Dit nieuwe boek van Peper heb ik nu al een paar uur uit. Ondertussen
heb ik mijn zoektochten verricht op internet. Ik wist namelijk zo goed
als niets over Duitse romantische schilders als Friedrich, Böcklin,
Carus en Blechen. Maar vooral Friedrich. En, vroeg ik me, heb ik dat in
me: gepassioneerd raken over een schilderij, zo erg dat ik het wil
hebben, hoe dan ook? Maar nee, ik heb dat niet. Peper's hoofdpersonen,
Terwindus en Kee, hebben dat wel. Niet meteen heel zichtbaar. Maar het
is duidelijk aanwezig.
In haar beschrijving, raar woord, verhaal, bouwt
Peper die spanning langzaam op. Wat is er toch met de kunstkopende en
kunstminnende mijnheer Terwindus? Maar het gaat uiteindelijk om de
relatie tussen Terwindus en zijn schilderij, de relatie tussen Kee en
zijn kunstgalerie en de kunst, de relatie tussen Kee en zijn veel
jongere vriend, de relatie tussen Kee en zijn schilderen en de
schilderijen van Terwindus. Het is een verhaal dat je langzaam meezuigt.
Als je de schilderijen niet kent verzin je ze onder het lezen... Als je
ze wel kent bof je. Dan valt het meteen op een plaats, al moet ik je
teleurstellen. Het 'hoofdschilderij' heeft Peper verzonnen. Maar ook
weer niet helemaal. Fragmenten van haar verzonnen schilderij, zijn terug
te vinden in het oeuvre van Friedrich.
Aan het eind laat Rascha Peper
mij in elk geval een beetje verdwaasd achter. Ik had zo graag helemaal
op willen gaan in haar verhaal, mezelf verliezen in de hartstocht van
haar schrijven. Maar nee, ik heb me nergens geërgerd. Ik heb me nergens
opgewonden. Want Peper kan schrijven. Elegant. Vloeiend. Koel. Dat past
minder bij de Sturm und Drang, de Romantiek, de passie, de hunkering...
Komt die passie de volgende keer?
Het is duidelijk waar Peper haar
inspiratie voor het thema vandaan heeft (Tentoonstelling van Duitse
romantici in
The Metropolitan Museum of Art in New York naar aanleiding van de
aankoop van Friedrichs Two Men Contemplating the Moon (11 september 11
tot 11 November 2001). Het blijft de vraag wat haar hartstocht heeft
aangewakkerd. Een 'af' boek, qua vorm en woorden, maar nu nog losbreken.
Rascha,durf!
Yvonnep
Ik heb Verfhuid van Rascha Peper een paar dagen geleden gelezen. Je
leest het in een midagje uit. Eerst was ik wat teleurgesteld. Ik vond
het te weinig. Ik hou meer van dikke boeken, met uitgebreide
verhaallijnen. Ik heb bijna alle boeken van Rascha Peper gelezen. Steeds
komen daar mensen in voor die een passie, soms een obsessie voor iets
hebben. Schelpen, watertorens, follies, deze passies geven kleur aan de
personages. Ook in dit boek Verfhuid is sprake van een passie, een
vergaande liefde voor een schilderij. Toch blijft het personage
Terwindus een onzichtbare figuur. Expres denk ik, want deze man wil niet
gekend worden. Ik zei dat ik eerst teleurgesteld was, maar ik merk nu
toch dat het verhaal blijft doorspelen in mijn hoofd. Ik blijf nadenken
over Arnold Kee, de kunsthandelaar, en zijn reactie op de gebeurtenissen
in dit verhaal. Zal zijn passie uiteindelijk zijn leven vernietigen?
Zover gaat het verhaal niet. Nu dus terugdenkend, vind ik het toch een
boeiend verhaal, maar het het van mij veel uitgebreider gemogen. Aan de
andere kant kan ik nu mijn eigen verhaal erbij en erom heen fantaseren,
dat is ook leuk. Kortom niet het beste boek van Rascha Peper, dat is
voor mij Rico's vleugels, maar toch wel de moeite waard.
Marjo
N.
|
De
schilderijen in het boek
Caspar David Friedrich
Achtergrond informatie bij het
webmuseum
Afbeelding van een Friedrich
schilderij met
merkwaardige dieptewerking
Biografie van
Friedrich
Catalogus van
alle schilderijen van Friedrich
Afbeeldingen van zijn
schilderijen
Tentoonstelling van Duitse
romantici in
The Metropolitan Museum of Art in New York naar aanleiding van de
aankoop van Friedrich’s Two Men Contemplating the Moon (11 september 11
tot 11 November 2001)
Biografie van
Carl Gustav Carus
Wikipedia
Karl Blechen (pagina. 64)
Arnold Böcklin
Werken van de schilderJan
Jacob Spohler (pag. 11)
Werken van de
schilder
Andreas Schelfhout (pag. 11)
Meissner
Porselein
Een recensie van
The Ambassadors’ Secret: Holbein and the World of the Renaissance
by John North (pag. 9)
|