In de proloog wordt melding gemaakt van twee gebeurtenissen die los van
elkaar op dezelfde dag gebeurd zijn. In Italië is een bus met Hollandse
voerballertjes verongelukt, daarbij is een jongen omgekomen. En in een
park in Nederland heeft een vrouw met een klauwhamer op een man die haar
aansprak ingeslagen. De berichten staan rug aan rug in het nieuwsblad.
"Als een dief in de nacht sluipt het noodlot achter ons aan.
Onverschillig
zet het zijn voet tussen de deur van ons huis en plant het mes tussen
onze
schouderbladen: altijd onverwacht en altijd als we denken dat wij het
zijn
die onze gang bepalen."
In deel een van het boek maken we kennis met Ron
en Theo, twee ongetrouwde broers, die een fietswinkel runnen. Ron heeft
via een datingsbureau een Pools meisje leren kennen met wie hij wil
trouwen. Hij koopt Theo uit, zodat de winkel en het woongedeelte vrij
zullen zijn. Maar Theo heeft geen vertrouwen in de Poolse, en dat blijkt
terecht. Maar intussen is Theo wel eenzaam en alleen. Als je net een
beetje nieuwsgierig begint te worden naar het vervolg, verlaat de
schrijfster ineens haar personage.
Een volgend hoofdstuk gaat over ene
Mark, die uit Amerika is gekomen om zijn halfzus die niet van zijn
bestaan
weet, op te zoeken. Een misverstand dat uitloopt op een drama..en
gelukkig, daar zien we Theo weer terug. Maar heel anders dan we gedacht
hadden. Omdat dat een deel twee aangekondigd wordt, is het niet vreemd
dat
we in een heel ander verhaal komen: het verhaal van dat voetballertje
dat
omgekomen is bij het ongeluk, of liever hoe zijn vader geconfronteerd
wordt met het nieuws en hoe het verder met hem gaat. En in deel drie
worden de loshangende draadjes vastgeknoopt.
Het meest interessante personage vind ik de halfzus, Maria. Een vrouw
die
geen weg weet met het leven, maar haar eigen creatieve oplossingen
bedenkt. Voor zichzelf en voor anderen.
"Ik kijk naar de geranium op de
vensterbank en ben gelukkig. Ik ben gelukkig, louter door de schoonheid
ervan. Al begrijp ik nog steeds niet hoe dat werkt. Waarom staat die
geranium beter in het midden van de vensterbank, dan aan de zijkant?
Waarom heb je het gevoel dat als hij de zijkant staat, er dan nog een
bij
zou moeten? Waarom wil ik die ordening en die balans? Omdat het behaagt.
Maar waarom behaagt het? Waarom behaagt schoonheid?"
Ondanks de
verwarring
in het begin vind ik dit een intrigerend boek, en ben ik benieuwd naar
de
komende boeken van Yolanda Entius.