Revolutionary Road werd na deze
aanbeveling gekozen als maandboek voor oktober 2009. Het boek
kwam
al eerder bij de boekgrrls ter sprake.
Het Verhaal
Revolutionary Road begint met de opvoering van het stuk Petrified
Forest. Hoofdrolspeelster April Wheeler is de enige in de wijk met iets
van een acteeropleiding en heeft bovendien haar uiterlijk mee. Maar er
zit zo ontzettend veel tegen dat ook zij het stuk niet meer kan redden.
Dit debacle wordt breed uitgemeten, de lezer blijft niets bespaard. Om
kromme tenen van plaatsvervangende schaamte van te krijgen. Op de
terugweg naar huis wil April er het liefst niet meer aan denken. Probeer
dat maar eens met een man als Frank Wheeler. De man kan zijn mond niet
houden. Zelfs als hij er zich van bewust is, stopt hij niet; zijn
spraakorgaan lijkt een geheel eigen leven te leiden. Het is dus niet
verwonderlijk dat er een knallende ruzie komt en April zelfs de auto uit
springt, alleen maar om die man niet te hoeven horen.
Ironische naam én titel
April en Frank, nog geen dertig, zijn een tijdje terug van New York naar
een van de buitenwijken verhuisd. De straatnaam is Revolutionary Road,
een mooie ironische naam én titel. Het is 1961, de wederopbouw na WOII
is voltooid, iedereen past braaf in het burgerlijke straatje. Ook April
en Frank, hoewel ze zelf denken dat ze een stuk interessanter zijn dan
hun buren en zelfs hun vrienden. Frank laat zich er zelfs op voorstaan
dat hij zo’n saaie baan heeft. Het zou niet saai hoeven zijn, maar hij
verlummelt zijn tijd en fantaseert over seks met een van zijn
vrouwelijke collega’s.
April verzorgt traditioneel de beide kinderen: een meisje en een jongen.
Het leven als huisvrouw en moeder frustreert haar, ze had actrice willen
worden. Over die kinderen hoor je trouwens nauwelijks iets. Ze zitten
meestal voor de tv en wanneer het er naar uitziet dat het er thuis
heftig aan toe kan gaan, worden ze uitbesteed bij vrienden.
Emigreren
April is de eerlijkste van de twee. Ze zet vraagtekens bij hun
interessantheid en ze wil daadwerkelijk iets veranderen. Zo komt ze met
het plan naar Frankrijk te emigreren. Zij zal dan gaan werken zodat
Frank zichzelf eindelijk kan ontplooien, bijvoorbeeld gaan schrijven. Ze
heeft zich altijd schuldig gevoeld dat hun eerste kind zo snel werd
geboren en Frank daardoor veroordeeld werd tot zijn saaie baan.
Al gauw krijgt Frank het erg benauwd. Zijn Frans, opgedaan in de oorlog
toen hij in Frankrijk gelegerd was, is een heel stuk minder dan hij
April heeft laten geloven. En Parijs kent hij evenmin. Hij is er maar
een paar keer met verlof geweest en voelde zich er buitengewoon alleen
en ongelukkig. Op alle mogelijke manieren probeert hij het plan tegen te
werken, maar natuurlijk wel zó dat het de beslissing van April is.
Subliem gemanipuleer
Hij krijgt hulp uit onverwachte hoek: April raakt voor de derde keer
zwanger. Maar… ze wil het laten weghalen. Dat kan ‘veilig’ tot drie
maanden. Frank moet het 12 dagen zien vol te houden. Dat levert een
beschrijving op van subliem gemanipuleer met woorden en veel scènes voor
de spiegel. Frank oefent altijd: hij heeft meerdere gezichten en hij
bestudeert hoe bepaalde gelaatsuitdrukkingen op anderen overkomen. Hij
anticipeert dan op de reacties en past zijn gelaatsuitdrukking en zijn
woorden daar weer op aan. Hij heeft het er maar druk mee!
En hij redt het. De drie maanden zijn voorbij. Maar Aprils ogen zijn
geopend. De zoon van hun makelaar, die zogenaamd niet goed bij zijn
hoofd is, heeft daarin een belangrijke rol gespeeld. En April kan haar
ogen niet meer sluiten, met alle dramatische gevolgen vandien.
Thema's
De grrls noemden twee thema’s in het boek:
1. Tegen het huwelijk.
Yates ziet weinig in het fenomeen huwelijk. Het ligt niet aan de
partner, maar aan het verschijnsel zelve. Of je moet de lat erg laag
leggen, zoals twee andere stellen in Revolutionary Road doen. Een
echtgenoot zet zijn zijn gehoorapparaat uit als zijn vrouw begint te
praten, dat helpt natuurlijk enorm.
2. De vergeefsheid van het streven om je leven ten goede te veranderen.
De hoofdpersonen in Revolutionary Road zijn bezig met het verbeteren van
hun leven. Dat dat niet lukt ligt aan het leven zelf, en aan hun eigen
karakter - waar helaas ook niet veel aan te veranderen valt. Het ligt
niet aan hun plannen, aan hun doorzettingsvermogen of aan hun
intelligentie.
Als lezer leef je heel erg mee, en je bent benieuwd: zal het ze lukken?
De lezer is natuurlijk zelf ook steeds bezig met plannen om het leven te
veranderen/beter te maken/aan te kunnen: onbegonnen werk, volgens Yates,
maar het zit nu eenmaal in de aard van een mens.
Mooi, heel mooi! Yates laat de pijn van het uitzichtloze leven van de
Wheelers voelbaar uit de pagina's naar voren komen. En ook hun
onvermogen om zich aan het door henzelf opgelegde kader te ontworstelen.
De tegenstelling tussen zijn verwachtingen en de realiteit zijn vrijwel
onoverkoombaar, en dat is iets wat in het hele boek (het hele leven?)
aanwezig blijft. Tijdloos.
De dromen, het gevoel anders te zijn, of anders te willen zijn dan de
burgerlijke omgeving, daar elkaar in vinden, de teleurstelling, de
verwijten, het elkaar uiteindelijk zelfs niet meer in de dromen kunnen
vinden, de pijn van de vervreemding. Knap neergezet.
Waardering
De meeste grrls lieten zich lovend uit over dit boek:
Wat
een fantastisch, geweldig, adembenemend scherp boek. Na ruim veertig
jaar grijpt het je nog naar de strot, deze poging van de familie Wheeler
om te ontsnappen aan de Amerikaanse suburbia in de jaren vijftig.
Ik
las het een paar maanden terug en inderdaad: prachtig, treurig,
beklemmend en scherpzinnig.
In
dit boek speelt Yates de ene troef na de andere uit - ook zo meesterlijk
dat hij de ervaren lezer steeds weer weet te verrassen met een nieuwe
wending.
Ook
mooi is de 'gek' in het verhaal, een jonge man die tweemaal de
inrichting uit mag om een bezoek aan de hoofdpersonen te brengen.
Haarscherp stelt hij de juiste vragen bij hun plannen en analyseert hun
falen.
En
dan de stijl! Simpel, op het oog, maar toch met indrukwekkende
vergelijkingen.
Dit
boek sloeg ik gisteren dicht met een zucht, eindelijk weer eens een boek
uitgelezen. Mooi geschreven en boeiende uitwerking van de personages.
Het
is moeilijk om je met de personages te identificeren omdat ze zo
irritant arrogant zijn. Kwalleballen. :-) Ze voelen zich beter dan de
anderen - zoals iedereen zich beter voelt. Maar ik las zoveel mogelijk
achter elkaar en bij mij ging het boek echt onder mijn huid zitten.
Pijnlijk. Dat voortdurende gevoel van 'dread'; dat het moet uitdraaien
op iets ergs. Maar het liep uiteindelijk niet uit op wat ik verwachtte.
Door
dat doemgevoel zat ik wel meteen in het boek. Het is inderdaad
deprimerend, maar niet zodanig dat ik me ellendig voelde. Nee, ik zag
alleen die donkere lucht in de verte, die donderwolk. Ondanks de
afstandelijkheid die ik beleefde (wat past bij het schild dat de
hoofdpersonages oproepen t.o.v. de rest van de wereld, waaronder dus de
lezer), vind ik het een erg goed boek. Ik heb het al een poos uit maar
het gevoel komt direct terug!
Een
echt meesterwerk vind ik dit boek. Verhaal is prachtig en dramatisch, de
personen worden psychologisch meesterlijk neergezet en de stijl is
fenomenaal.
Ik
blijf deze roman en ook Paasparade koesteren. Het iis jammer dat ie er
niet nog een roman uit kan gooien.
[p]Ik ben erg blij dat ik het boek heb gelezen! Zou best wel eens hoog
in mijn jaarlijst kunnen eindigen :-).
Wat
dit boek zo bijzonder maakt, is de meedogenloosheid waarmee de lezer in
alledaagse taal en omstandigheden de onomkeerbaarheid van het drama ziet
aankomen. Eenzelfde meedogenloosheid zit in de herkenbaarheid. De tijd
waarin het speelt is bijna 50 jaar geleden, toch houdt dit boek je een
spiegel voor: So, you think you’re something special, ha-ha, get a life!
Revolutionary
Road, in één woord beklemmend.
Het
is waanzinnig om te lezen hoe de twee tenslotte in een vernietigende
strijd terechtkomen, de dialogen zijn scherp. , het lijkt me een prima
uitgangspunt voor die film die er ook is maar die ik nog niet gezien
heb. Zoals bij anderen hier duurde het even voor ik echt geboeid was.
Een paar grrls waren gematigd positief/negatief:
Vond
het boek ook goed, maar wel deprimerend. Ik lees voornamelijk voor het
slapen gaan, maar sloeg voortdurend aan het piekeren. Niet goed voor
mijn nachtrust, dus. Hadden jullie dat nou niet, trouwens? Al die
desillusies en liefdeloosheid, brrr.
Ik
heb het al een tijdje geleden uitgelezen en inmiddels ook de film
gezien.
Ik
vond het een beklemmend boek, wel aardig geschreven. Geen
lees-of-ik-schiet-boek.
Ik
kwam er wat moeilijker in, nu gaat het lekker. Maar het is nog niet dat
boek dat blows you away. Gewoon middelmatig, dat kan op zijn tijd ook
wel
Een minderheid was negatief:
Ik
ben nu in Revolutionary Road bezig, en die mensen doen mij dan weer
helemaal niets.
De
hoofdpersonen zijn goed irritant, maar ik sla me er wel door heen.
Het
was alsof ik niet in het ritme van de zinnen van Yates kon komen, ik
bleef er tegen aan stoten. Ook geen zinnen om eens lekker de tanden in
te zetten en op te gaan kauwen, het wilde gewoon niet.
Citaten
Een voorbeeld van Franks zogenaamde intellectuele taal: hij laat in een
gesprek met iemand de volgende woorden vallen: “the hopeless emptiness
of everything in this country”. En de gesprekspartner reageert: “Wow,
now you’ve said it. Hell plenty people are on to the emptiness part. (…)
We’d sit around talking about emptiness all night. Nobody ever said
‘hopeless’ though; that’s where we’d chicken out. Because maybe it takes
a certain amount of guts to see the emptiness, but it takes a whole hell
of a lot more to see the hopelessness.”
Exemplarisch voor de manier waarop Frank in elkaar zit, is de volgende
passage, ná de mislukte opvoering van het toneelstuk: “The trouble
was that all afternoon in the city, stultified at what he liked to call
‘the dullest job you can possibly imaging,’ he had drawn strength from a
mental projection of scenes to unfold tonight: himself rushing home to
swing his children laughing in the air, to gulp a cocktail and chatter
through an early dinner with his wife; himself driving her to the high
school, with her thigh tense and warm under his reassuring hand ("If
only I weren’t so nervous, Frank!"); himself sitting spellbound in pride
and then rising to join a thunderous ovation as the curtain fell;
himself glowing and disheveled, pushing his way through jubilant
backstage crowds to claim her first tearful kiss ("Was it really good,
darling? Was it really good?"); and then the two of them, stopping for a
drink in the admiring company of Shep and Milly Campbell, holding hands
under the table while they talked it all out. Nowhere in these plans had
he foreseen the weight and shock of reality; nothing had warned him that
he might be overwhelmed by the swaying, shining vision of a girl he
hadn’t seen in years, a girl whose every glance and gesture could make
his throat fill up with longing ("Wouldn’t you like to be loved by
me?"), and that then before his very eyes she would dissolve and change
into the graceless, suffering creature whose existence he tried every
day of his life to deny but whom he knew as well and as painfully as he
knew himself, a gaunt constricted woman whose red eyes flashed reproach,
whose false smile in the curtain call was as homely as his own sore
feet, his own damp climbing underwear and his own sour smell.”
Paula