erg vinden, omdat ze er
tenslotte hun brood mee verdienen! Ik kan dus helemaal meegaan in de
gevoelens van de hoofdpersoon, die zijn kont tegen de krib gooit en
afscheid neemt van dat wereldje. Hij wil de grote wereld in. Mijn zegen
heeft-ie.
Ik
vond het heerlijk om te lezen, zijn stijl spreekt mij aan, heb ook oa
een Schitterend Gebrek van hem gelezen, kan ik ook van harte aanbevelen.
En mocht hij in de buurt bij een van jullie zijn , bij een lezing over
een van zijn boeken, er zeker naar toe GAAN... Arthur is ook een
geweldige verteller , hij neemt je helemaal mee in zijn verhaal!
Ik
heb het boekenweekgeschenk van dit jaar gisteren in de trein naar
Eindhoven vlot uitgelezen. Een beter boekje dat het vorige van Wolkers,
en het eervorige (?) van Roosenboom. Slecht geschreven? Niks van gemerkt.
Bijzonder goed ook niet trouwens, althans, er viel me niet veel op. Het
gegeven: hoe is het leven voor kleine mensen, vond ik interessant. De
spanning zit er gelijk in, omdat het verhaal begint met het opruimen van
het dorp van deze 'afwijkende' mensen door het naziregime dat in z'n
maatschappij alleen 'normale' Ariërs wil hebben. Die spanning wordt aan
het eind trouwens niet helemaal ingelost, vind ik, maar echt erg is dat
niet. In grote delen van het verhaal vond ik het leven van kleine mensen,
en de problemen die ze ondervinden in de grote wereld, goed beschreven.
De levenswijsheid van Lemmy's moeder vond ik sterk. "Ik weet echte niet
waarom een zinnig mens van twee mogelijke verklaringen uitegrekend de
meest akelige zou geloven", zegt ze n.a.v. het verdwijnen van Lemmy's
vader: de ene lezing is dat vader bij een soort uit de hand gelopen
dwergwerpen op de straat is neergekwakt en z'n nek heeft gebroken.
Moeders lezing is dat hij met zo veel vaart omhoog is gegooid dat hij
door de markies heen schoot en voor altijd in de nachthemel verdween. En
daarna gelijk ontroerend: "altijd als er een vallende ster voorbijschoot
zwaaide ze even". Lemmy doet dat later, nadat zijn moeder is omgekomen,
ook, en dan met twee handen. Sentimenteel, maar toch ook aansprekend. De
problemen die kleine mensen tegenkomen vond ik goed beschreven in de
eerste confrontatie van Lemmy met de grote wereld, en ook door de
beschrijving van de periode van Lemmy en Rosa in het pension van Frau
Moncau: zij is positief over kleine mensen, maar de onderlinge omgang
blijft toch getekend door 'het verschil'. En bij de dans die Lemmy en
Rosa instuderen voor de revue: gewoon dansen heeft geen zin, de act moet
stuntelig worden gemaakt, want pas dan zijn kleine mensen grappig, en
dus niet eng. Het voorbeeld van de ober die vraag of Lemmy en Rosa hun
bord wel zullen leegeten vond ik echter niet echt geloofwaardig: kan me
nauwelijks voorstellen dat iemand zich zó pummelig gedraagt. Maar als
het wel zo is, des te erger, natuurlijk. Een zwak punt van het boek vond
ik een twee- of drietal passages van meerdere bladzijden waarin de
problemen van kleine mensen vooral theoretisch worden beredeneerd. Die
stukken vond ik te uitleggerig, en (dus) niet sterk: in fictie spreekt
het me meer aan als gebeurtenissen worden beschreven die je duidelijk
maken wat de schrijver bedoelt, dan dat hij het met zoveel worden
uitspelt.
Gisteren
bij het programma van Jan Eilander werd het boekje ook nogal afgekraakt,
dus...? Dan nog een vraagje: In het programma van Eilander werd door de
kritiserende dames gesteld dat de vader en moeder van Lemmy zich tijdens
hun leven hadden verhuurd aan de eigenaar van de lilliputterwereld
waarin ze 'optraden', en verdwenen omdat hun contract afliep, of zo iets.
Ik heb dat anders begrepen: mij leek dat hun lichamen verdwenen na hun
dood omdat ze dat tevoren verkocht hadden om na hun dood te laten
opzetten en tentoonstellen, o.i.d. Iemand anders hier een mening over?
Ja,
ik dacht ook het laatste, zeker gezien de scene in het boekje waar Lemmy
bij de arts aan wiens onderzoek hij deelneemt twee uitgestalde skeletten
van dwergen ziet staan, in jolige houding. Dat geeft toch in elk geval
aan dat er dwergen waren die dat deden (hun lichaam aan de wetenschap
o.i.d. verkopen). Als je heel sentimenteel denkt zou je je zelfs nog af
kunnen vragen of die twee skeletten zijn ouders zijn... maar dat zou me
toch wel wat tegenvallen van Japin.
pagina
80/81 beantwoordt de vraag.
De ouders hadden een soort levensverzekering, voor hun zoon.
Wat
leuk dat jullie reageren. Wat ik namelijk zo jammer vind is dat we al
vele jaren uitwisselen wat we tijdens de boekenweek kopen om dat boekje
te scoren en dat er vervolgens nauwelijks over wordt geschreven! Ik had
bedacht dat het dit jaar anders moest en mooi dat iedereen meedoet.
Uit de recensie van Storm kan ik eindeloos putten, dus hup, daar komt er
nog een...
"Japin schrijft: 'Als een vis die aan land gebracht wordt, had Lemmy
opgezien tegen zijn confrontatie met de grote stad.' Ja hoor. Vissen
kijken nogal op tegen de confrontatie met de grote stad wanneer ze aan
land worden gebracht. Volgens mij gaan ze gewoon dood. En daarna worden
ze opgegeten." (Arie Storm, Parool boeken, 16 maart 2006)
Dat is mijn persoonlijke obsessie, dit soort nonsensmetaforen (zegt dus
het meest over mij ;-) en ik vind het heerlijk als ik het bij een ander
ook ontwaar.
Hanne Laceulle wrote:
> Die setting deed me ook sterk denken aan wat Foucault te zeggen heeft
> over de disciplinerende macht die uitgaat van constant zichtbaar zijn,
> en bovendien de neiging van de maatschappij tot normaliseren, >
categoriseren, uitsluiten (en opsluiten, zie zijn Geschiedenis van de >
waanzin, of Discipline toezicht en straf) van wat afwijkt.
en nu krijg ik ineens zin om iets van Foucault te gaan lezen... Schande
eigenlijk dat ik dit nooit gedaan heb, terwijl een van mijn favoriete
romans allertijden is
Patricia Duncker's 'Hallucinating Foucault'. (Niet dat je de
filosoof hoeft te kennen om het roman te kunnen waarderen, maar toch...)
> Ik weet niet of mensen Stenen van de rivier van
Ursula Hegi gelezen >
hebben, ook over een dwergvrouw, ook in Duitsland tijdens de oorlog, >
maar heel langdradig naar mijn mening.
ik ben er ooit in begonnen omdat het een maandboek was in mijn IRL
leesgroep jaaaaaaaren geleden - ergens in gestrand, ik vond er echt
niets aan.
Dat
zou best kunnen, dat ze hun lichamen aan de wetenschap verkocht hebben,
vergeet echter niet, dat er sprake is van fictie, ...het zou zo kunnen
zijn geweest. Maar vergeet ook niet dat Japin een schrijver is.-)
Je zou het hem kunnen vragen, groeten
Nou die kleine mensen waren toch maar geemancipeerd en berdienden hun
eigen kostje!!! Heel bijzonder om je eens in die werled te kunnen
verdiepen. Heb Japiun net gemist met zoijn orkest want arriveerde te
laat in utrecht en ook op het Amstel station
Gisteravond in bed begonnen in DGW. Ja, ik 'moest' wel! Vind die
geschenkboekjes over 't algemeen alleen maar aardig als aanvulling op al
die andere op de plank.
Had geen idee waarover 't ging. Ook geen recensies gezien zowaar. Wel
namens Arie Storm gewaarschuwd voor rottig Nls.
Aldus. Las de introtekst. Las "Er is geen reden om zijn verhaal langer
te maken dan hemzelf". Grr. Maar vooruit. Dit boekje gaat dus over 'dwergen'.
Al meteen werd een huis grofstoffelijk ontruimd, vielen de termen 'nazipartij',
'Schutzstaffel' en 'Wehrmacht' en ik schrok. Had net op Canvas gekeken
naar 'Goering in Neurenberg'. Ik moest me schrap gaan zetten. Kop op
ernst.
Verder. Op m'n hoede voor komende ellende en inmiddels met een potlood
voor evt. kantlijnkriebeltjes. Als de hfdpersonen (Lemmy en Rosa) in een
grotemensenbed belanden (pag. 10) "durft hij zich niet meer om te
draaien ...alsof hij bang is dat zij als hij eventjes niet oplet, zoek
zal raken". Ik schoot in de lach - lilliputers zijn toch niet de
Margo'tjes van Sonneveld? En nadat ik op pag. 12 had gelezen dat voor
Lemmy het leven zijn vizier opende en dat hij dat leven vervolgens in
eigen handen wilde nemen, vond ik 't op pag 18 tijd om maar es te gaan
slapen.
Maar ik lees door!
>
pagina 80/81 beantwoordt de vraag.
> De ouders hadden een soort levensverzekering, voor hun zoon.
Bedankt voor de paginanummers, nu kon ik het nog een keer overlezen. Ik
maak er nu uit op dat Lemmy's ouders zich niet alleen tijdens hun leven
hebben verkocht, maar ook, inderdaad alvast als een soort
levensverzekering, hun lichaam-na-overlijden. Er staat immers dat ze
zich op die manier nuttig hebben gemaakt over het graf heen, en Lemmy
fantaseert dat ze achter glas staan. Vreemd idee, toch. Vooral omdat ik
denk dat Japin dit soort dingen niet zelf heeft verzonnen, maar 'naar de
werkelijkheid' in het verhaal heeft opgenomen.
> Wat ik namelijk zo jammer vind is dat we al
> vele jaren uitwisselen wat we tijdens de boekenweek kopen om dat
boekje > te scoren en dat er vervolgens nauwelijks over wordt geschreven!
Ik had > bedacht dat het dit jaar anders moest en mooi dat iedereen
meedoet.
Goeie aktie van je, dus!
> Uit deze recensie van Storm kan ik eindeloos putten, dus hup, daar
komt > er nog een...
O, ik begrijp nu pas dat je vorige citaat er ook al een van Storm was.
Nu raak ik helemaal benieuwd naar m'n boekenweekaankoop, Blackpool van
Peter Drehmanns, want dat heb ik gekocht omdat Storm het indertijd op de
radio zo enthousiast besprak. Reken er dus maar op dat dat wel heel goed
geschrevan zal zijn ;-)
> "Japin schrijft: 'Als een vis die aan land gebracht wordt, had Lemmy >
opgezien tegen zijn confrontatie met de grote stad.' Ja hoor. Vissen >
kijken nogal op tegen de confrontatie met de grote stad wanneer ze aan >
land worden gebracht. Volgens mij gaan ze gewoon dood. En daarna worden
> ze opgegeten." (Arie Storm, Parool boeken, 16 maart 2006) Dat is mijn
> persoonlijke obsessie, dit soort nonsensmetaforen (zegt dus het meest
> over mij ;-) en ik vind het heerlijk als ik het bij een ander ook >
ontwaar.
Zo aangehaald klinkt dit inderdaad wel erg fout, net als het 'vizier
openen' (en die grootte van het bed leek me ook wat overdreven). Maar
gek, he, ik merk dit soort dingen tijdens het lezen gewoon helemaal niet
op. Dat Lemmy dacht dat zijn confrontatie met de grote stad voor hem net
zo vervelend zou zijn als het voor een vis is om aan land te worden
gebracht (ademnood en ontbreken van natuurlijk leefmilieu) begreep ik er
uit; dat Japin dat nogal beroerd formuleert dringt dan kennelijk niet
door :-0
>
Maar ik lees door!
Ik vind je zo dapper!!! (O, ja, en je moet niets, hoor.)\
Ik
heb net de laatste bladzijde gelezen van 'de grote werkeld'. Ik moet
zeggen dat het boek me sterk heeft geboeid! Vooral ook door de vele
reacties van grrls die het aan het lezen waren, werd mijn
nieuwsgierigheid gevoed. Ik ben ook iemand die graag boeken leest over 'het
leven' en wat mensen hierin tegen kunnen komen. "'zou je geen medelijden
krijgen met alles wat normaal is?' verzucht Rosa. Zij wendt haar gezicht
af en drukt zich tegen Lemmy aan. 'Je zo bedreigd te moeten voelen door
alles wat een beetje afwijkt'"
Aan het begin van het boek deed het me sterk denken aan de film de
"trumann show", omdat Lemmy opgroeid in een wereld die gecreeerd is. Ook
komt Lemmy hier zelf achter (net als de man in de film).
Ook de vergelijkingen die Japin maakt met onze kindertijd vond ik sterk,
zoals jullie ook al benoemden.
De wijze lessen van Lemmy's moeder vond ik sterk en die bewijzen maar
hoe moeilijk het kan zijn voor iemand die afwijkt van 'normaal', maar
zijn moeder probeerde er altijd het positieve van in te zien, waar ik
grote waardering voor heb! "ik weet echt niet waarom een zinnig mens van
twee mogelijke verklaringen uitgerekend de meest akelige zou geloven."
Lemmy doet zich in zijn werk anders voor dan hij is: "er komt een dag
waarop je teveel van jezelf hebt uitgedeeld. Je zoekt wat er voor jou
nog over is en het is neit genoeg." ik kan me zijn frustraties over die
eeuwige glimlach goed voorstellen. Volgens mij zou ik die ook niet meer
te voorschijn kunnen toveren.... "tanden bloot" Ik vind het al knap dat
hij het zo lang vol heeft gehouden! Een aantal situaties die worden
geschetst lijken mij erg pijnlijk.. (het verlangen naar sex, maar dit
alleen krijgen uit medelijden. de situatie met de ober enz.) De
vriendschap met Mazeppa vind ik ook goed gekozen. Allebei voeren ze een
act op, hierin herkennen
ze veel van elkaar.
"Het spektakel dat je van jezelf hebt gemaakt teert op jouw zelfspot. Je
zit gevangen in de rol die je hebt aangenomen". Zitten niet heel veel
mensen gevangen in de rol die we hebben aangenomen??