Boekenweek 2000


knipoogtrans.gif (7302 bytes)

 

Het geschenk van Harry Mulisch.

Allereerst de buitenkant. Er staat een boekenkast op.

> Dat boek van Escher was volgens 'Zeeman met boeken' met opzet de enige herkenbare titel op de achtergrond omdat het verhaal van M. als een van de beroemde onmogelijke tekeningen van Escher in elkaar zou zitten.

> foto is ook te zien op andere boeken van hem dus het slaat niet alleen op het boekenweekgeschenk.

> Op de voorkant staat trouwens een afbeelding van de onmogelijke driehoek in spiegelbeeld.

> vond ik wel mooi gedaan ja - wat lijkt onmogelijk in de spiegel is in feite makkelijk te verklaren als je het van een andere hoek bekijkt - verwijst inderdaad naar zijn verhaal.

En toen de inhoud:

> Heeft iemand het trouwens al uit en zo ja: wat vond ze ervan?

> Ik heb het in een ruk uitgelezen. Knap in elkaar gezette tweeluik - 2 versies van "zo had het kunnen gaan" naast elkaar gezet. Hieronder mijn 'favoriete stukjes'.

"zijn uitgestreken gezicht, verteerd door beroepsmatige smart, moest de droefenis van de nabestaanden uitbeelden, wat niet erg lukte. --- ..kaalgeschoren neo-nazi. <...> in de concentratiekampen werd dat kapsel niet gedragen door de SS, maar door de gevangenen. De neo-nazi's waren romantische jongelui met heimwee naar het verleden, maar de echte nazi's hadden daar geen last van gehad. --- Het verschil was alleen dat Herbert zijn verhaal niet bedacht en geschreven had, maar bedacht en gedaan. Maar was hij dan eigenlijk wel een kunstenaar? En zo niet, wat dan? Een kunstwerk? --- Het was volstrekt idioot wat hij had gedaan, maar hij had het gedaan, - en dat niet voor zijn eigen glorie, maar om iemand te helpen: de moeder van zijn kinderen. --- Hij was geen emotioneele neo-nazi, die weet dat het slecht is wat hij wil, maar een kille nazi, die dacht dat het goed was wat hij deed. In die zin was hij onschuldig. --- 'Veel weten zou alleen maar gevaarlijk zin als mijn talent kleiner was dan mijn kennis'

Met daar tussen de opmerking

"haha - hoezO arrogant ;-)"

n.a.v. onze mails over de heer Mulsch zelf.

"Inzicht is geen geneesmiddel --- Dood zijn altijd de anderen. --- Niemand weet meer wat het woord 'tragedie' inhoudt: de botsing van 2 onverenigbare waarheden."

Tijdens het lezen moest ik op een gegeven moment aan dat oude verhaal denken waar de oude arme man en vrouw allebei een kerstkado voor elkaar willen kopen. Geld hebben ze niet - dus verkoopt de man zijn horloge om een mooie kam te kopen voor de prachtig lange haar van zijn vrouw. Tegelijkertijd verkoopt zij haar haren om een mooie nieuw horloge ketting te kopen... trAAAgisch natuurlijk...;-) Maar ze hadden elkAAr nog...

Mulisch' verhaal heeft ook zoiets - 2 onverenigbarewaarheden. --- En dan uit het nawoord van Mulisch over de Croiset affaire:

'Mijn tekst is geen beeld of interpretatie van zijn even fantastische als reële onderneming, die destijds veel opzien baarde, maar uitsluitend de aanleiding tot mijn eigen literaire avontuur.'

Dat lijkt me dus duidelijk, en mensen die gaan schreeuwen dat het boek 'niet kan' zijn simpelweg niet in staat om de term 'fictie gebaseerd op feiten' te begrijpen. (He - wAcht ff... als ik die geciteerde zin hier boven nog een keer lees dan klopt er iets niet....grammatisch bedoel ik dan... hij zegt hier dat ... mijn tekst was de aanleiding tot... Of niet? Dit kan ik niet uitstaan - ben ik gek of is het inderdaad een hele kromme zin waarvan je weet wat hij bedOEld te zeggen, maar als je het goed leest is de zin gewoon fout...)

> Doen jullie dat trouwens ook:  als op een foto een boekenkast als decor is gebruikt proberen om de   titels te ontcijferen?

> but of cOUrse!!

Van een andere grrl de volgende reactie.

> De novelle boeide me tot het midden. Als het verhaal wordt overgenomen door de vrouwelijke toneelschrijver die de vrouw Magda in de actieve rol plaatst, vind ik het vervlakken en uiteindelijk was ik teleurgesteld. Dat komt mede doordat Mulisch in het eerste stuk de man, Herbert, zijn hele verhaal zelf laten vertellen, terwijl dat van Magda wordt naverteld, wat het dramatische effect drastisch reduceert. Zou dat nou wel of niet te maken hebben met des schrijvers moeite met het kruipen in een vrouwenhuid, vraag ik me af. Zoals ik me ook afvraag of het gedicht dat de vrouwelijke toneelschrijver in haar tekst inlast met opzet zo slecht is. Wat me ook te denken geeft, is dat Mulisch de mannelijke toneelschrijver in de lach laat schieten als Herbert beschrijft dat hij zich voorstelt dat vooral zijn zelfbedachte vrouwelijke ontvoerder antisemitische taal tegen hem uitslaat. Die lach wordt verklaard uit het feit dat hij ook dit weer een "verbluffende salto van de verbeelding naar de werkelijkheid" vindt.

Waarom dit er zo speciaal uitgelicht? Jan Bontje, die het boekje recenseert op de site van Omslag, ziet er een aanklacht tegen oplaaiend antisemitisme in. Die zie ik niet. Mulisch zelf had het op de radio over een "ode aan de liefde". Als dat zo is, dan een aan de tragische liefde: in beide gevallen overleeft de geliefde het voor haar/hem  gedane offer niet. De geliefden blijven het goed bedoelde maar verkeerd uitpakkende bedrog tegenover elkaar volhouden tot de dood van de ander erop volgt. 't Is maar wat je liefde noemt.

In zijn verantwoording, waarin de geciteerde, die inderdaad zo krom als een hoepel is (knap, ik had er volledig overheen gelezen), heeft Mulisch het over een literair avontuur in het tegenover elkaar zetten van twee elkaar uitsluitende verhalen. Hij breit die twee verhalen aan elkaar door een "tussenspel" te schrijven, waardoor de verhalen gaan werken als twee bedrijven van een toneelstuk. Daardoor valt het verrassingselement weg. Ik kan me met gemak een toneelavond voorstellen waarin in twee eenacters een zelfde gebeurtenis op een andere manier wordt verbeeld. Niks verrassends aan. Nee, jammer. 't Leek meer dan het is. Althans, dat vind ik.

> De novelle boeide me tot het midden. Als het verhaal wordt overgenomen  door de vrouwelijke toneelschrijver die de vrouw Magda in de actieve rol plaatst, vind ik het vervlakken en uiteindelijk was ik teleurgesteld.

> ik begon toen pas rechtop te zitten (letterlijk - ik heb het in een keer uitgelezen vroeg 's ochtends in de grote leesstoel met de hond snurkend naast me met de bank nog in bezit - halverwege dacht ik aan opstaan om meer thee in te schenken maar ik ben niet verder gekomen dan rechtop zitten - ik bleef in die stoel tot ik het uithad) en terug te bladeren van "Hè - wat gebeurd hier? Heb ik wat gemist?'

> Dat komt mede doordat Mulisch in het eerste stuk de man, Herbert, zijn  hele verhaal zelf laten vertellen, terwijl dat van Magda wordt naverteld, wat het dramatische effect drastisch reduceert.

ik vond het eerst verwarrend en dan had ik door dat dit een Andere versie was van de ... verzonnen versie van .... hoe de waarheid had kunnen zijn gegaan (huh?), en dat vond ik... interressant

> Zou dat nou wel of niet te maken hebben met des schrijvers moeite met het kruipen in een vrouwenhuid,

zoals bij 'Twee Vrouwen' bijvoorbeeld? Want dat was ongeloofwaardig Onzin tuurlijk.

> Mulisch zelf had het op de radio over een "ode aan de liefde".

dat vond ik ook (zie oude man/oude vrouw verhaal waar ik aan moest denken - Eigenlijk gaat het hele verhaal hierom ja)

> Als dat zo is, dan een aan de tragische liefde:

Maar natUUrlijk! alle beste liefdes verhalen zijn tragische.

En over de kromme zin:

Slordig. Of missen we toch wat ??- het kan bij mij bijna niet in dat de schrijver van De Ontdekking van de Hemel zo'n foute zin de wereld in stuurt. En zeker niet dat er niet eerder een of ander regisseur/editor/redacteur(??) dat gezien heeft.

Volgend stuk is een beetje een verklapper - dus niet lezen als je het boek nog moet lezen.

N

I

E

T

 

D

O

E

N

!

!

OK.....

ok....

jij je zin....

Het eerste "schok moment" was in het eerste deel toen de man zei "Die brief was echt". Toen draaide de wereld om. Tweede grote moment is toen de vrouw uitlegde dat ZIJ het geschreven had. Om precies dezelfde redenen dat HIJ de ontvoering in scene zette. Op dat moment wordt het een liefdes verhaal - meer niet, maar zeker ook niet minder.

Een ander komt nog even terug op de zin "Veel weten zou alleen maar gevaarlijk zijn als mijn talent kleiner was dan mijn kennis'. De zin dus die de kreet "haha - hoezO arrogant" had uitgelokt.

> jA, bij dit stukje staan bij mij vette vraagtekens, zin die erop volgt is minstens zo arrogant: 'wees dus maar blij dat je minder weet dan ik' ... dat zat er wel een beetje errug in vond ik : eerste stuk geschreven door wijze oude man (door alle aandacht van de laatste tijd zag ik Harry's hoofd daar echt tussen de regels doorkijken) en tweede stuk door onzekere jonge vrouw

grappige zin vond ik:

'Goed, ik droomde dus mijn onvertelbare droom, en ik werd wakker van gemiauw'

verder nog iets dat aansluit bij een discussie van de laatste tijd:

"'Een schrijver moet zelf ook een verhaal zijn, misschien moet je het zelfs een mythe noemen, anders blijft ook zijn werk in een mist hangen.'

'Wat een mediamieke onzin. Het gaat om het werk, en verder nergens om.'"

ook mooi vond ik:

"'Als het over mensen gaat, blijft er altijd een raadselachtige rest.' 'Die rest is dan misschien, wie iemand is, zei ik, toen we ons opstelden bij het graf.' 'Misschien is precies dat het verhaal van Herbert en Magda Althans'"

ik vond het de moeite waard om te lezen en bleef in verhouding tot lengte (of kortte) lang nasudderen. ook de moeite waard om te hebben, want het ziet er toch errug mooi uit van buiten en van binnen. vwb de pen in de binnenzak van Mulisch op de foto op de achterkant en dat ie toch op de computer schrijft (ik weet ff niet meer wie dat opmerkte)... even cowgrrls... lopen met een pen op zak, OK ik geef toe, in de achterzak dan (met gevaar voor een spijkerbroek met inktvlekken) (waarom hebben kOEIen eigenlijk vlekken?) want ik heb niet zo vaak een binnenzak aan ;-) in ieder geval, zelfs in het computijdperk valt er nog genoeg met pen te schrijven, al is het maar op je hAnd, maar ik geef toe, dat zie ik hAr niet zo snel doen.

> Vlot geschreven boekje met zinnen om over na te denken. De twee verhalen vullen elkaar wel enigszins aan. Ik vond het alleen een beetje jammer dat het verhaal verteld vanuit Magda zoveel korter is, veel minder uit de verf komt, dan Herbert's versie.

Ik kreeg ook sterk het gevoel dat Felix model staat voor Harry. Harry moet even via Felix zijn ideeën aan ons als lezers kwijt. Het volgende citaat heb ik met grote verbazing gelezen. Bepaalde eigenschappen worden weer als typisch vrouwelijk of mannelijk gezien. En dan het zinnetje: "ik begrijp er eigenlijk niets van, en dat zal wel komen omdat ik vrouw ben". Het lijkt wel een stereotiep antwoord uit de jaren 50 :-( , we leven inmiddels in 2000!.

Lees even zelf:

"Maar dat geldt eigenlijk voor de hele techniek. Met haar kunnen wij wat wij niet kunnen, - praten met iemand op de maan bij voorbeeld, of de allang vergane lijkenbergen in de concentratiekampen zien: en dat is allemaal nog maar het begin. Bijna iedereen vindt het doodnormaal, maar ik vind het wonderbaarlijk. Ik begrijp er eigenlijk niets van, en dat zal wel komen omdat ik een vrouw ben. Daarmee wil ik mij en mijn soort niet afvallen, in tegendeel: ik sla de filosofische verwondering niet lager aan dan het technische vernuft. Misschien vormen zij de twee polen van de menselijke geest, zoals vrouw en man die van het menselijk lichaam".

Ik herken het gevoel wel van die verwondering over de mogelijkheden van de technische apparatuur van tegenwoordig (had dat ook met de fax, toen ik een blaadje in mijn apparaat stopte en dat enkele seconden later in Australië daar uit de fax rolde) maar heb dat nog nooit met mijn sexe in verband gebracht. En gelukkig ken ik ook veel mannen die de verwondering nog niet kwijt zijn ;-) en technische vrouwen genoeg.

Ik vind het wel een knap geconstrueerd boekje met een hoop ideeën erin, maar geef mij toch maar een gevoelsmatiger gecomponeerd boek. "De ontdekking van de hemel" staat hier al 1,5 jaar in de kast om door mij ooit nog eens ontdekt te worden. Misschien dat ik de moed nog eens bij elkaar kan rapen.

Over het feit dat het verhaal verteld vanuit Magda zo veel korter is en zo veel minder uit de verf komt kwam de volgende reactie..

Vond ik ook. Ik heb het met plezier gelezen en zou hier bijna de dodelijke kwalificatie gebruiken dat het voor een boekenweekgeschenk zeer goed is. Ik snap trouwens nu helemaal niet hoe F. de J. hier in hemelsnaam een rehabilitatie van Jules C. kan zien, nog afgezien van het feit dat het niet de versie van Jules C. ìs. Hooguit heel erg in het begin kwam mij de gezette en gezwollen persoon van Croiset voor de geest maar al snel was ik die hele man weer vergeten, totdat Mulisch er in zijn nawoord zelf op terug kwam. Herbert wordt bovendien niet echt als een aangenaam mens neergezet: het is een zeer egocentrische ijdeltuit en hoezeer je zijn gedachtengangen ook kan volgen: je krijgt hooguit begrip voor zijn daden maar geen sympathie voor de persoon.

En hoe zit dat nou met de twee versies die elkaar zouden uitsluiten? Ik vind ook dat ze elkaar eigenlijk wel aanvullen, alleen is de een echt gebeurd en de andere alleen maar in iemands fantasie: Magda heeft de brief ècht geschreven en Herbert heeft dat nooit geweten, zij weet uiteraard wel dat Herbert ten onrechte haar brief als de zijne opeist (dat verklaart ook haar hevige reactie) maar heeft dat nooit kunnen zeggen omdat zij zag hoe zeer hij zelf in zijn eigen versie geloofde en er zich aan vast klampte.

Nu we toch aan het hineinintepretieren zijn geslagen: Magda's verhaal is de waarheid, Herbert's versie is het theater, de versie die hij eindeloos in zijn eigen hoofd heeft laten afspelen en perfectioneren tot hij er niet letterlijk meer tegen kon dat de waarheid geheel anders was. Het past ook helemaal bij Herbert, die 'niet langer kunstenaar maar kunstwerk is', om -terwijl zij nog steeds springlevend is- haar dood te situeren op een moment dat hem goed zou zijn uitgekomen en de begrafenistoespraak voor zijn vrouw tot in de perfectie te oefenen, waarbij hij niet alleen had kunnen gloriëren in zijn zoveelste rol maar ook zijn geweten meteen was ontlast. Maar wie weet zit het wel precies andersom. Dat vind ik dus wel het knappe van Mulish: het zijn maar 80 bladzijden maar zo rijk van taal en ideeën dat je nog uren kan hineinintepretieren.

Dat is nog eens een boek waar wat over te mailen valt! Ook al stoorde me nu weer een beetje wat me altijd bij hem stoort en waarom ik Mulish al jaren oversloeg: het is alsof je bij elke mooie zin of gedachte de schrijver zelfgenoegzaam hoort gniffelen, het is allemaal net iets teveel een bouwpakket dat vakkundig in elkaar is gezet. En toch, en toch heeft Mulish mij aan het denken gezet over van alles en nog wat en is dat niet een taak van een schrijver? Ik begin zowaar spijt te krijgen dat ik indertijd 'De ontdekking van de hemel' heb overgeslagen (ik kreeg het zelfs kado en heb het geruildvoor iets anders), maar dat kan natuurlijk alsnog.

Even nog een verwijzing naar een eerdere discussie over De ontdekking van de Hemel.

 

           Boekgrrls

Laatste keer bijgewerkt: 16/11/06  Eisjen

Terug naar top pagina