Deze enorme pil heb ik, af en toe tot m'n eigen verbazing, met veel
plezier gelezen. En m'n voornaamste indruk is: wat een merkwaardig boek.
Ben benieuwd of anderen dit boek ook kennen, en wat zij ervan vonden? En
of het vergelijkbaar is met Atlas shrugged, dat ik nog heb
liggen?
De eeuwgie bron vertelt het verhaal van Howard Roark,
een talentvol maar eigenzinnig architekt, die zich afzet tegen de
kennelijk in de VS tussen de Wereldoorlogen heersende architektonische
mode om terug te grijpen op klassieke stijlen en gebouwen met allerlei
klassieke frutsels en versiersels te ontwerpen. Roark wil modern bouwen,
wolkenkrabbers, strak van lijn en functioneel. Hij heeft daarbij een
voorbeeld aan Henry Cameron, een inmiddels oudere architekt, die het
volgens Roark tot dan toe mooiste gebouw in New York heeft neergezet,
maar die inmiddels omdat hij alleen in z'n eigen stijl wil ontwerpen
geen opdrachten meer krijgt en aan de drank is geraakt. Hij raadt Roark
af zijn volgeling te zijn, omdat hij bang is dat Roark hetzelfde lot
beschoren is. Maar Roark is eigenwijs, gaat bij Cameron in de leer, en
richt daarna z'n eigen bureau op. Hij doet nooit enige concessie, dus de
opdrachten komen maar mondjesmaat of blijven weg.
Af en toe heeft hij contact met Peter Keating, een architekt met wie
hij op de architektenopleiding heeft gezeten, en die als beste van z'n
jaar slaagde toen Roark vanwege z'n eigenzinnigheid van school werd
gestuurd. Keating bouwt wel naar de algemene smaak, en weet zo te
verbergen dat hij eigenlijk geen talent heeft. Zo wordt hij, anders dan
Roark, wél een gevierd en rijk architekt. Noodgedwongen roept Keating
echter een paar keer Roarks hulp in, en na allerhande andere perikelen
resulteert dat in het dramatische slot van het verhaal.
Een ander belangrijk personage is Elsworth Toohey, een op macht
belust mannetje, columnist bij een pulpkrant, die door geslijm en andere
machinaties zijn protegé's (schrijvers, kunstenaars, en ook architekten)
naar voren weet te schuiven. Keating wordt één van hen. Verder is er
Dominique Francon, de enige belangrijke vrouw in het verhaal. Zij is de
dochter van de beroemde architekt Guy Francon, bij wie Keating na de
afronding van z'n opleiding in dienst is getreden, ze is columniste bij
dezelfde krant als Toohey, en ze is volgens het OSM-wereldje waarin het
verhaal zich afspeelt eigenlijk net zo'n pain in the ass als Roark. Ze
valt dan ook als een blok op hem, maar om redenen die mij tot het eind
toe niet duidelijk werden houden Roark en zij dat geheim; in het
openbaar doet Dominique alsof ze Roark haat. Binnen hun 'relatie' is ze
een volslagen van afhankelijke persoon: Roark bepaalt wanneer ze elkaar
zien en wat er dan gebeurt.
Dominique trouwt eerst met Keating, die haar bewondert maar absoluut
niet aan haar gewaagd is, en daarna met Gail Wynand, de steenrijke
eigenaar van de pulpkrant waar zij en Toohey voor schrijven. Gail lijkt
echt van haar te houden, en zij ook wel van hem, maar: Roark blijft, in
het geheim, voor haar voorop staan. Dit leidt tot rare toestanden als
Gail en Howard elkaar leren kennen doordat Howard de opdracht krijgt een
woonhuis voor Gail en Dominique te bouwen, en Gail en Howard als twee
tegenpolen onverwacht vrienden worden. Tegenpolen, want Roark doet wat
hij zelf wil en doet geen enkele concessie aan de maatschappij, terwijl
Wynand krantenmagnaat is geworden door de pulp te verkopen waar hij zelf
van walgt, maar die 'het volk' wenst.
Door het verhaal van deze
personages te vertellen, probeert Rand haar visie op het leven duidelijk
te maken. Wat ik ervan begreep komt die erop neer dat een mens in die
zin 'egoïstisch' moet zijn dat hij zijn eigen neigingen moet volgen en
z'n eigen wensen moet proberen te realiseren. Niet je oren naar anderen
laten hangen, zoals Keating doet, maar je eigen weg zoeken en zo je
eigen wezen realiseren, zoals Roark doet.
Mensen zoals Keating noemt Rand tweede-hands mensen, omdat ze niet
uit en voor zichzelf leven, maar 'voor' anderen, d.w.z. om de waardering
van anderen te krijgen, ook al is dat voor iets waar ze zelf helemaal
niet achter staan (zo wordt Keating architekt omdat hij dat een beroep
acht waarmee een succesvolle positie in de maatschappij te behalen valt,
terwijl hij diep in z'n hart liever kunstschilder was geworden). Met
zulke mensen, die zich alleen maar laten bewegen door wat anderen van ze
vinden, daarmee zit de wereld vol, volgens
Rand.
So far, so good, maar wat ik er minder begrijpelijk aan vond was dat
ze deze manier van 'voor anderen leven' altruïsme noemde. Ik begreep er
daardoor af en toe niets van, want ik ontwaarde in het hele boek geen
persoon die ook maar een beetje altruïstisch was in de gebruikelijke
betekenis (volgens het woordenboek: iemand die zijn handelwijze laat
bepalen door de belangen van anderen). Da's iets heel anders dan wat
Keating doet: die laat z'n oren hangen naar anderen, omdat hij meent
daar zelf beter van te worden.
Verder wordt Toohey door z'n medemensen nogal eens als een altruïst
gezien, maar hij is in feite een manipulator die ook alleen maar op z'n
eigen voordeel uit is. De enige die, althans in het begin van het boek,
echt onbaatzuchtige trekjes lijkt te hebben is Catherine, het eenvoudige
meisje waar Keating van houdt, maar dat hij in de steek laat omdat ze
niet in zijn leven past, d.w.z. omdat ze hem niet hoger op de ladder van
maatschappelijk succes kan helpen.
Aan het eind van het boek zijn
teksten opgenomen die Rand heeft geschreven als voorbereiding voor De
eeuwige bron (die als werktitel Second-Hand Lives had). Daarin verwoordt
Rand haar idee nog eens kort en krachtig in haar beschrijving van de
persoon Roark:
"Howard Roark. De nobele ziel par excellence. De mens zoals de mens
zou moeten zijn. De personificatie van de mens die zichzelf genoeg is,
op zichzelf vertrouwt, het hoogste van het hoogste, zijn eigen reden,
levensvreugde. Boven alles: de man die voor zichzelf leeft, zoals je
voor jezelf leven zou moeten opvatten. En die alles overwint. Een man
die ís wat hij zou moeten zijn."
De beschrijving van Dominique vond ik minder verhelderend:
"De vrouw voor een man als Howard Roark. De volmaakte
priesteres."
Misschien dat ik haar daarom niet begreep: in mijn visie zijn vrouwen
madonna noch hoer, maar gewoon óók mensen ;-)
Al met al vertelt
het boek een bij tijden smeuïg verhaal, waardoor ik bleef doorlezen, ook
al was het als ik erin verder las wel steeds even inkomen en waren,
zeker aan het eind, de gesprekken wel wat érg doorspekt met uitleg over
Rands mensvisie. Verder was de stijl wat ouderwets, en deed me denken
aan de boeken van Pearl S. Buck. Het gekke was zelfs dat ik in het begin
(het stuk over Roark die van school werd getrapt, Keating die cum laude
slaagde, en Cameron die in de goot terecht was gekomen) steeds het idee
had dat ik dat allemaal al eens gelezen had, en wel in een boek van
Buck. Maar volgens internet bestaat een dergelijk boek van Buck niet,
dus die ervaring blijft onverklaard.
Dat het me verbaasde dat het boek me aansprak kwam vooral omdat ik de
meeste relaties, met name die tussen Roark en Dominique en tussen
Dominique en Keating, volledig oninvoelbaar vond. Ik snapte er werkelijk
niets van. En verder waren alle personen elk op hun eigen manier zó
stereotype, dat ik steeds het gevoel had dat het verhaal voorspelbaar
was. Maar als ik dan probeerde te bedenken hoe het verder zou gaan en af
zou lopen, wist ik dat tóch niet. Dus las ik dan maar weer door :-)
Verder vond ik het behoorlijk storend dat Dominique steeds zo'n
afhankelijke, bijna slaafse rol speelde, terwijl de boodschap van Rand
in het boek juist overduidelijk is dat een mens zichzelf moet zijn en
geen enkele concessie aan anderen moet doen. Het enige gebied waarop dat
bij Dominique goed uit de verf kwam was haar concessieloze liefde voor
Roark; daarbuiten leek ze geen enkele ambitie te hebben. Zo gezien kwam
het me over alsof voor Rand alleen mannen (belangrijke) 'mensen'
zijn, en vrouwen meer niet ter zake doende versiering of zoiets. Érrug
onfeministisch, in elk geval.
Maar al met als was het dus toch een fascinerend en indrukwekkend
boek, waarin ik nogal wat passages heb gemarkeerd. Voor de liefhebbers
dus ook nog wat citaten:
Aan het begin van het boek leert Peter
Keating de smaak van de macht kennen, als het hem lukt architekt Tim
Davis uit het kantoor van Francon weg te werken zodat hij een stapje kan
stijgen op de ladder van het succes:
"Keating troostte hem (Davis), vervloekte Francon, vervloekte de
menselijke onrechtvaardigheid, gaf zes dollar uit in een kroeg aan de
secretaresse van een onbelangrijke architect die hij toevallig kende,
en hielp Tim Davis aan een nieuw baantje. Elke keer dat hij nadien aan
Tim Davis dacht, voelde Keating een warme blijdschap: hij had invloed
uitgeoefend op de levensloop van een menselijk wezen - het was voor
hem niet langer Tim Davis, het was een levend lichaam en een brein,
een denkend brein (...) en hij had dat lichaam en dat brein gebogen
naar zijn wil. (...) Hij zei opgewekt en vaak: 'Tim Davis? Ja, die
heeft zijn huidige baantje nog aan mij de danken.'"
Dit vond ik een heel compacte en verhelderende verklaring voor de
reden waarom (sommige) mensen graag macht verwerven.
Een andere
architect, Gordon Prescott, heeft een door Roark verfoeide kijk op
kunst:
"De smaak en de geest van het publiek zijn voor de kunstenaar de
doorslaggevende criteria. Een genie is iemand die weet hoe hij het
algemeen geldende tot uidrukking moet brengen."
Dominique heeft wel aan Roark verwante ideeën; ze vertelt aan een
college bij de krant:
"Ik bevredig het enige verlangen dat een mens zich kan permitteren,
Alvah: het verlangen naar vrijheid. (...) Niet vragen. Niets
verwachten. Nergens afhankelijk van zijn."
Zuur is natuurlijk dat ze later door niets te vragen en te verwachten
(maar wel te hopen) súperafhankelijk wordt van Roark :-(
Kent
Lansing is ook een geestverwant van Roark, die hem wil inhuren omdat hij
een hotel wil laten bouwen door een architect die goed en integer is.
Hij zegt tegen Roark:
"Wat denk je eigenlijk dat integriteit is, tussen twee haakjes? Dat
je je buurman zijn horloge niet uit zijn zak steelt? Nee, zo makkelijk
is het niet. Als dat alles was, zou ik durven beweren dat de mensheid
voor vijfennegentig procent uit eerlijke, oprechte figuren bestaat.
Maar dat is niet waar, zoals je met je eigen ogen kunt zien.
Integriteit is de eigenschap die maakt dat iemand achter een idee
staat. Dat veronderstelt de gave van het
denken."
En dit is een stuk uit de liefdesverklaring van Dominique aan Roark,
de dag nadat ze met Keating is getrouwd. Deze is, lijkt me, bedoelt om
te verklaren waarom ze niet gewoon een relatie met Roark aangaat:
"Roark, ik kan alles aanvaarden behalve datgene wat voor de
meeste mensen het makkelijkst schijnt te zijn: het halfslachtige.
(...) Als ik denk aan wat jij bent, kan ik geen enkele realiteit
aanvaarden buiten en behalve een wereld van jouw soort. Of althans een
wereld waarin jij een kans hebt om te overwinnen in een gevecht met je
eigen wapens. Maar die bestaat niet. (...) Roark, je zult nooit
winnen, ze zullen je kapotmaken, maar ik zal er tenminste niet bij
hoeven zijn om het aan te zien. Als het zover komt, heb ik mezelf al
kapotgemaakt. Dat is het enige gebaar van protest dat ik nog overheb.
Wat heb ik je anders te bieden? De dingen die mensen opofferen zijn zo
nietig. Ik geef jou mijn huwelijk met Peter Keating. Ik weiger in hun
wereld gelukkig te zijn. Ik aanvaard een vrijwillig lijden. Dat is
mijn antwoord aan hen en mijn geschenk aan jou. Ik zal je
waarschijnlijk nooit meer zien. (...) Maar ik zal voor jou leven. Op
mijn eigen manier."
En Roark is het hiermee eens, dus hij antwoord onder andere:
"Jou heb ik niet mijn medelijden geschonken of mijn offer, maar
mijn ego en mijn onverhulde behoefte. Dat is de enige manier waarop
jij bemind kunt worden, waarop je verlangen kunt bemind te worden.
(...) Als je nu met mij trouwde, zou ik je hele leven gaan uitmaken.
Maar dan zou ik je niet begeren. En je zou ook zelf geen verlangen
kennen, dus je zou niet lang van me blijven houden. Om te kunnen
zeggen "Ik hou van je" moet een mens eerst weten hoe hij dat "ik" moet
zeggen."
Nou ja, behoorlijk melodramatisch en een en al verwrongen emotie,
vond ik dit. En ook al trouwen ze niet, Dominique laat Roark tóch haar
hele leven uitmaken :-(
Als Roark en Gail Wynand vrienden worden,
blijkt Gails levensvisie, ondanks hun onderlinge tegenstellingen, toch
wel in de lijn van die van Roark te liggen:
"Ik moest denken aan de mensen die beweren dat je op aarde niet
gelukkig kunt zijn. (...) Met welk voorstelbaar recht kan iemand
verlangen dat een menselijk wezen voor iets anders bestaat dan voor
zijn eigen plezier?"
In een discussie tussen de 'tweede hands'-kunstenaars die protegé van
Toohey zijn wordt iets gezegd waardoor het erop lijkt dat Rand een
visionaire blik had (denk aan Big Brother en dergelijke reallife tv):
"dat in de toekomstige samenleving het theater volkomen overbodig
zal zijn. Het dagelijks leven van de gewone man is op zich als
kunstwerk niet minder groot dan de beste tragedie van Shakespeare. In
de toekomst zal er daarom geen behoefte zijn aan toneelschrijvers,
omdat de criticus kan volstaan met het leven van de massamens gade te
slaan en het publiek op de hoogte te brengen van de artistieke waarde
daarvan."
Dat we daar ook geen critici voor nodig hebben, omdat gewoon het
aanzetten van de camera en het uitzenden op tv volstaat, kon Rand
natuurlijk nog niet weten ;-)
Groet,
Monalisa
Wil je weten wat ik
lees?
Of kijk/luister je liever naar nieuwe Nederlandse hiphop?