Wat ontzettend moeilijk om een recensie te schrijven van een boek waarvan
je de schrijfster kent. En zeker als je niet onverdeeld enthousiast bent.
Want dat gebeurde me bij het lezen van ' Als ik jou toch niet had - de taal van complimenten' van Agnes Verbiest.
Het onderwerp is erg interessant: waarom maken complimenten geven en ontvangen mensen ongemakkelijk (ze voelen zich al snel
klemgezet, twijfelen aan de echtheid en de bedoeling van het gezegde) en wat is
hierbij het verschil tussen mannen en vrouwen en tussen hierarchisch hoger
en lager geplaatsten?
De onderzoeksresultaten die Verbiest presenteert prikkelen eveneens: verschillende typen complimenten (en ook opmerkingen die als compliment
worden verpakt maar eigenlijk een sneer zijn) passeren de revue, netjes gesorteerd naar de vorm, het onderwerp waarover een compliment wordt
gegeven, het gevoel bij de ontvanger van het compliment, de reactie van de
ontvanger naar de gever. En dan al die zaken ook onderzocht vanuit een genderperspectief en in de context van sociale verhoudingen geplaatst.
De theorie waaraan Verbiest het ophangt is de zgn. Beleefdheidstheorie, een theorie die ervan uitgaat dat een conversatie altijd uit een heenzin
en een terugzin bestaat. Ontbreekt in een gesprek een van beiden, dan is
er kans op een ongemakkelijk gevoel want het gesprek is niet af. Op een compliment hoort dus altijd een reactie. Maar ja, hoe moet je in
hemelsnaam reageren op een compliment als je twijfelt aan de oprechtheid
of niet slijmerig of snoeverig over wilt komen? Dat we daarin dus zeer omzichtig opereren want dat is zeer slecht voor de verstandhouding moge
duidelijk zijn. Dus moet je je compliment niet te groot maken (anders wordt het snel als onecht beschouwd), kies je een vaste vorm (het woord
'leuk' blijkt daarin het meest te worden gebruikt), gaat het over sociaal
geaccepteerde complimentonderwerpen (onder te verdelen in de categorien
uiterlijk, resultaat, bezit en persoonlijkheid) en nivelleert een zgn solidariteitscompliment de sociale ongelijkheid en wordt daarom door
mannen aan hoger geplaatse vrouwen gegeven (maar niet aan hoger geplaatste
mannen), die dat trouwens niet als onprettig ervaren want vrouwen wisselen
onderling graag solidariteitscomplimenten uit.
So far so good: Verbiest kletst niet zomaar wat uit haar nekharen (of de
theoretische onderbouwing die ze gebruikt, gangbaar en geaccepteerd is kan
ik niet beoordelen maar gezien haar wetenschappelijke standing ga ik daarvan uit), in ieder geval gebruikt ze de theorie op een consequente en
duidelijke manier, ze structureert de tekst goed, bouwt haar verhaal op een logische manier op, schrijft lekker leesbaar en gebruikt aansprekende
voorbeelden. De doelstelling van het boek, mensen bewust maken van wat complimenten doen zodat je ze bewuster kunt gebruiken, is m.i. zeker
behaald.
En toch: het boekje bevredigt me niet. Dit komt vooral doordat Verbiest de
voor mij irritante gewoonte heeft om in dit boek aan het begin van een hoofdstuk de redeneertrant uit de vorige hoofdstukken nog even samen te
vatten en aan het eind van het hoofdstuk het hoofdstuk nog eens samen te
vatten en vast aan te kondigen waarmee dan dus hierna verder gegaan
wordt. Op zich een prima gewoonte natuurlijk, maar een beetje overdreven in een
boekje van net iets meer dan 100 pagina's, verdeeld over 9 hoofdstukken.
Moet je je voorstellen: zo ongeveer 18 keer wordt je dus uitgelegd hoe dat
ook al weer zat. Echt teveel van het goede en door mij bijna als een belediging van het intellect van de lezer gevoeld: alsof die elke 10
pagina's aan de haren bij de les moet worden gesleurd. En dat verdient de
lezer niet.
Else
Dat
vrouwen niet goed met complimenten kunnen omgaan is wijdverbreid. Zeggen
dat die rok een uitverkoopje was als iemand zegt dat die rok je goed
staat. Het compliment meteen terugspelen en zeggen dat die ander er
Altijd leuk uitziet, dat je vind dat ze zo'n goeie smaak heeft. Jouw rok
verdwijnt dan snel van het toneel. enzovoorts enzovoorts.
Ik
heb een mooi voorbeeld: ik kocht nieuwe bril die uitgesprokener is dan
die vorige. Vriendinnen vinden hem goed staan, man mij bekend (tussen
vriend en kennis, zo'n moeilijk te plaatsen individu dus) vond dat de
bril teveel plaats innam en van mijn gezicht te weinig te zien was.
Eigenwijs of stekeblind hoor ik daar het verscholen compliment in: Jouw
gezicht mag gezien worden. Wat hij eigenlijk bedoelde bleek later: je
lijkt op een schooljuf zo, en daar vallen mannen niet zo op. Hij kleedde
zijn eigen voorkeur in en voelde zich sterker denk ik door er
soortgenoten bij te slepen. Doen vrouwen dat ook? leuk onderwerp heeft
Else aangereikt zeg.
Als
ik naar mijn eigen praktijk kijk, en ik vind iets niet mooi van hetgeen
de andere sexe draagt, haal ik er niet zo snel de zinsnede "Wij
vrouwen houden niet van..." bij om mijn eigen mening nog eens
kracht bij te zetten. Waarom zou je? Er wordt toch om mijn mening
gevraagd?
Laatst had iemand een baardje laten staan en ik vond het er maar
ouwelijk uitzien. Hij vertelde dat hij er veel complimenten over kreeg.
Ik heb hem gezegd dat ik hem liever zonder baard zag. Je kan dan toch
niet zeggen: vrouwen houden niet zo van mannen met baarden, of vrouwen
vinden het niet sexy want er zijn legio vrouwen die dat wel vinden.
>
Eigenwijs of stekeblind hoor ik daar het verscholen compliment in: Jouw
gezicht mag gezien worden. Wat hij eigenlijk bedoelde bleek later: je
lijkt op een schooljuf zo, en daar vallen mannen niet zo op. <
LOL
Sommige mannen zijn nu eenmaal wat geïntimideerd door vrouwen met
een
krachtige uitstraling.
Ik heb voorin mijn
agenda ter inspiratie een ansichtkaart van Rosie the Riveter ('we can do
it!'), en haar opgestroopte en mouwen en boze blik hebben nogal eens
collega's afgeschrikt. De mannelijke dan!
Complimenten
zijn eng. Vond ik vooral toen ik negentien was. Wat moest ik met de
opmerking dat ik een Griekse neus had. Hoe ziet zo'n neus eruit ??
Was dat fijn of erg?
We kregen thuis geen complimenten want daar werd je ijdel van, had dus
niet geleerd een complimentje elegant te incasseren. Ben benieuwd naar
de ins and outs van dit boekje.
|
Iemand die weet hoe vrouwen communiceren
is Agnes Verbiest. Ze ontwikkelde het vak genderlinguïstiek en bestudeert
hoe mannen en vrouwen verschillend omgaan met taal. Inmiddels heeft ze ook
een boek geschreven over complimenten: 'Als ik jou toch niet had!' Ook bij
complimenten blijkt dat mannen en vrouwen verschillend in elkaar zitten.
Wereldomroep.
(Interview valt te beluisteren)
Bespreking van dit boek bij
de Noodles
Het gaat gelukkig wel beter met ons
taalgebruik, aldus Agnes Verbiest, doctor in de taalbeheersing. "We
zijn ons de afgelopen jaren bewuster geworden van uitdrukkingen waarin
vrouwen ondergewaardeerd worden. We spreken niet meer over een 'commissie
van wijze mannen', maar over een 'commissie van wijzen' en 'mensuren' in
plaats van 'manuren'.
Verbiest over beeldvorming bij mannen
en vrouwen bij
OpGelijkeVoet.nl
|