Als een fan van Arnon Grunberg een recensie schrijft verwacht je
een lovend verhaal, maar met Huid en Haar pakte het iets anders uit.
Zijn
er al meer mensen begonnen in de nieuwe Grunberg? Ik ben fan van een
aantal van zijn boeken, maar dit boek spreekt me nog niet erg aan. Nogal
droogstoppelig. Zijn mensen tegenwoordig inderdaad zo onverschillig met
elkaar in de weer als hij dat beschrijft? Leef ik in een achterhaald
universum? Hij beschrijft, ongetwijfeld als satire, mensen die
voornamelijk elkaars economische waarde taxeren met als ellendig
dieptepunt de universitair docent Roland Oberstein.
Oberstein leeft voor zijn onderzoek en vrouw en kind leidden alleen maar
zijn aandacht af. Hij begint een verhouding met de vriendin van de
student die hij begeleidde, maar ik moet eigenlijk zeggen dat zij die
verhouding begint, want hij is de kilte zelve en tot zijn verwondering
vermoeden vrouwen dat daar wel een vulkaan onder moet schuilgaan. Niet
dus.
Heel benieuwd naar jullie reacties.
De reacties bleven uit, maar ze verraste menig grrl met haar ongewoon
felle commentaar
Zit
er zwaar teleurgesteld bij. Wat een naar boek. De held van het verhaal,
de econoom Oberstein, kan geen nee zeggen. Uit 'beleefdheid' gaat hij
overal op in, zij het met frisse tegenzin. Nou ja, fris.. Ik geef
onmiddellijk toe dat er zulke mensen bestaan, nou ja, misschien kunnen
bestaan, zelf ben ik zoiets mufs en mafs nog niet tegengekomen. Maar al
die domme wijven. Een fatsoenlijker woord is er niet voor. Allemaal zo
benieuwd naar wat er achter die facade schuilt. Niks, meisjes, helegaar
niks. Laat hem toch lopen.
Okee, als je elke geur die bestaat wilt ruiken, trek die beerput dan
open. Wil je alle graden van onverschilligheid, stupiditeit en egoïsme
leren kennen, ga met die man naar bed. Toe maar Silvie, Lea, Violet,
Gwendolyne en Lieke. Ben ik er nog één vergeten? Zou best kunnen. Ze
zijn inwisselbaar. Zegt hij zelf. Waar dit boek over gaat? Wil je het
nog weten? Een man denkt dat alles aan economische principes is
onderworpen, ook de liefde, zelfs
genocide. Vrouw en kind zijn alleen maar hinderpalen op zijn weg naar
erkenning als belangrijk econoom. Elk menselijk contact betekent
tijdverlies. Toch gaat hij overal op in, de slapjanus. En dan maakt hij
louter brokken omdat hij nu eenmaal geen greintje
empathie in zijn lijf heeft. Hij denkt dat empathie betekent dat je de
goede woorden kiest.
Zijn ex-vrouw kan hem eindelijk wat schuldgevoel bezorgen, hij stemt
ermee in dat hij één semester per jaar terugkomt uit Amerika en in
Nederland komt doceren zodat hij zijn zoontje vaker kan zien. Niet dat
ook maar iemand daar gelukkiger van wordt, maar dat valt onder de
verklapper. Misschien wil iemand anders die het boek heeft gelezen er
een doorwrocht epistel over
schrijven. Ik vertik het.
Je kunt over nare mensen een goed boek schrijven, waarbij mensen hun
hart vasthouden, rillend verder moéten lezen, inzicht krijgen in de
zwarte diepte van hun eigen ziel, maar dit is geen goed verhaal, omdat
de nuances zoek zijn. De personages zijn karikaturen, de plot
voorspelbaar. Oberstein ziet niet waar zijn stommiteiten toe leiden en
daardoor is er geen sprake van tweestrijd, van karakterontwikkeling, van
een onontkoombaar noodlot. De man blijft zo plat als een dubbeltje.
Jammer hoor. Doodjammer. Ik had meer verwacht van Grunberg.
Wat een heerlijk verslag. Moet bij de boekgrrls.nl onder "afraders"!
Ach
wat jammer nou. Ik heb je bijna nooit zo zien vuurspuwen.
Was het de teleurstelling? Niet tegen de meisjes hier vertellen hoor,
maar deze had ik voor vertrek, toch maar even gekocht. Want ja een
Grunberg, hoe slecht ook, hoort in de kast. :-)
Heb je enig idee wat de man bezielde om zo'n boek te schrijven?
Wilde hij het nihilisme in kaart brengen of zo? Ik zal hem toch maar
lezen, echter niet met de feestdagen. Zal deze mail bewaren, en als ik
me dan voldoende psychologisch heb voorbereid, zal ik er aan beginnen.
En dat terwijl de recensies erg goed waren (voor links zie
rechterkolom).
Etty
helemaal lyrisch. Of denk je dat dat net zo is als de Keizer zijn
kleren? Durfden ze niet te zeggen; Goh wat een beroerd boek.
Heb
het boek net gekocht voor de mediatheek, want een nieuwe Grunberg moet
ik toch hebben! Het ligt naast me op het nachtkastje omdat ik het eerst
zelf wilde lezen, maar na een paar bladzijden lees ik nu jouw frisse
commentaar! Ik haak nog niet meteen af, maar ben wel benieuwd of ik het
ga volhouden met
frisse moed en tegenzin. :-)
Nee!
Niet afhaken, maar vertellen hoe jij het ziet. Zoveel lezers, zoveel
zinnen en ik zou het zelfs prettig vinden als er mensen zijn die er wél
de parels uit kunnen halen, want ik heb Grunberg hoog zitten. Vandaar
ook de teleurstelling.
Nou nou. Dat was even een afknapper, zeg. Ik ben - na wat negatieve
verhalen - even gestopt met G aanschaffen /lezen. Bewaar liever mooie
herinneringen. Doe dat wel vaker met 'dierbare' auteurs. Heb dan de
neiging kwaad te worden, me besodemieterd te voelen, zoals jij nou. En
waarom zou ik.
wat
een ongekende neersabelende bespreking van jouw kant :-) ! Zal ik
jou en andere dames eens wat verklappen: ik heb nog helemaal _niets_ van
Grunberg gelezen. Ik heb wel Blauwe maandagen staan, nog
ongelezen. Kan ik daar veilig aan beginnen met de kerstdagen? Beter voor
vrede- en geluksgevoel?
hier nog een non-Grunberg-fan... Kan er niks mee, ooit de bewuste
Blauwe maandagen uit de bieb gehad. En weer teruggebracht ;-))
Nee,
niet doen!! 't Is een flauwe ouwe. Over een jong ventje - een Arnonneke?
- met veel hoerenloperij, voorzover ik me herinner. Ik kocht, las en gaf
weg.
hear hear. Tirza, dat zou ik gaan lezen.
Ook
ik roep: niet doen, want dan hoef je daarna niet meer en dat zou zonde
zijn. Kies Tirza, dat is de meest 'aangepaste'. Oei, wat een
spruitjeslucht walmt er nu uit mijn mail. En wat de ongekende
neersabeling betreft, ik heb meer kanten hoor dan die ene milde ;-)
Helemaal
goed, over Tirza inderdaad veel gehoord, ook hier, en film niet
gezien. Blauwe maandagen in de ruildoos, Tirza onder de
kerstboom!
Blauwe
maandagen was ook mijn eerste. Ik weet nog goed dat ik het woedend
in de hoek smeet. Zoveel talent....zoveel vunzigheid. Er is geen ander
woord voor. Niet uitgelezen. Stom joch. Maar Arnonneke, die benaming is
van een andere grrl, kan veel beter. Hij is in de jaren wel gegroeid.
Tirza is zijn beste. Gstaad 95-98 hoe gruwelijk ook, was
schrijnend mooi. Hij schreef dit als Marek van der Jagt. Hij is geen
auteur voor bij het open haardvuur. Gebruikt grof geschut, en schiet je
omver. Terwijl hij zo lief kan lachen... Ach ja. Ik bewaar hem voor
2011.
Ja
jee, heb ik liggen dromen van Grunberg vannacht. Begon hij tegen me te
schelden, omdat ik zijn hoofdpersoon in zijn nieuwe boek " leuk " had
genoemd. Ik begon ook te schelden, en zo werden we dus vechtend wakker..
Hij riep; Leuk leuk????Vind jij wat die man doet leuk? Toen heb ik in
mijn ochtend sluimer na liggen denken. Kan het niet zo zijn dat hij
juist wil dat je reageert zoals je deed? Toen de crisis begon, dacht ik
ook vaak bij mezelf; waarom wordt er nooit eens iemand kwaad? Zitten
daar al die mensen boven ons hoofd te graaien en te bedriegen. Trekken
ten oorlog en we doen niets? Nu zet hij dus zo'n Graaier neer heb ik
begrepen, zo'n Vreselijke Hypocriet, over vrouwen heenwalsend alsof het
fokvee is. Nu is het fictie en nu word je boos? Hoe zat het met zijn
stijl, was dat ook prut? Of was die nog steeds onnavolgbaar? Wilde hij
niet zeggen met dit soort mensen kun je zelfs geen verhaal verzinnen? Of
denk je dat ik er niet aan wil dat hij ook mindere boeken schrijft? Ik
vind ook niet alles wat hij schreef goed hoor. Nou ja ik moet het eerst
lezen.
Haha,
dromen over een personage dat je nog niet kent. Dat wordt straks nog
wat. Nee, het personage van de econoom Oberstein is geen Graaier, hij is
wetenschapper en met uw permissie een droogkloot. (Ja, ik vrees dat er
nu nog meer vreselijke kanten van mijn persoonlijkheid worden
blootgewoeld). De man voelt niets, zelfs zijn lustgevoelens zijn onder
de maat. Hij vraagt zich af of er van hem verwacht wordt dat hij zal
strelen en dan streelt hij dus een potje. Hij noemt zijn meegaande
reacties op de wensen van vrouwen 'beleefd', maar verdiept zich niet in
de gevolgen van die misleidende beleefdheid. Want zoals eerder gezegd,
die vrouwen zijn voor hem inwisselbaar en dat voelt voor hen niet leuk.
Zij gaan dan, om hem te raken, om tot hem door te dringen, zelf vreemd
met een ander en vertellen hem daarover in de hoop dat hij jaloers
wordt, maar hij is geïnteresseerd (in de ruilwaarde van die exercities),
niet jaloers. Wat krijg je ervoor terug? vraagt hij geboeid. En als een
studente (want hij vrijt ook met zijn studenten) antwoordt: 'een leuke
tijd', dan wil hij meer, dringt aan op meer nauwkeurigheid. Zo iemand
dus, oftewel: zo'n karikatuur van zo iemand dus. Niet ondenkbaar
natuurlijk dat Grunberg willens en wetens overdrijft en kilo's ironie
over dit onderwerp heeft gestort. Ik ben niet vies van ironie. Wel van
zulke overdreven porties. Dit boek herhaalt zichzelf ook nog eens
eindeloos. Het is honderden bladzijden meer van hetzelfde. Het idee van
economische drijfveren van het menselijk handelen vind ik een
interessante benadering, zo gigantisch hoog heb ik de mens niet zitten,
daar wil ik graag over nadenken. Het meest stuitend is natuurlijk de
combinatie van 'liefde' en economie. Als er zelfs op het gebied van de
liefde al geen spatje altruïsme meer te bekennen zou zijn, geen
empathie, geen bereidheid om jezelf voor de verandering eens te
vergeten, dan blijft er een bloedeloos monster over. Oberstein is zo'n
monster. Grunberg heeft gezegd dat veel van deze Oberstein in hem zelf
zit. Mensen die zichzelf voor heilig verslijten zijn aanzienlijk minder
serieus te nemen. Ik zou die eerlijkheid moeten waarderen. Misschien
komt dat nog. Voorlopig ben ik teleurgesteld en dus vooral in de
dosering van de ironie en de compositie van het boek. Te veel en teveel
van hetzelfde.
Het
is op z'n zaterdags rustig op de lijst, dus ik kan nog wel één
toevoeging lanceren op mijn leeservaring van Huid en Haar.
Er zit een verhaal in het verhaal dat me wél raakt en waar geen ironie
aan te pas hoefde te komen omdat de situatie al schrijnend genoeg was.
Het oog van Ranzenhofer, een zelfgenoegzame hoge ambtenaar, valt op een
knappe jonge postbezorger. Hij voelt een enorme lust ontstaan, is dus
een tegenhanger van de plichtmatig minnende Oberstein. Ranzige R. laat
de antecedenten van de jongen uitpluizen en ontdekt zo het middel om de
jongen te chanteren: de jonge man, zijn vrouw en zijn kind zijn
illegalen. Omdat hij in de positie is deze mensen een Green Card te
bezorgen (maar natuurlijk ook om hen aan te geven), heeft hij een enorme
macht en die gaat hij misbruiken. Zo wreed en zo smerig dat je zit te
trillen op je stoel. In deze passages doet Grunberg wat hij zo goed kan
en wat mij betreft was dit een romangegeven dat meer ruimte had kunnen
krijgen.Met die vrouwen had ik voor geen millimeter medelijden, wel met
deze illegale jongen die de ellende niet aan zichzelf te wijten had.
Enrique heette hij. Hem zal ik onthouden. -
Hmm,
ook dit enige goede leesmoment vervult mij al met afgrijzen. Ik laat het
echt zitten.
Janneke
|
Officiele website (met blog)
Arnon Grunberg over zijn boek -
geluidsfragment
Interview (filmpje 24 min) met Arnon Grunberg
Recensie
Volkskrant
Recensie
Trouw
Recensie
8weekly
|