Vol bewondering heb ik binnen 1,5 week (en dat is redelijk snel voor mijn
doen) het laatste boek van Javier Marias uitgelezen. Het heet "Koorts en
lans" en is het eerste deel van de trilogie "Jouw gezicht morgen".
ISBN9029074II6. Uitgverij Meulenhoff. 398 pagina's.
Voor de verhaallijn heb ik de tekst van de Meulenhoff-site even geknipt en
in deze mail geplakt: Jaime Deza, voormalig docent aan de Universiteitvan
Oxford, keert vanuit Madrid naar Engeland terug omdat zijn huwelijk met
Luisa op de klippen is gelopen. Op een dag wordt hij door professor
Wheeler, een gepensioneerd hispanist, uitgenodigd voor een souper bij hem
thuis. Daar wordt hij voorgesteld aan Tupra, een raadselachtige figuur die
de leiding heeft over een organisatie die in de Tweede Wereldoorlog is
opgericht door MI 6, de Britse geheime dienst, en die nog steeds actief
blijkt te zijn. Op aanraden van Wheeler gaat Deza voor deze organisatie
werken: hij kan van bijzonder nut zijn omdat hij de 'gave' bezit te kunnen
aanvoelen wat mensen in de toekomst zullen doen,wie trouw is en wie
verraad zal plegen. Maar wie is Wheeler? Welke geheimen draagt hij met
zich mee en welke rol speelde hij in de Tweede Wereldoorlog? Wat volgt is
een meeslepend en spannend verhaal over een geheime organisatie waarin
alles draait om vertrouwen en wantrouwen, om zwijgen en spreken. Maar
zoals alle romans van Marķas omvat ook deze veel meer; Jouw gezicht morgen
is tegelijk een filosofisch relaas over wat mensen in hun diepste wezen
beweegt. Marķas wordt niet voor niets de grootste hedendaagse schrijver
van Spanje genoemd: met elke nieuwe roman lijkt hij zichzelf te
overtreffen.
Quotes
'Javier Marķas is een van de allergrootste auteurs uit de hedendaagse
wereldliteratuur.' - Marcel Reich-Ranicki in Das Literarische Quartett
'Javier Marķas is een groot schrijver - een van de hele groten van zijn
generatie, zowel binnen de Spaanse als binnen de Europese literatuur.' -
Michaėl Zeeman in de Volkskrant
Zoals ik volgens mij al eerder heb aangegeven is het verhaal bij Marias
wat minder op de voorgrond aanwezig, sterker nog: de verhaallijn is een
hulpmiddel om te beschrijven wat mensen beweegt. Zo is Jaime Deza
uiteindelijk actief bij de M16. Wie dan een spannend verhaal verwacht van
spionnen in actie, komt bedrogen thuis. Het is geen thriller of
actie-verhaal. Sterker nog: er wordt maar 1 situatie uitgebreid beschreven
waarin Jaime actief is als vertaler, maar na afloop van het gesprek al
snel blijkt dat men hem eigenlijk alleen maar nodig heeft om aan te geven
wie de "ondervraagde" is, of hij liegt, wat hem beweegt, wat hij zou doen
in bepaalde situaties (zou hij doden of niet). Marias beschrijft in lange
zinnen werkelijke alle mogelijkheden van wat in het menselijk brein kan
omgaan. Andere situaties waarin Jaime (of James, of Jacques, of Jack, of
Jacobo zoals hij door verschillende mensen in verschillende omstandigheden
wordt genoemd) komen ook wel aan de orde, maar meer zijdelings. Het
verhaal speelt zich a-chronologisch af rondom globaal 3 situaties: de
zaterdagavond waarop hij tijdens een diner van prof. Wheeler Tupra ontmoet
(de man waarvoor hij later bij M16 gaat werken); de zaterdagnacht (waarop
Jaime de gehele bilbiotheek van prof. Wheeler doorstruint (op zoek naar
tekens dat Wheeler mogelijk betrokken was bij de Spaanse oorlog); de
zondag (na de zaterdag) waarop Jaime en prof. Wheeler door de tuin van
Wheeler wandelen. Tussendoor situaties van Jaime thuis en op het werk.
Jaime wordt voor dit werk gevraagd vanwege zijn gave te registreren wat
anderen beweegt (zonder dat die personen zelf weten wat hen beweegt); hij
kent hen beter dan zij zichzelf kennen.
Het verhaal borduurt voort op
eerdere boeken van Marias waarin Jaime Deza en prof. Wheeler al kennis
hebben gemaakt, doch via prof. Rylands (de relatie tussen Wheeler en
Rylands wordt pas in dit boek duidelijk). Marias valt ook een aantal keren
terug op situaties uit zijn voorgaande boeken en zo komt aan dit boek ook
geen echt einde met een duidelijke plot. Het boek eindigt er dan ook mee
dat hij de deur open doet voor een vrouw waardoor hij achtervolgt werd en
nu ineens -via de intercom- haar stem herkent. Wie die vrouw is, wordt
niet duidelijk. Ook krijg je gedurende het verhaal het idee dat Wheeler in
het verleden van Jaime ergens een rol heeft gespeeld; toen Jaime nog klein
was en zijn vader de mond werd gesnoerd door de Spaanse junta. Een open
einde vind ik totaal niet erg, omdat ik nu al smachtend uitkijk naar de
volgende delen, maar voor degenen die graag een afrondend verhaal wensen
is het wat onbevredigend.
Ik heb de indruk dat ik met voorgaande nog niet goed tot uitdrukking kan
brengen hoe fascinerend ik het boek vind. Dan maar wat citaten:
Over zijn scheiding:
"Maar je moet wennen aan de gedachte dat er geen sprake is van rouw of
respect voor de herinnering aan ons of voor wat we nu, te laat, besluiten
tot symbolen te verheffen, ondere andere omdat Luisa (noot: zijn ex-vrouw)
geen weduwe is en we niet gestorven zijn en ik niet gestorven ben, wij
waren niet waakzaam genoeg en men is ons niets verschuldigd, vooral omdat
haar tijd die de kinderen omvat en meesleurt al een heel andere is dan de
onze, de hare schrijdt voort zonder dat wij er deel van uitmaken en ik
weet niet goed wat ik aan moet met de mijne die eveneens voortschrijdt
zonder dat ik er deel van uitmaak of meer toegang toe heb weten te
verschaffen, misschien lukt het me nooit meer bij de tijd te zijn en blijf
ik altijd alleen het spoor van die tijd van mij volgen".
Onderstaande alinea verwoordt heel goed de kern van het boek:
"Het schenden van vertrouwen is ook dit: niet alleen indiscreet zijn en
daardoor iemand kwetsen of in het verderf storten, niet alleen dat
onwettige wapen ter hand nemen wanneer de wind draait en zich keert tegen
degnen die vertelde en liet zien -en die nu spijt heeft en die nu ontkent
en vertroebelt en verwarring zaait, en die zwijgt en zou willen uitwissen
-, maar ook voordeel trekken uit de door zwakte of onachtzaamheid of
edelmoedigheid van de ander verkregen kennis, zonder respect te tonen of
rekening te houden met de manier waarop men te weten is gekomen wat nu
ontweken of verdraaid wordt - of het hoeft maar te zijn geuit of het wordt
al bij het opvangen vervormd door de lucht-: de bekentenissen van een
verliefde nacht of een wanhopige dag, van een schuldige namiddag of een
troosteloos ontwaken, van de koortsachtige spraakzaamheid van iemand die
aan slapeloosheid lijdt, een nacht of een dag waarop degenen die sprak dat
deed alsof er geen andere toekomst was dan die ancht of die dag en alsof
zijn losse tong tegelijk met die beide zou sterven, zonder te weten dat er
altijd meer komt, dat er altijd iets overblijft, nog en beetje, een
minuut, de lans, een seconde, de koorts, en nog een seconde, de droom - de
lans, de koorts, mijn smart en het woord, de droom-, en ook de eindeloze
tijd die zelfs na ons einde niet aarzelt of de pas inhoudt en maar blijft
toevoegen en praten, prevelen en onderzoeken en vertellen ook al horen wij
niet meer en doen er het zwijgen toe". Het spreken en het zwijgen en de
gevolgen daarvan worden van alle kanten belicht.
"Het is beter dat je niets weet, op die manier zul je, als ze je een
verhoor afnemen, de waarheid spreken wanneer je zegt dat je niets weet, de
waarheid is gemakkelijk en heeft meer kracht en is geloofwaardiger, de
waarheid overtuigd. (En het is waar dat de leugen het vermogen om te
fantaseren en te improviseren, vindingrijkheid, een ijzeren geheugen en
ingewikkelde structuren vereist, door iedereen wordt gelogen, maar slechts
weinigen zijn geboren leugenaars).
Ook in dit boek speelt Marias vaak met het begrip tijd: "Het meest absurde
en ongeloofwaardige heeft een eigen tijd nodig om geloofd te worden".
Waarmee Marias bedoelt dat werkelijke (absurde) gebeurtenissen in een
andere tijd onvoorstelbaar lijken te zijn en men daardoor de neiging
heeft, omdat men in een andere tijd leeft, te veronderstellen dat het
absurde niet gebeurd is. Denk maar eens aan de holocaust, die door
sommigen groepen nu ontkend wordt (......!!!).
Het is geen vrolijk of luchtig boek, maar zet aan tot nadenken.