Willy Josefsson: Brandmerk



Ik kijk vaker naar verfilmingen van thrillers dan dat ik ze lees. Misschien komt het daardoor dat, als ik er een lees, ik de indruk heb dat ze met het oog op verfilming geschreven worden. Zo ook Brandmerk van Willy Josefsson. Ex-politieagent Martin Olsson gaat naar de begrafenis van een oud-collega. Bij het verlaten van de kerk struikelt een van de dragers en er blijken twee lichamen in de kist te liggen. Dat gebeurt alleen maar in films, denkt Olsson dan. Dat klopt, denk ik dan, want dat heb ik wel eens in een film gezien. Het tweede lijk in de kist blijkt van Lars Wallén te zijn, een beursgigant. Hij heeft een eigenaardige capuchon op en een strop rond de hals. Maar waarom zou een zo machtig man zelfmoord plegen? En klopt die verdraaiing van de nek wel met een zelfmoordtheorie? Steve Nyman, rechterhand en minnaar van Lars Wallén is er in ieder geval van overtuigd dat het moord is geweest. Hij verstoort een lezing van Walléns grote concurrent Jacob Alm. Alms uiteenzetting over de nieuwe samenleving, door Alm zelf ontworpen, krijgt de lezer niet meer te horen want later wordt diezelfde Alm dood aangetroffen op het kerkhof, eveneens met een vreemde capuchon op en een strop rond de hals. Wat is hier allemaal aan de hand? Waarom spookt het in de kerken? Wat zijn dat voor mannen op de kerkhoven? Heeft het kerkbestuur dat tegen vrouwelijke dominees is er iets mee te maken? En wat doet een dominee trouwens met een medicijn tegen acute schizofrene psychose? 

Olsson raakt er geheel tegen zijn wens flink bij betrokken. Waarom is hij naar die begrafenis gegaan? Waarom laat hij zich door oud-collega Arne Bergman voor diens karretje spannen? Hij weet het niet. En dat is met alles zo. Voortdurend vraagt hij zich af waarom hij iets doet, bij voorkeur in zijn auto waarbij hij de auto zelf zijn weg laat kiezen. Ik ken niets van Zuid-Zweden maar de wegen die Olsson berijdt zou ik kunnen uittekenen. Dat stoorde niet echt. Het klopte met de persoonlijkheid van de hoofdpersoon. Voor een oud-politieagent is hij behoorlijk besluiteloos, alles overkomt hem domweg. Je vraagt je af waarom hij oneervol ontslagen is. Misschien dat dit in een eerder boek van Josefsson is vermeld. Het enige waarover Olsson geen bedenkingen heeft, is zijn vriendin Celia. Hij weet dat zij de aard van hun relatie bepaalt, dat hij zich zo min mogelijk moet opdringen omdat hij haar anders kwijtraakt. Dat heeft hij er graag voor over. Zij is zijn lichtpunt in zijn zestigjarige, eenzame leven. 

Het blijft een beetje een vreemd boek. Er zitten twee echt spannende scènes in die rechtstreeks in een film kunnen en volgens mij zelfs van films afkomstig zijn. Maar verder zat er geen spanning in. Ik was nooit benieuwd naar wie de moorden had gepleegd. Dat zou toch wel moeten in een spannend boek. Een ander bezwaar is dat er maatschappelijke problemen ter sprake worden gebracht die ook alleen maar aangeraakt worden. Misschien zijn het er ook te veel. Als Josefsson zich gericht had op een bepaald probleem, met een enkel nevenprobleem, dan zou het boek in maatschappijkritisch opzicht wellicht sterker zijn geweest. Hij laat er Olsson het volgende over zeggen: Olsson zag opeens een beeld voor zich van twee krachten die zich buiten de democratische besluitvorming hadden geplaatst, maar die daar verschillende beweegredenen voor hadden. De ene was gebaseerd op medemenselijkheid, de andere op macht en hebzucht. Door een toeval hadden hun wegen elkaar nu gekruist. Dat was dus kennelijk de bedoeling van Josefsson. Ik ben niet overtuigd. 

Dan is er ook nog een stijlbreuk in het boek. Het is helemaal geschreven vanuit het perspectief van Olsson, maar op pagina 188 (van de totaal 223) beland je opeens in een fragment over een Somalische kindsoldaat, en dat is vanuit een heel ander perspectief beschreven. Een aangrijpende passage, dat zeker, maar wat doet het op deze manier in dit boek? 

Kortom, nogal wat kritiekpunten, maar zeker geen vervelend boek, het leest best lekker weg.





Paula

 


Willy Josefsson werd in 1946 in Ängelholm geboren en groeide daar ook op. Hij is cultuur journalist en al 20 jaar als redacteur van het televisieprogramma "OBS-kulturkvarten" werkzaam. Hij begon als auteur pas laat te schrijven, en zoals hij zelf zegt, had hij er nog nooit over nagedacht thrillers te schrijven. Dat hij begon met schrijven had twee redenen: hij wilde weten of hij nog steeds in staat was te schrijven en verder bemerkte hij een drang om over zijn eigen land te schrijven. Dat dit een thriller is geworden is puur toeval: "Ik dacht, een moord kun je goed als motor gebruiken om een verhaal voort te drijven." In de trhillers met Martin Ollson en zijn vriendin, de journaliste Cecilia als hoofdpersoon, laat Josefsson bijvoorbeed een moord op het schiereiland Bjärehalvön plaats vinden. (Bron Schweden Krimi)

 

Boekgrrls

Laatste keer bijgewerkt: 06/09/05  Eisjen

Terug naar top pagina