In de lente van 2002 gaat literatuurwetenschapper en filosoof Stine Jensen
na het schrijven van haar proefschrift een maand naar Turkije om bij te
komen. Ze is amper geland wanneer haar een roos in de hand wordt geduwd.
Ozan, een Turkse kapper, valt op haar. En zij valt ook op hem. Een kleine
complicatie is dat hij geen Engels spreekt zodat de communicatie verloopt
via gebarentaal en een miniwoordenboekje Engels-Turks. Een beetje moeizaam
maar zo kom je een aantal dagen met veel cadeaus en vleierijen en hete
kussen toch wel aangenaam door.
Wanneer Stine Jensen wil verkassen naar het volgende dorp is Ozan ontzet.
“Zonder jou, ik sterf.” “Dat nu,” zegt de schrijfster, “heeft nog nooit
iemand tegen me gezegd.” Waarmee de verliefdheid grootsere vormen aanneemt
en haar tenslotte zo gaat beheersen dat zij er het boek ‘Turkse vlinders,
Liefde tussen twee culturen’ over zal schrijven. In een poging daarmee
greep te krijgen op haar eigen gevoelens en op de vraag wat er toch zo
aantrekkelijk is aan interculturele liefde.
In drie jaar bezoekt Stine Jensen tien keer Istanbul. De vakantieliefde
groeit uit tot een langdurige verhouding met romantische hoogtepunten en
dramatische dieptepunten. Ozan, schrijft ze “is lief, leuk, aantrekkelijk,
grappig, charmant en onweerstaanbaar. Als ik hem zie, denk ik niet
onmiddellijk aan een goed gesprek; ik wil hem aanraken.” Maar er zijn ook
vragen. “Wat wil ik eigenlijk met deze man met wie ik niet goed kan
communiceren, die veel lager is opgeleid, die precies drie (strip)boeken
in huis heeft, voornamelijk van schiet- en actiefilms houdt en zichzelf
met flinke regelmaat drogeert, hetzij met alcohol, hetzij met marihuana?”
Om een antwoord te vinden op de vraag of zij echt verder wil met Ozan gaat
Stine Jensen vier maanden in Istanbul wonen. Ook hoopt zij in die tijd een
beter beeld te krijgen van waarom Turken relaties aangaan met Europeanen
en omgekeerd. Moeilijk heeft Jensen het er daar mee dat Ozan erg
bezitterig is en jaloers. Maar dat zijn volgens de Turkse vrouwen die zij
spreekt álle Turkse mannen. Met het gevolg dat vriendschappen tussen
mannen en vrouwen niet mogelijk zijn en tussen vrouwen onderling ook niet
goed. Maar misschien moet je dat wantrouwen op de koop toe nemen,
veronderstelt Jensen, want je krijgt er veel andere dingen voor terug:
“een immense passie bijvoorbeeld”.
De geschiedenis van de Amsterdamse intellectuele vrouw en de Turkse kapper
leest als een spannend liefdesverhaal. Met als hoogtepunten de gesprekjes
die zij heeft met Turkse vriendinnen met wie zij als een ware Carrie
Bradshaw doorneemt wat ‘hij’ heeft gedaan en wat hij mogelijk bedoeld kan
hebben en wat zij dáár nu weer mee moet. Zelf vond ik het wel steeds
moeilijker te volgen wat de man voor haar nou zo aantrekkelijk maakt. Ik
ging me ook steeds meer ergeren aan de manier waarop de schrijfster met
zich laat sollen door de Turkse macho die haar steeds uren laat wachten en
áls ze dan eens boos wordt haar meteen paait met een overdreven vertoon
van excuses en liefdesbetuigingen.
De culturele achtergrond vindt Stine Jensen in onderzoeksmateriaal van
anderen, gesprekken met Europese en Turkse dertigers (in het laatste
geval: alleen vrouwen, omdat gesprekken met Turkse mannen steeds
uitdraaien op ‘Yes,yes. Me love-talk. Tonight. Your place, my place?’).
Ook de pop-cultuur (films, muziek) betrekt zij hierbij. Een conclusie: de
liefde van Europeanen voor Turken is vaak verbonden met liefde voor die
cultuur. Verder: als je een relatie met een Turk begint, begin je ook een
relatie met zijn familie. En vooral: dit is een cultuur van passie en als
je daar gevoelig voor bent, kun je je gemakkelijk ernstig verlieven.
‘Turkse vlinders’ is een ontroerend boek door de openheid waarmee Stine
Jensen in haar eigen gevoelens en ervaringen graaft en daarvan verslag
doet. Tot op tweederde zou je het zelfs kunnen omschrijven als
‘unputdownable’. Daarna zakt het wat in en vervalt de schrijfster in
herhalingen. Wat misschien wordt veroorzaakt doordat zij blijft worstelen
met die ‘wat wil ik’-vraag die zij ook aan het eind van haar verblijf in
Istanbul nog steeds niet kan beantwoorden. Weet je na lezing van dit boek
alles wat je weten wilde over interculturele liefde? Niet wanneer je
daarbij denkt aan representatief onderzoek en percentages en tabellen. Wel
leer je een aantal mensen kennen die openhartig vertellen over hun
ervaringen en verwachtingen en decepties. Ik vond dat een bijzondere
ervaring.
Jeanne Doomen
|
Stine Jensen
Turkse vlinders,
Liefde tussen twee culturen.
Prometheus (2005)
277 blz.
€ 16.50
ISBN 90 446 0669 7
|