De boekgrrls hadden zich met dit novemberboek een ferm karwei op de
hals
gehaald. Een omvangrijke roman, geschreven in een verteltechniek die
dwingt tot geconcentreerd lezen. Maar vooral een roman over bezeten
personages die vervreemding en vaak weerzin opriepen. De hoofdpersoon
Kien, de beroemde sinoloog / boekenliefhebber; Therese, zijn
hysterische
vrouw; een uitgekookte dwerg die wereldkampioen schaken wil worden;
een
'blinde' bedelaar die droomt van dozijnen dikke vrouwen in zijn lits
jumeaux ..; allen gedreven door hebzucht, het blind nastreven van een
onbereikbaar doel en wantrouwen jegens de medemens. Behalve misschien
Kiens broer Georges, de psychiater uit Parijs. De enige good guy?
Sommige grrls haakten dan ook af. "De hoofdpersoon is echt een
engerd en
obsessief ....." En: ".. aan de kant gelegd om eventjes
lucht te
happen....nee, niet leuk, ophouden dus".
Maar natuurlijk werd er ook doorgewerkt. "Ik ben nu over de
helft en
geniet nog steeds ...schiet geregeld hardop in de lach".
"
Ik ploeter
vrolijk voort...de personages zetten zich met klinknagels op je
netvlies
vast, maar dat is niet altijd een onverdeeld genoegen....ik zal blij
zijn
als het volbracht is, maar een prachtig boek, echt waar, heus!"
En toen was 't boek gelezen. "Blij dat het uit is, maar ook blij
dat ik
het gelezen heb". En "Na hard zwoegen heb ik Auto-da-fe (de
Engelse titel
van dit boek) dan uit ..de hoofdpersonen zitten zo opgesloten in hun
eigen
wereld, dat je het er benauwd van krijgt en graag een stuk vooruit
wilt
lezen om maar niet samen met de hoofdpersonen gevangen te zitten in
hun
misere.....ik droomde zelfs een paar keer van ze..". "Ik
vond het een
bijzonder boek, ben blij dat ik het gelezen heb....... totaal
surrealistisch maar als je dat eenmaal geaccepteerd hebt, ook heel
humoristisch". "Een dijk van een boek ...als ik mijn indruk
zou kunnen
visualiseren tekende ik een hele grote :-) het begint klein en
overzichtelijk en eindigt in een pandemonium".
De discussie kon beginnen. Over een ding was men 't eens: de bizarre,
wrange humor in het verhaal maakt de spijkerharde inhoud te verdragen.
En
die humor hangt regelrecht samen met de bezetenheid en monomanie van
de
hoofdpersonen. Verdwaasde mensen die verdwalen in hun hersenspinsels,
maar
overtuigd zijn van hun eigen gelijk. "De personages hebben hun
eigen
logica. Binnen die logica kloppen ze. Maar met elkaar hebben ze niets
gemeen. Af en toe mondt dat uit in een 100% klucht". "Kien,
die door z'n
vrouw buiten de deur is gezet, is ervan overtuigd dat hij haar heeft
opgesloten en dat ze zichzelf heeft opgegeten bij gebrek aan voedsel".
"En
die blauwe gesteven rok die de overgebleven botjes bij elkaar houdt.
Het
is Kien nog niet genoeg dat hij Therese heeft weggedacht. Die rok
moet ook
nog eens [bij de zg.begrafenis] door een uitgehongerde hond in
snippers
verscheurd worden". "De jattende dwerg - de
superopportunist - jat geld,
geeft 't vervolgens terug en vraagt om een beloning". En al die
kleine
zinnetjes! "Men zag haar aan voor de vrouw van ( ) aangezien ze
giftig in
zijn richting keek". Over precies lezen gesproken!
Natuurlijk ging het over de personages. "Kien is de enige die
integer is,
lijkt me. Hij manipuleert niet, wordt door iedereen besodemieterd,
verliest iedere realiteit uit het oog en wordt waanzinnig."
"Hij is
eigenlijk niet meer dan een idiot savant. Hij kan alle Oosterse
filosofen
citeren, maar van de wijsheid die ze te zeggen hebben, begrijpt hij
niets.
Omdat hij niets van mensen begrijpt. Een stap buiten zijn bibliotheek
en
hij is hopeloos verloren in de jungle van het leven ....misschien is
hij
wel slachtoffer, maar niet meer dan de andere hoofdpersonen, lijkt
me. De
dwerg heeft meer mijn sympathie...hij wil de grootste schaker aller
tijden
worden en vindt dat zijn intelligentie hem het recht geeft 'mindere'
mensen te manipuleren om tot zijn doel te komen." En over
Georges: "...
toch nog een goed mens, ik had 't niet meer verwacht ...ook hij
manipuleert, maar iedereen wordt er beter van en voelt zich gesterkt
in
zijn eigenwaarde".
Er waren associaties. De vroege films van Fritz Lang, Twin Peaks,
Celine,
de schilderkunst van Otto Dix en Grosz ("rauwe lichamen van
mensen die
alleen hun eigen plezier nastreven").
En er werd nagedacht over de titel. De oorspronkelijke duitstalige
versie,
Die Blendung, leek een herkenbaar begrip. Niet alleen als terugkerend
motief, maar "eigenlijk zijn ze allemaal ziende blind". Het
Martyrium, in
't nederlands, bleek te verwijzen naar "martelaarschap /
gedenkteken voor
iemand die zwaar geleden heeft". Auto-da-fe (de engelstalige
versie): "het
ritueel van de Spaanse Inquisitie waarin de vonnissen van de
Inquisitie
werden opgelezen en uitgevoerd". Veel interpretatie leverde deze
info niet
op.
Waar gaat 't boek nou uiteindelijk over? Tot een definitieve analyse
kwam
het niet. Wel was er sprake van een aanzetje:
"In de periode dat
Canetti
werkte aan zijn roman, maakte hij al aantekeningen voor Masse und
Macht
('62). Ligt daarin de sleutel? En misschien komt de aap uit de mouw
in
deel 3. Broer Georges filosofeert over "de drang van mensen om
in een
hoger soort dier, in de massa, op te gaan en zich daarin volledig te
verliezen.... ". En later heeft ie 't tegenover z'n broer over
een groep
termieten die opgaat in een orgie. Toch de massa tegenover het
individu?
Maar wat moeten we dan met die expliciete vrouwen- en jodenhaat? -
Canetti
was van Joodse origine. Ook satire?" En "Het lijkt me dat
de politieke
omstandigheden uit die tijd toch ook wel een rol spelen in weergeven
van
dat fanatisme, die domheid, het pessimistische mensbeeld uit deze
roman".
'De mens is de mens een wolf', aldus het motto van een van de grrls.
Mart