DE SCHRIJVER
Hrabal is geboren in 1914 in Brno-Zidenice, Moravia. Hij groeide op in een
bierbrouwerij. Zijn hele leven is hij dan ook een stevige bierdrinker geweest. Ik ben nog steeds in het bezit van een krantenartikel
"De kroeg in met Hrabal". Hierop staat een stukje plattegrond van Praag (waar Hrabal
vanaf de latere jaren veertig woonde) met daarop zijn favoriete kroegen.
Als ik ooit naar Praag ga, wil ik die zeker meenemen.
"Al te luide eenzaamheid" wordt tussen 1972 en 1976 geschreven. Het verschijnt eerst
ondergronds. Pas nadat Hrabal zich bukt voor de machthebbers kan er een officiële, gekuiste versie verschijnen. De Nederlandse vertaling is
gebaseerd op de ondergrondse versie. Dat geeft iets extra¹s aan het verhaal dat zich grotendeels in het
"ondergrondse" afspeelt. In een recensie las ik dat Bohumil Hrabal in het Tsjechisch iets als
"de godgevallige grabbelaar" betekent. Dat is een mooi beeld voor iemand die
"Al te luide eenzaamheid" heeft geschreven. Hij sterft op 3 februari 1997
door een val van de vijfde verdieping van het ziekenhuis. Was hij dronken,
sprong hij zelf, of was het een ongeluk?
KORTE INHOUD
Al te luide eenzaamheid is het verhaal van Hanta die al vijfendertig jaar
in een Praagse kelder oud papier plet. Uit al dat papier dat dagelijks over hem wordt uitgestort, redt hij mooie boeken, gedachten en
reproducties. Een aantal boeken, hij bewaart boeken boven zijn bed, geeft
hij soms weg en af en toe stopt hij een opengeslagen boek in een nieuwe baal die hij moet persen, als een parel in een oester. Als hij op
een dag te horen krijgt dat zijn werk zal worden overgenomen door jonge werkers met een hydraulische pers, maakt hij zijn laatste kunstwerk: een
baal met zichzelf in het midden, zijn eigen hart als ultieme parel.
TITEL
Uit citaten die grrls in hun bespreking opnamen, valt de titelverklaring
te lezen:
--
" ... want ik kan mij de luxe veroorloven om alleen en verlaten te zijn, ook al ben ik dat nooit echt, ik ben in mijn eentje alleen om in
mijn met gedachten drukbevolkte eenzaamheid te kunnen leven, want ik ben
zo'n beetje een verwoed bewonderaar van de oneindigheid en eeuwigheid, en
die Oneindigheid en Eeuwigheid hebben waarschijnlijk wel aardigheid in mensen zoals ik."
--
"Dus strompelde ook ik de treedjes op, even zocht ik met mijn ene hand steun, want het duizelde me enigszins van die al te
luide eenzaamheid..."
WAARDERING
Er was slechts één uitgesproken negatief oordeel:
Ik heb het boek aan de kant gegooid. De achterflap sprak me al helemaal
niet aan, maar toch begonnen. Ik vind er gewoon helemaal niks aan. De zinnen zijn lang maar vooral er gebeurt niks in het verhaal (tenminste
niet in die bladzijden die ik heb gelezen). Ik heb nog even verder in het
boek gekeken maar ik had de indruk dat dit zo bleef. Wat mij betreft: een
OERSAAI boekje, zo saai dat ik het ondanks dat het maar een dunnetje is,
echt niet uit KON lezen.
Twee grrls waren weliswaar negatief in hun oordeel, maar met een
voorbehoud:
tja... spannend bedgezelschap was hij in ieder geval zeker
niet. Tot drie keer toe viel ik van al dat subtiel geroer in slaap, maar
laat ik vooral erbij zeggen dat dat waarschijnlijk niet zozeer aan gebrekken in het boek lag - gewoon, te laat naar bed en dan toch even
willen lezen, nee, daar was het het boek niet voor. Ik heb wel hierdoor minstens drie keer de wonderschoon eerste bladzijde gelezen, zo'n
bladzijde waarvan er niet genoeg hoekjes zijn om om te vouwen om alle mooie stukjes te markeren. Maarrrrrrrr (ojee, daar komt ie...) is mooi
schrijven op zichzelf genoeg...? Of ben ik er misschien gewoon momenteel
niet in de stemming voor? Maar ook: ondanks dat ik niet echt lyrisch over
kan worden ben ik toch blij dat ik dit boekje gelezen heb. Ik merk dat iedere keer als ik een stuk oud papier recycle. Dan denk ik heel
even aan wat Hanta ervan zou vinden... Ik denk er zelfs serieus over om een kast
boven in het huis uit te ruimen waar ik weet dat er een collectie posters
opgerold in een hoek staat. Ach ja, het is wat dat betreft toch een gedicht van een boek - het maakt dat je anders gaat denken over alledaagse
dingen.
Ik ben onlangs aan dit maandboek begonnen, maar ik worstel er
een beetje mee. Het is wel mooi en origineel geschreven, maar waarom moeten de zinnen zo lang zijn, en waarom wordt er geen énkele alinea
aangebracht. Zo schrijven maakt dat ik gehaast ga lezen om de structuur van de zinnen niet kwijt te raken, en dat is eigenlijk jammer, omdat het
niet om een makkelijk, vlug leesbaar verhaaltje gaat. Kortom, deze schrijfstijl irriteert me, en ik zie niet wat er mooi aan is.
En later:
Het gekke is dat ik het met de meeste grrls eens ben: de man lijkt (heel)
goed te kunnen schrijven. Maar: is mooi schrijven genoeg? Ik vond het verhaal wel aardig, het taalgebruik bijzonder goed, maar het gebrek aan
indeling in de tekst is bijzonder storend. En dat bleef maar doorgaan, het
kwam op me over als een zinloos maniertje, dat slechts het lezen bemoeilijkte, terwijl het verhaal toch al niet erg 'hapklaar' was. Jammer.
Dan nu een greep uit de positieve waardering:
De reden om dit boek voor te stellen: het is een van de mooiste teksten
(en misschien wel de allermooiste) die ik ooit gelezen heb.
Ik sla net,
vijf minuten geleden, het boekje van Hrabal dicht, loop dromerig naar boven, Ik zou het boek zo weer opnieuw willen lezen.
Ik hield letterlijk
mijn adem in en las door de klettermuziek van de kapper en het geklets héén met de wens dat
niemand hiertussen zou komen. Vanzelf weer in de laagste versnelling en dan weet ik het wel, het is raak.
Ik ga me heel
eigenaardig gedragen met zo'n fijn boek. Daar loop ik omheen. Ga zitten tekenen met het lekkere gevoel op de achtergrond dat er een heel mooi
verhaal op me ligt te wachten. Ga bij wijze van spreken eerst tandenpoetsen en haren kammen voor ik er weer in verder ga lezen.
(Eigenlijk niet eens bij wijze van spreken).
Dit gun je iedereen!
Misschien dachten mensen bij de titel dat het deprimerend was, terwijl het
adembenemend van schoonheid is.
Ik had dit boekje zonder de grrls nooit
gelezen, het is te dun, en de kaft spreekt niet aan, maar het is een juweeltje!! Prachtig gewoon, zoals het leven van de papierman wordt
beschreven. Ook als je niets weet van de politieke achtergrond, proef je
toch waar het om draait. Een eenzame man, niet echt in staat goed sociaal
contact te hebben, wordt door de vooruitgang (!!) van de maatschappij nog
verder in het slop gewerkt... Een aanrader!! - Wat mij betreft een prachtig boekje. Mooie
formuleringen en prachtige symboliek.
Wat een mooie novelle. Wat een mooie beginzin: "Vijfendertig jaar lang zit ik in
het oud papier en dat is mijn love story". Wat volgt is een aaneenschakeling van mooie zinnen en stukjes, ik ben opgehouden ze te
noteren, want dat haalde me steeds opnieuw uit m¹n concentratie. Het was
beter ze te ondergaan. Ik voelde me in het bewustzijn getrokken van iemand
die permanent hallucineerde! Dat maakte me ook vol (weet niet hoe ik het
anders moet zeggen) en dan moest ik het weg leggen. Het geheel vond ik fascinerend, bizar, onsmakelijk, prachtig, bij tijd en wijle niet te
volgen en evengoed meeslepend.
Wat ik eraan over gehouden heb, is het
gevoel vertoefd te hebben in de geest van een mens, die probeert zich staande te houden in een wereld die plotseling
onbegrijpelijk en ondoorzichtig is geworden. Ik vond dat een bijzondere ervaring. En zelfs
verrijkend, want ik vond Hanta een bijzondere figuur in een leven dat ik
nooit hoop te kennen, maar waarvan ik nu wel een glimp opving.
Maar als ik bijvoorbeeld een boek als
"Al te luide eenzaamheid" lees ben ik daar zo door in een andere wereld terechtgekomen dat ik allerlei details niet
ontrafel, maar alleen van binnen heel gelukkig wordt van ...... ja, waarvan?
Moet ik dat kunnen verwoorden? Eigenlijk wel, maar dat lukt me
niet denk ik.
Opmerkelijk, dat jij ook dat euforische kreeg. Ik hield
het maar op onverwachte herkenning of troost, maar kan ook niet goed onder
woorden brengen waarvan of waardoor dan precies. Misschien omdat deze man
een ideaal koestert tegen alle klippen op (zonder dat er ook maar ergens
sprake is van zoetelijkheid).
Languit op de bank bijna helemaal
uitgelezen. Ademloos. Prachtig! Na twee 'Hraballen' - 'Gekortwiekt' en 'Kaalslag' -
verwachtte ik eigenlijk geen verrassingen. Ten onrechte. Als 'k 't echt uit heb, zal ik nog wat roepen.
En later:
Awel! Ik ben over de streep: Al te luide .. wint voor mij met stip: prachtig en ontroerend en
zwaar inhoudelijk. Denk na, lezer, vraagt deze korte roman.
In Al te luide .. heeft de figuur zich 'geletterd' en zijn zinnen verlopen
flierefluiterend en virtuoos tot een prachtig eind.
INHOUD - LEVENSHOUDING
Het trof me, dat hij ook dat afschermen heeft als hij naar iets moet
kijken dat overweldigend is. Als hij Kant leest: "steeds stopte ik als een
Haschlerhoestbonbon één zinnetje in mijn mond" en dan hoognodig naar die
luchtkoker moeten; het wegkijken bij die opstelling van het voetbalelftal
die op donderdag in het uitstalkastje hangt, waar hij als kleine jongen zó
vol gespannen verwachting op af komt... Zo heb ik dit verhaal ook moeten
lezen. Hele kleine beetjes tegelijk en dan weg ervan.
Al te luide
Eenzaamheid heeft wel een verhaal. Geen verhaal met een bedachte plot of
een onverwachte intrige, maar een aangrijpend verslag van een leven, van
een (politieke) werkelijkheid waarin een mens dreigt te stikken. Heel mooi
om dan te zien wat de antwoorden zijn van de papierpletter, hoe hij van zijn werk en van zijn leven een kunstwerk weet te maken, zelfs een dood
kiest die helemaal in overeenstemming is met zijn levenshouding.
Wat mij aantrok was de sfeer, het soort man, zijn prioriteiten, zijn gedachten,
zijn manier om zijn werk een persoonlijk stempel te geven. Hij staat op een heel
persoonlijke manier in het leven, er is niets modieus aan hem, hij is niet ''aangepast'', streeft geen succes na, is zichzelf, doet wat
hij belangrijk vindt. Hij probeert iets vol te houden tegen de heersende
stroom in. Dat beviel me.
Dit zijn allemaal mensen die ondanks hun
maatschappelijke verbanning het werk proberen te doen waar ze voor opgeleid zijn. - De vernietiging van de mooiste boeken en dus gedachten
van de mens, de geest van de mensen, zoals de mens onder het communisme/stalinisme werd
be(mis)handeld. De hoofdpersoon redt het nodige uit wat vernietigd moet worden maar is bang vroeg of laat verpulverd te
worden door wat hij achterhoudt. Toch heeft ie ook hoop want ook het nazisme heeft ie ooit tot balen mogen verpulveren.
Zat te piekeren hoe
ik kort kan aangeven waar dit boek voor mij over gaat en dat is, net als
bij IJzertijd van Coetzee, een mogelijk antwoord op de vraag hoe dit leven
te leven. Je kunt natuurlijk een ''poppenleven'' leiden zoals Coetzee het
noemt, je ogen sluiten, maar Hrabal laat zijn hoofdpersoon beseffen wat er
gaande is en zelf toch een integer en bewust leven leiden. En: Hij pleegt
verzet, ook al is het een zinloos verzet. Hij redt kostbare gedachten (boeken) of geeft ze een bijzondere begrafenis en hij blijft lange tijd in
staat het leven werkelijk te leven. Het einde is ijzersterk.
Ik verbaas
me erover dat er gezegd wordt dat er niets gebeurt in het verhaal. Ik ervaar het zo helemaal niet. Ok, geen schokkende of spannende
gebeurtenissen, maar in de gedachtenwereld van de ik-figuur gebeurt heel
veel. Ik heb het nog niet eens over de dubbele bodems die overal zijn, ook
zonder dat je dat weet kun je genieten van de mooie zinnen, zijn overpeinzingen, zijn reactie op de wereld om hem heen.
Ik vond het
fantastisch om te lezen hoe hij zijn domme en vernielende werk als papierpletter inhoud geeft, door de domheid ervan te vervangen door het
gedachtegoed van grote denkers en schrijvers, en door van samengeperste balen op zijn bescheiden manier nieuwe kunst te maken.
INHOUD - INTERMEZZO: DE OUDE EN DE JONGE MAN
Ik wil graag weten of de ontmoeting met de man die ''zowel de jonge als
de oude papierpletter'' geld toestopt een dubbele bodem heeft, het is een
amusant intermezzo, waarvan ik vermoed dat het meer dan amusant is. Zie jij er meer in?
Mij staat bij dat dit een 'grapje' is. Er zijn niet een
oudere en jongere pletter, er is er maar één volgens mij. De oudere is
politiek correct en de jongere niet. Als de jongere een hoed opzet is ie
de oudere? Maar helemaal zeker ben ik niet.
Ja, er staat met zoveel
woorden dat Hanta zowel de zogenaamde oude (mét hoed) is als de zogenaamde
jonge pletter (zonder), maar ik begrijp niet waarvoor dit toneelstukje wordt uitgevoerd. Waarom zou de oudere politiek correct zijn? De oude zou
de jonge slecht behandelen wordt gezegd. En wat heeft het toestoppen van
het geld te betekenen? De corruptie die overal woekert?
De jongere
verkoopt boeken die hij zou moeten vernietigen daar krijgt ie wat geld voor. De oudere die daarvan weet wil ook wat zwijggeld. Symbolisch voor de
twee gezichten die een mens kennelijk moest hebben om onder het communisme
te overleven.
Het enige verwarrende vond ik het gedeelte waar sprake is
van een jonge en een oude man in één persoon en een professor die geld
geeft. Ik heb met belangstelling de discussie gelezen. Ik kan me goed vinden in het idee dat het om smeergeld en corruptie gaat. En Hanta heeft
zo inderdaad twee gezichten gekregen. Knap spelletje van Hrabal!
Ook ik heb niet begrepen waar het verhaal van de oude en de jonge meneer op
sloeg. De verklaring dat het symbolisch is voor de twee gezichten die een
mens kennelijk moest hebben om onder het communisme te overleven, daar zit
misschien best iets in, maar het komt me over als nogal bedacht en over nagedacht met behulp van informatie over de schrijver en de
maatschappij waarin hij leefde, het is voor mij niet iets wat uit het verhaal zélf
duidelijk wordt, en dat vind ik een gemis.
INHOUD - ANDERE INTERMEZZO¹S
Ik snapte ook niet de 'betekenis' (als die er was) van de
zigeunermeisjes met hun gekleurde rokken, die steeds maar op de foto gingen zonder dat er een rolletje in het toestel zat, en van het
zigeunermeisje dat in Hanta's jongere jaren bij hem sliep, en van het meisje waar hij vroeger verliefd op was, dat ontlasting op haar ski's
kreeg, en later als engel werd gebeeldhouwd. Bijzondere verhaaltjes allemaal, steeds maar mooi beschreven, maar wat moet je er nou mee?
Ik vond deze episoden juist de mozaiekstukjes in de grijze omlijsting. Maar
nu je het zegt, het fotograferen zonder filmrolletje is inderdaad wat raadselachtig. Zou het niet gewoon de leegheid en zinloosheid van dat
leven symboliseren? Ik denk dat ik het daar maar op hou. Ik heb het verhaal gelezen als een koortsdroom, waarin voortdurend en volstrekt
willekeurig flitsen van herinneringen, al dan niet uit het onderbewustzijn, voorbijkomen. Om die reden stoorden mij, denk ik, ook
niet de ononderbroken zinnen en het gebrek aan indeling.
INHOUD TEGENSTELLINGEN EN LAGEN
En passant originele visies, die metafoor van de
rattenoorlog bijvoorbeeld. Wat hij hoort als hij de putdeksels optilt. Na die oorlog
begint gewoon weer een nieuwe doordat de winnende partij zich weer opsplitst.
Ik wist helemaal niets van Hrabal, en had met opzet de mails
over dit boek apart gezet, maar proefde wel de verwijzingen naar de communistische dictatuur en een vernederende politiek. Het lijkt alsof
zowel de politiek als de persoon Hanta in dit boek twee lagen krijgen van
Hrabal: de politiek in de echte wereld en de politiek in de onderliggende
wereld (Hanta in zijn kelder, het riool onder Praag, zijn stille verzet)
en Hanta zelf, levend in de hem omringende buitenwereld, maar met een volstrekt eigen binnenwereld
Inhoudelijk lijkt me dit een 'heavy' boek.
De ik zit tussen de boven- en onderwereld. Een luik is inderdaad het doorgeefluik. De ik heeft toegang tot de sub-onderwereld
(de strijdende rattenkolonies) en de boven-bovenwereld: de vlieger die opstijgt. Ik weet
niet goed waar de boeken voor staan. Ze worden niet echt gepersonifieerd.
Ja, als slachtoffer natuurlijk, als kippen op de slachtbank. Intrigerender
vond ik de passages waarin ze per trein werden gedeporteerd. (!) En dan doordenkend , raak ik even de kluts kwijt. Uuh - die boeken - waar staan
ze voor? Daar ging 't niet over in de mailtjes. Totnogtoe heeft niemand dacht ik het idee gehad dat ze echt helemaal
snapte waarnaar elk detail verwees, maar ikzelf voelde het ook niet als per se noodzakelijk om het naadje van die kous te weten. Dat wil zeggen,
elke verduidelijking is me heel welkom, maar het verhaal heeft ook zijn eigen werkelijkheid. Ik voel wel aan, dat dat bloedbevlekte papier dat
van de slagers komt naar martelingen verwijst en dat de wagonladingen cultuur
uit angst voor ondermijning van het gezag worden afgevoerd en dat Hanta snápt dat het verschrikkelijk is wat er gebeurt. Gaat niet elk totalitair
regime zo te werk? Hij redt wat er te redden valt. Voor mij staan de boeken voor Nadenken, voor Ongehoorzaamheid, voor Cultuur en Ongrijpbaar
zijn en voor Zelfstandig Denken, ''gevaarlijke'' zaken.
Ook ik vind 't
ook een beetje jammer om de 'stroomversnelling' waarin Hrabal je meesleept, alsmaar te onderbreken voor deftig denkwerk. Zo heb ik geen
seconde nagedacht over al die muisjes; en ook die meneer liet ik voor wie
hij was. Ik las wel een beetje op onder/boven en laag/hoog. Oud/nieuw zit
er ook vast wel degelijk in. En dan 'zie' je wel wat. Oude teksten op gevels. De vroegere vriendin, geteisterd door aanklevend stront, eindigt
als engel-met-vleugels. Kijk, dat vind ik leuke dingen om al lezend te signaleren. Vast en zeker spelen ook filosofische noties een belangrijke
rol in 't verhaal. De ik-figuur heeft veel werken natuurlijk niet voor niks gelezen. Ik ben helaas in deze niet erudiet genoeg om daarover iets
slims te kunnen opmerken.
O ja, en de oude pers tegenover de nieuwe, het
oude papier dat weer blanco wordt. En al die andere (schijnbare?) tegenstellingen: Jezus en Lao Tse, progressus ad futurum en regressus ad
originem en Hegel en Kant.
CITATEN
--
"Vijfendertig jaar lang zit ik in het oud papier en dat is mijn love
story. Vijfendertig jaar lang plet ik oud papier en boeken, vijfendertig
jaar lang maak ik aan de letteren mijn handen vuil, zodat ik op de encyclopedieën ben gaan lijken waarvan ik in die tijd zeker dertig
kuub geplet heb, ik ben de sprookjeskan vol water dat leven schenkt en dood, je
hoeft me maar een beetje scheef te houden of er stromen de mooiste gedachten uit, tegen mijn wil ben ik ontwikkeld geraakt en eigenlijk weet
ik ook niet welke gedachten mijn eigen zijn, van mij alleen, en welke ik
me door lezen eigen heb gemaakt, en zo heb ik mezelf in die vijfendertig
jaar eigenhandig doorverbonden met de wereld om me heen, want als ik lees,
lees ik eigenlijk niet, ik neem zo'n mooie zin in mijn snaveltje en zuig
daarop als op een zuurtje, ik nip ervan als van een likeurtje en wel net
zolang totdat die gedachte als alcohol in mij vervliegt, zo lang trekt die
door mij heen totdat ze niet alleen in mijn brein zit en in mijn hart, maar door al mijn aderen bonkt tot in het verste bloedvaatje."
--
"Maar zoals er in de trage stroom van een troebele rivier die langs fabrieken is
getrokken, plotseling toch nog een blinkend visje opduikt, zo blinkt er in
de stroom oud papier ook soms het ruggetje van een kostelijk boek..."
- -
"Wij zijn als olijven, pas wanneer we worden vermorzeld geven wij het beste van ons prijs."