Yoosief hoort dat zijn zoon een moord gepleegd heeft. Hij wil het niet
goedpraten, maar geeft aan dat hij het misschien wel begrijpen kan. Niet
alleen is hij zelf nooit een goede vader voor zijn zoon geweest, zegt
hij,
maar hij heeft zelf ook ooit een man vermoord.
"ik moet juist geen medelijden met mijn kind hebben, hij wilde altijd
een
man zijn, laat hem dan een man zijn en verantwoordelijkheid dragen voor
zijn eigen daden. Ik heb ook moeten lijden. Ik was zefs bijna dood, voor
ik mijzelf wist te zuiveren. Als ik ga proberen hem te helpen, dan
ontneem
ik hem de kans om op eigen kracht het goede pad te vinden."
Veel meer dan aangever van het verhaal is de zoon niet, Yoosief gaat het
verhaal vertellen van zijn eigen leven, van de moord die hij gepleegd
heeft en de les die hij geleerd heeft. Hij vertelt hoe hij ooit een
grote
vis binnenhaalde, en toen zo dronken werd dat hij een stommiteit beging.
Daarna moest hij vluchten, en dat was moeilijk: hij had geen eten en
geen
onderdak. Op een dag ontmoet hij Yasmine, en dan ontdekt hij de ware
liefde. En hij ontdekt dat hij niet de machoman hoeft uit te hangen om
een
eervol man te zijn.
"mijn duivel was ik kwijt, ik was een mens geworden. maar hoe moest ik
daarmee omgaan? Had ik die duivel eigenlijk niet heel hard nodig?"
Misschien zou je dit boek een tweede keer moeten lezen om het goed te
kunnen begrijpen. Mansour vergelijkt mensen met dieren en bomen, maar
het
is niet altijd even duidelijk of hij met 'hond' dan de viervoeter
bedoelt,
of de mens. Dan moet je weer teruglezen, en dat houdt de boel maar op.
Er
zijn verhalen, vergelijkingen, naast beschrijvingen van heel praktische
dingen.
Zeker geen saai boek. Dat grijs uit de titel heeft diverse
schakeringen.
Marjo van T.
"Wat mijn zoon gedaan heeft, daar ben ik niet tevreden over, daar
wil ik duidelijk over zijn. Als ik dat zou ontkennen, dan zou ik
oneerlijk zijn, tegen mijzelf en tegen iedereen.Laat ik mezelf
voorstellen. Ik heet Yoosief en ik ben een oude visser. De zee is
altijd mijn beste vriend geweest. Tegenwoordig ben ik een rustig
man. Als je mij nu ziet, zou je nooit geloven dat ik min of meer
hetzelfde heb gedaan als hij."
Zo begint het verhaal van Yoosief. Zijn zoon heeft iemand vermoord, net
als hij ooit in een ver verleden gedaan heeft. Door dit nieuws over zijn
zoon komen de herinneringen aan die tijd weer boven.Het verbaast Yoosief
dat het nieuws hem zo aangrijpt. Hij zegt in zichzelf
"Hè toe, Yoosief, verdriet is niets voor jou, je hebt je halve
leven zonder hart geleefd. Houd je soms toch van je kind? Waarom
deed je dan net of je niets hoorde toen het nieuws bekend werd?
Een vadergevoel heb ik nooit gekend, ik geef toe dat hij mijn kind
is, dat wel, maar daar hield het tot nu toe wel mee op.
Waarom komt de oude Yoosief opeens weer tot leven? Waarom wil hij me
er weer mee confronteren? Was het niet genoeg hem het leven te
schenken? Moet ik me ook nog afvragen wat voor vader ik was?"
Dit zet eigenlijk meteen de toon van het boek. Yoosief is een mán. In
het begin is het wennen zoals hij over zijn medemens praat. Iedereen is
een hond of een ezel. Hij zelf was altijd een ezel maar wilde niet tot
de honden behoren. De honden zijn vals, achterbaks, alleen op eigen
voordeel uit. Hij wilde een wolf zijn, maar was een ezel. Dat kinkt
allemaal nogal cryptisch maar in het verhaal wordt heel duidelijk
gemaakt wat dit alles betekent.
Yoosief is een echte man, hij zuipt en niet een klein beetje maar grote
hoeveelheden, hij is enorm sterk, hij neemt elke vrouw die hij krijgen
kan. Maar... kom niet aan zijn vrouw, hoe slecht hij haar zelf ook
behandelt, zij is een heilige, een engel.
Yoosief is visser, en een goede visser, omdat hij zo sterk is kan hij de
grootste vissen binnenhalen. Op een dag weet hij een enorme vis de baas
te worden. Hij is de held en viert deze vangst uitbundig met véél drank.
Deze vangst komt hem echter duur te staan en leidt uiteindelijk tot een
door hem gepleegde moord.
Yoosief vlucht naar zee, zijn vriend, en houdt zich schuil in de bossen
aan de rand van de zee. Deze periode van eenzaamheid en angst komt naar
boven als Yoosief het nieuws over zijn zoon verneemt en Yoosief vertelt
ons zijn verhaal. Het is een verhaal van gekte, euforie, angst,
depressie, vreugde maar vooral een verhaal van zichzelf ontdekken,
zonder drank, in alle eenzaamheid. Het verhaal van een ontmoeting met
een mysterieuze vrouw, Yasmine, die hem helpt en zijn leven verandert.
Het knappe van dit verhaal is dat de schrijver het heden en verleden
naadloos in elkaar kan laten overlopen. Hij weet een sprookjesachtige
sfeer op te roepen om daarna weer tot de harde werkelijkheid terug te
keren. Hij laat je boos worden op Yoosief die erg bot en hard over
vrouwen kan praten maar tegelijk laat hij zien dat Yoosief een enorm
respect voor vrouwen heeft. Dit is eigenlijk een boek dat niet na te
vertellen is maar dat je moet lezen.
Een bijzonder verhaal, een ongrijpbaar verhaal, een sprookjesachtig
verhaal, een realistisch verhaal.
Dettie